Triumph Speedmaster (2008) Manual
Triumph
Motorcykel
Speedmaster (2008)
Læs nedenfor 📖 manual på dansk for Triumph Speedmaster (2008) (110 sider) i kategorien Motorcykel. Denne guide var nyttig for 6 personer og blev bedømt med 4.1 stjerner i gennemsnit af 3.5 brugere
Side 1/110

1
Voorwoord
VOORWOORD
Dit handboek bevat informatie over Triumph-motorfietsen van het type America en
Speedmaster. Bewaar dit handboek voor de eigenaar altijd bij de motorfiets.
Waarschuwing, voorzichtig
en let op
In dit handboek voor de eigenaar wordt
belangrijke informatie op de volgende
manier gepresenteerd:
Let op:
• Dit let op-symbool geeft punten
van speciaal belang voor
efficiëntere en gemakkelijkere
bediening aan.
Waarschuwing
Dit waarschuwing-symbool geeft speciale
instructies of procedures aan, die
persoonlijk letsel of levensgevaar tot
gevolg kunnen hebben wanneer deze niet
correct worden opgevolgd.
Voorzichtig
Dit voorzichtig-symbool geeft speciale
instructies of procedures aan, die schade
aan of vernieling van apparatuur tot gevolg
kunnen hebben wanneer deze niet strikt
worden opgevolgd.

2
Voorwoord
Waarschuwingslabels
Dit symbool (links) wordt op
bepaalde plaatsen op de
motorfiets weergegeven. Het
symbool betekent 'VOOR-
ZICHTIG: RAADPLEEG HET
HANDBOEK' en wordt
gevolgd door een grafische
voorstelling van het betreffende onderwerp.
Probeer nooit de motorfiets te berijden of
een aanpassing uit te voeren zonder de in dit
handboek beschreven relevante instructies te
raadplegen.
Zie pagina's 12 tot 13 voor de plaatsen van
alle labels met dit symbool. Dit symbool
wordt, indien nodig, ook weergegeven op de
pagina's die de relevante informatie bevatten.
Onderhoud
Om een lang, veilig en probleemvrij gebruik
van uw motorfiets te garanderen, dient het
onderhoud altijd te worden uitgevoerd door
een erkende Triumph-dealer.
Alleen een erkende Triumph-dealer beschikt
over de noodzakelijke kennis, apparatuur en
vakkundigheid om uw Triumph-motorfiets
goed te onderhouden.
Bezoek de Triumph-website op
www.triumph.co.uk of neem telefonisch
contact op met de bevoegde distributeur in
uw land voor informatie over de
dichtstbijzijnde Triumph-dealer. De adressen
worden ook vermeld in het bij dit handboek
geleverde servicerecordboek.
Geluiddempingssysteem
Wijzigen van het geluiddempingssysteem is
verboden.
Eigenaars worden gewaarschuwd dat het
wettelijk verboden is om:
a) een onderdeel of
ontwerpcomponent, bedoeld voor
geluiddemping en verwerkt in elk
nieuw voertuig, vóór de verkoop of
aflevering aan de uiteindelijke koper,
of tijdens het gebruik, te verwijderen
of buiten werking te stellen door
welke persoon dan ook - om andere
redenen dan voor onderhoud,
reparatie of vervanging - en
b) het voertuig te gebruiken, nadat zo'n
onderdeel of ontwerpcomponent is
verwijderd of buiten werking is
gesteld.

