VB Klimaattechniek BV   Valkenswaard    tel:040-208 21 80    fax:040-201 60 65   info@vb-klimaattechniek.nl     www.vb-klimaattechniek.nl  1
Technische handleiding Vloer/plafondmodel R410a   
  
 
1.  Algemene informatie 
 
 BUITENUNITS 
 MOU-18HN1  MOU-36HN1  MOU-48HN1  MOU-60HN1 
Voeding aansluiten op  Binnenunit  Buitenunit  Buitenunit  Buitenunit 
Voltage (V,fase,Hz)  230 / 1 / 50  380 / 3 / 50 380 / 3 / 50 380 / 3 / 50   
Minimale zekering  16 A (traag)  16 A (traag)  16 A (traag)  16 A (traag) 
Maximale bedrijfsstroom  6,8 A  6,5 A  8,2 A  9,8 A 
Minimale kabeldikte voeding  1,5 mm2  2,5 mm2  2,5 mm2  2,5 mm2 
Minimale kabeldikte verbinding  1,5 mm2  1,5 mm2  1,5 mm2  1,5 mm2 
Diameter koelleiding (vloeistof-
/zuigleiding)  1/4’’ – 1/2’’  1/2’’ – 3/4’’  1/2’’ – 3/4’’  1/2’’ – 3/4’’ 
Maximale leidinglengte  20 meter  20 meter  20 meter  20 meter 
Koudemiddel  R410a  R410a  R410a  R410a 
Hoeveelheid vulling  2050 gram  3100 gram  4000 gram  4200 gram 
Bijvulling / meter *  20 gram  40 gram  40 gram   40 gram 
* Bijvullen noodzakelijk bij leidinglengtes groter dan 5 meter. Zie hiervoor bijvullen 
 
 BINNENUNITS 
 MUB-18HRN1  MUB-36HRN1  MUB-48HRN1 MUB-60HRN1 
Diameter koelleiding 
(vloeistof-/zuigleiding)  1/4’’ – 1/2’’  1/2’’ – 3/4’’  1/2’’ – 3/4’’  1/2’’ – 3/4’’ 
 
2.  Elektronica 
 
Voedingskabels 
•  De voedingskabels worden bij de modellen op 230 Volt standaard op de binnenunit 
aangesloten. Voor deze modellen is het ook mogelijk de voeding op de buitenunit aan te 
sluiten; zie hieronder. 
•  Bij de modellen op 380 Volt zit de voeding standaard op de buitenunit.  
•  De voedingskabels voor de modellen op 380 Volt moeten een minimale kabeldikte van 
2,5 mm2 hebben. 
 
Voeding aansluiten op buitenunit 
Modellen op 230 Volt: de eenvoudigste oplossing is om de 3 aders naar de voeding van de 
binnenunit naar de buitenunit door te trekken en de stekker daar te monteren. Gebruik hiervoor 
kabels van minimaal 1,5 mm2 dikte. 
 
Zekeringen 
Voor de verschillende types zijn verschillende zekering waarden nodig. Zie hiervoor de tabel. 
 
Verbindingskabels 
•  Voor de veiligheid dienen de verbindingskabels op de binnen- en buitenunit onder de 
kabelklem te worden gemonteerd. De benodigde kabeldikte voor de verbindingskabels 
bedraagt minimaal 1,5 mm2. Zie hiervoor ook de tabel boven. Het aantal benodigde 
aders is terug te vinden in het voor de verschillende types specifieke schema. Dit 
schema is te vinden op de binnenzijde van de binnenunit (naast de elektronica) en op de 
achterzijde van het afdekkapje van de buitenunit. Op de volgende pagina’s zijn per 
model de schema’s weergegeven. 
•  De nummering van de aansluitklemmen in de binnen- en buitenunit corresponderen met 
elkaar en dienen ook zo aangesloten te worden om schade aan de elektronica te 
voorkomen, dus 1 aan 1, 2 aan 2, A aan A, B aan B, etc.