3
Voorwoord
Handboek voor de eigenaar
Dank u voor het kiezen van een Triumph-
motorfiets. Deze motorfiets is het resultaat
van Triumph's toepassing van beproefde
technieken, grondige tests en het
voortdurend streven naar superieure
betrouwbaarheid, veiligheid en prestaties.
Lees voordat u gaat rijden dit handboek
aandachtig door om volledig vertrouwd te
raken met de werking van de
bedieningselementen, de kenmerken, de
capaciteiten en de beperkingen van uw
motorfiets.
Dit handboek bevat tips voor veilig rijden,
maar omvat niet alle technieken en
vaardigheden die noodzakelijk zijn voor het
veilig berijden van een motorfiets. Triumph
beveelt ten stelligste aan dat alle motorrijders
de nodige lessen nemen om een veilige
bediening van deze motorfiets te
garanderen.
Informatie
De informatie in deze uitgave is gebaseerd
op de meest recente, op het moment van
publicatie beschikbare informatie. Triumph
behoudt zich het recht voor te allen tijde,
zonder voorafgaande mededeling of
verplichting, wijzigingen aan te brengen.
Niets uit deze publicatie mag - in zijn geheel
of gedeeltelijk - worden gereproduceerd
zonder schriftelijke toestemming van
Triumph Motorcycles Limited.
© Copyright 04.2008 Triumph Motorcycles
Limited, Hinckley, Leicestershire,
Groot-Brittannië.
Publicatie onderdeelnummer 3856531
versie 2.
Waarschuwing
Dit handboek voor de eigenaar en alle
overige instructies die bij uw motorfiets
worden geleverd, maken integraal deel uit
van uw motorfiets en moeten bij de
motorfiets blijven, ook wanneer deze
wordt doorverkocht.
Iedereen die uw motorfiets gaat berijden,
dient dit handboek en alle overige
instructies die bij uw motorfiets worden
geleverd, aandachtig te lezen om volledig
vertrouwd te raken met de werking van de
bedieningselementen, de kenmerken, de
capaciteiten en de beperkingen van uw
motorfiets.
Leen uw motorfiets niet aan anderen uit,
want het berijden ervan zonder vertrouwd
te zijn met de werking van de
bedieningselementen, de kenmerken, de
capaciteiten en de beperkingen van de
motorfiets kan leiden tot een ongeval.

Voorwoord
4
Inhoudsopgave
Dit handboek bevat een aantal verschillende hoofdstukken. Onderstaande inhoudsopgave
helpt u het begin van elk hoofdstuk op te zoeken, waar u - in het geval van grotere
hoofdstukken - een meer gedetailleerde inhoudsopgave aantreft, die u helpt het betreffende
onderwerp te vinden.
Voorwoord . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1
Waarschuwingslabels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Omschrijving van onderdelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Serienummers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Algemene informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Het berijden van de motorfiets . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
Accessoires, belading en passagiers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
Onderhoud en afstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
Stalling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99
Specificaties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .101

5
Voorwoord – Veiligheid voorop
VOORWOORD – VEILIGHEID VOOROP
De motorfiets
Waarschuwing
Deze motorfiets is uitsluitend bedoeld voor
gebruik op de weg. Hij is niet geschikt voor
gebruik op ruw terrein.
Gebruik op ruw terrein kan het verliezen
van de controle over de motorfiets
veroorzaken, wat kan leiden tot een
ongeval met letsel of de dood als gevolg.
Waarschuwing
Deze motorfiets is niet ontworpen voor het
trekken van een aanhanger of het gebruik
van een zijspan. Het gebruik van een
zijspan en/of aanhanger kan het verliezen
van de controle over de motorfiets of een
ongeval tot gevolg hebben.
Waarschuwing
Deze motorfiets is ontworpen voor het
gebruik als tweewielig voertuig voor het
vervoeren van een berijder alleen of een
berijder met één passagier (indien een
passagierszadel is aangebracht).
Het totale gewicht van de berijder, een
eventuele passagier, accessoires en bagage
mag het maximale laadvermogen van
200 kg niet overschrijden.

6
Voorwoord – Veiligheid voorop
Brandstof en uitlaatgassen
Waarschuwing
BENZINE IS UITERST BRANDBAAR:
Schakel de motor altijd uit vóór u gaat
tanken.
Niet tanken of de vuldop van de tank
openen terwijl u rookt of in de buurt van
open vuur (vlammen).
Zorg ervoor dat tijdens het tanken geen
brandstof op de motor, de uitlaatpijpen of
de dempers wordt gemorst.
Indien brandstof wordt ingeslikt,
ingeademd of in de ogen komt, dient
direct medische hulp te worden
ingeroepen.
Indien benzine op de huid terechtkomt,
dient deze onmiddellijk te worden
gewassen met water en zeep en met
brandstof verontreinigde kleding dient
onmiddellijk te worden uitgetrokken.
Contact met brandstof kan brandwonden
en andere ernstige huidaandoeningen
veroorzaken.
Waarschuwing
De motor nooit in een afgesloten ruimte
starten of laten draaien. De uitlaatgassen
zijn giftig en kunnen binnen korte tijd
bewusteloosheid en de dood tot gevolg
hebben. Gebruik uw motorfiets uitsluitend
in de open lucht of in een ruimte met
afdoende ventilatie.

7
Voorwoord – Veiligheid voorop
Het rijden
Waarschuwing
De motorfiets nooit berijden indien u moe
bent of onder invloed verkeert van alcohol
of andere verdovende middelen.
Het berijden van een motorfiets onder
invloed van alcohol of andere verdovende
middelen is verboden.
Het berijden van een motorfiets terwijl u
moe bent of onder invloed van alcohol of
andere verdovende middelen verkeert,
vermindert het vermogen van de berijder
om de motorfiets onder controle te
houden waardoor een ongeval kan
worden veroorzaakt.
Waarschuwing
Alle rijders moeten in het bezit zijn van
een rijbewijs voor motorfietsen. Het zonder
rijbewijs besturen van een motorfiets is
verboden en kan gerechtelijke vervolging
tot gevolg hebben.
Het rijden op een motorfiets zonder
formele training in de juiste rijtechnieken
die nodig zijn om een rijbewijs te halen, is
gevaarlijk en kan resulteren in verlies van
de controle over de motorfiets en een
ongeluk.
Waarschuwing
Rijd altijd defensief en draag de elders in
dit voorwoord genoemde beschermende
uitrusting. Onthoud dat een motorfiets bij
een ongeval minder bescherming biedt
dan een auto.
Waarschuwing
Deze Triumph-motorfiets mag de wettelijk
geldende snelheidslimieten niet
overschrijden.
Het met hoge snelheid op een motorfiets
rijden kan gevaarlijk zijn, aangezien de tijd
om op bepaalde verkeerssituaties te
reageren bij hogere snelheden aanzienlijk
wordt verkort.
Pas de snelheid altijd aan aan eventueel
gevaarlijke rijomstandigheden, zoals slecht
weer of druk verkeer.

8
Voorwoord – Veiligheid voorop
Valhelm en kleding
Waarschuwing
Wees altijd bedacht op veranderingen in
het wegdek, het verkeer en de wind en pas
uw rijgedrag hierop aan. Alle tweewielige
voertuigen zijn onderhevig aan krachten
van buitenaf die een ongeval kunnen
veroorzaken. Deze krachten zijn onder
andere:
• Windstoten van passerende
voertuigen;
• Gaten in de weg, oneffenheden of
beschadigingen in het wegdek;
• Slecht weer;
• Fouten van de berijder.
Rijd altijd met matige snelheid en vermijd
druk verkeer, totdat u zich volledig
vertrouwd hebt gemaakt met het rijgedrag
en de rijeigenschappen van de motorfiets.
Overschrijd nooit de wettelijk geldende
snelheidslimiet.
Waarschuwing
Bij het berijden van de motorfiets dienen
de berijder en de passagier altijd valhelm,
oogbescherming, handschoenen, broek
(nauw aansluitend rond de knieën en de
enkels) en een felgekleurd jack te dragen.
Felgekleurde kleding verhoogt de
zichtbaarheid van de berijder (of de
passagier) voor andere weggebruikers
aanzienlijk. Hoewel volledige bescherming
niet mogelijk is, kan het dragen van de
juiste beschermende kleding het risico op
verwondingen bij het berijden van uw
motorfiets verlagen.

9
Voorwoord – Veiligheid voorop
Handgrepen en voetsteunen
Waarschuwing
Een valhelm is een van de belangrijkste
uitrustingsstukken, omdat deze
bescherming biedt tegen hoofdletsel. Uw
valhelm en die van uw passagier dienen
met zorg te worden gekozen en
comfortabel en stevig om het hoofd te
passen. Een felgekleurde helm verhoogt de
zichtbaarheid van de berijder (of passagier)
voor andere weggebruikers aanzienlijk.
Een valhelm met open voorzijde biedt
enige bescherming bij een ongeval, maar
een integraalhelm biedt betere
bescherming.
Draag altijd een vizier of een
goedgekeurde beschermende bril voor
beter zicht en ter bescherming van uw
ogen.
Waarschuwing
De berijder dient het voertuig onder
controle te houden door te allen tijde de
handen aan het stuur te houden.
De besturing en stabiliteit van de
motorfiets worden nadelig beïnvloed
indien de berijder het stuur loslaat,
hetgeen kan leiden tot verlies van controle
over de motorfiets en een ongeval.
Waarschuwing
De berijder en de passagier dienen tijdens
het berijden van het voertuig altijd de
voetsteunen te gebruiken.
Door de voetsteunen te gebruiken wordt
voor zowel de berijder als de passagier het
risico op onbedoeld contact met
onderdelen van de motorfiets verminderd
en wordt ook de kans op verwondingen,
veroorzaakt door het vast komen zitten
van kledingstukken, verminderd.

10
Voorwoord – Veiligheid voorop
Parkeren Onderdelen en accessoires
Triumph accepteert geen aansprakelijkheid
voor gebreken die zijn veroorzaakt door het
aanbrengen van niet-goedgekeurde
onderdelen, accessoires of wijzigingen of
door het aanbrengen van goedgekeurde
onderdelen, accessoires of wijzigingen door
onbevoegd personeel.
Waarschuwing
Altijd de motor uitschakelen en de
contactsleutel verwijderen voordat u uw
motorfiets onbeheerd achterlaat. Door het
verwijderen van de contactsleutel wordt
het risico van gebruik door onbevoegde en
onervaren personen verkleind.
Denk aan het volgende als u uw motorfiets
parkeert:
De motor en het uitlaatsysteem zijn na het
rijden sterk verhit. Parkeer NOOIT op
plaatsen waar voetgangers, dieren en/of
kinderen de motorfiets kunnen aanraken.
Parkeer nooit op een zachte ondergrond
of op een hellend oppervlak. Indien de
motorfiets onder deze omstandigheden
wordt geparkeerd, kan deze omvallen.
Zie voor nadere informatie het hoofdstuk
'Het berijden van de motorfiets' in dit
handboek voor de eigenaar.
Waarschuwing
De eigenaar dient erop te letten, dat
goedgekeurde onderdelen, accessoires en
wijzigingen voor een Triumph-motorfiets
uitsluitend door Triumph officieel
goedgekeurde onderdelen zijn die door
een erkende Triumph-dealer op de
motorfiets worden aangebracht.
Het is met name bijzonder gevaarlijk om
onderdelen of accessoires aan te brengen
of te vervangen waarvoor het noodzakelijk
is om het elektrische of het
brandstofsysteem te demonteren, of
hierop uitbreidingen aan te brengen.
Dergelijke aanpassingen kunnen de
veiligheid in gevaar brengen.
Het aanbrengen van niet-goedgekeurde
onderdelen, accessoires of wijzigingen
kunnen een nadelig effect hebben op het
rijgedrag, de stabiliteit en andere aspecten
van de werking van de motorfiets,
waardoor een ongeval kan worden
veroorzaakt dat kan leiden tot letsel of de
dood.

11
Voorwoord – Veiligheid voorop
Onderhoud/apparatuur
Waarschuwing
Raadpleeg uw erkende Triumph-dealer
indien u twijfelt aan de juiste of veilige
werking van deze Triumph-motorfiets.
Onthoud dat het blijven gebruiken van
een niet goed werkende motorfiets een
fout kan verergeren en de veiligheid in
gevaar kan brengen.
Waarschuwing
Door het gebruik van een motorfiets
waarvan de hellingshoekindicators tot
voorbij de maximale limiet zijn afgesleten
(wanneer 10 mm of meer van het
afgeronde uiteinde van een van de
voetsteunen is afgesleten) kan deze onder
een onveilige hoek overhellen.
De afstelling van de afstelstang van het
rempedaal mag nooit worden gewijzigd,
aangezien hierdoor de hellingshoek,
waaronder de hellingshoekindicatoren
contact maken met de bodem, negatief
wordt beïnvloed.
Overhellen onder een onveilige hoek kan
instabiliteit, verlies van controle over de
motorfiets of een ongeval veroorzaken,
hetgeen letsel of de dood tot gevolg kan
hebben.
Waarschuwing
Controleer of alle wettelijk vereiste
apparatuur is gemonteerd en correct
functioneert.
Verwijderen of wijzigen van de verlichting,
dempers, uitstoot- en
geluiddempingssystemen van de
motorfiets kunnen een overtreding van de
wet betekenen.
Onjuiste of niet toegestane aanpassingen
kunnen een nadelig effect hebben op het
rijgedrag, de stabiliteit en andere aspecten
van de werking van de motorfiets,
waardoor een ongeval kan worden
veroorzaakt met letsel of de dood als
gevolg.
Waarschuwing
Indien de motorfiets betrokken is bij een
ongeval, aanrijding of valpartij dient deze
voor inspectie en reparatie naar een
erkende Triumph-dealer te worden
gebracht. Elk ongeval kan schade aan de
motorfiets veroorzaken, die –indien niet op
de juiste wijze gerepareerd –een tweede
ongeval kan veroorzaken met letsel of de
dood als gevolg.

Waarschuwingslabels
12
WAARSCHUWINGSLABELS
Plaats van de waarschuwingslabels – America en
Speedmaster
De op deze en de volgende pagina's beschreven labels maken u attent op belangrijke
veiligheidsinformatie in dit handboek. Voordat u de motorfiets gaat berijden, dient u ervoor te
zorgen dat alle berijders alle informatie, waarop deze labels betrekking hebben, hebben
begrepen en naleven.
Banden
(pagina 79)
Motorolie
(pagina 59)
Aandrijfketting
(pagina 68)
Dagelijkse
veiligheidscontrole
(pagina 37)
DAILY SAFETY CHECKS
TÄGLICHE SICHERHEITSKONTROLLEN
CONTROLES DE SECURITE QUOTIDIENS
CHEQUEOS DE SEGURIDAD DIARIOS
VERIFICAÇÕES DIÁRIAS DE SEGURANÇA
VERIFICHE GIORNALIERE DI SICUREZZA
DAGELIJSKE VEILIGHEIDSINSPECTIES

Waarschuwingslabels
13
WAARSCHUWINGSLABELS
Plaats van de waarschuwingslabels – America en
Speedmaster (vervolg)
Loodvrije brandstof
(pagina 30)
Helm
(pagina 9)
Versnellingsstand
(pagina 42)
P
4
3
1
5
N
2

15
Omschrijving van onderdelen
OMSCHRIJVING VAN ONDERDELEN
Omschrijving van onderdelen - America en Speedmaster
(vervolg)
17. Stuurslot
18.Aandrijfketting
19.Vloeistofreservoir achterrem
20.Rempedaal achterrem
21. Olievulplug
22.Kijkglas oliepeil
23.Voorvork
24.Achterwielophangingsunit
25.Geluiddemper
22
24
19
23
18
17
202125

16
Omschrijving van onderdelen
Omschrijving van onderdelen - America en Speedmaster
(vervolg)
1. Koppelingshendel
2. Dimschakelaar koplamp
3. Richtingaanwijzerschakelaar
4. Claxonknop
5. Brandstofvulopening
6. Snelheidsmeter
7. Waarschuwingslampjes
8. Vloeistofreservoir voorrem
9. Remhendel voorrem
10.Motorstopschakelaar
11. Startknop
12.Toerenteller (alleen Speedmaster)
T9080006USA
1 2 3 4 65 7 8 9
10
1112
N

17
Serienummers
SERIENUMMERS
VoertuigIdentificatieNummer
(VIN)
1. Plaats VIN-nummer
1. Plaats VIN-plaatje
Het voertuigidentificatienummer is in het
balhoofd geslagen.
Het wordt bovendien vermeld op een plaatje,
dat direct achter het balhoofd aan de
linkerzijde van de motorfiets op het frame is
geklonken.
Motorserienummer
1. Motorserienummer
Het motorserienummer is direct boven de
kettingwielafdekking van de aandrijfketting in
het carter geslagen.
Noteer het voertuigidentificatienummer
(VIN) in de ruimte hieronder.
Noteer het motorserienummer in de ruimte
hieronder.
cebr
1
1
ccil
1

Serienummers
18
Deze pagina met opzet blanco

Algemene informatie
19
ALGEMENE INFORMATIE
Inhoudsopgave
Instrumenten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
America en Speedmaster . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Snelheidsmeter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Kilometerteller. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Dagteller . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Toerenteller (alleen Speedmaster) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Waarschuwingslampjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Richtingaanwijzers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Grootlicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Neutraal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Waarschuwingslampje storing motor-managementsysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Brandstofniveau laag . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Lage oliedruk. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Contactsleutel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Contactschakelaar. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Plaats van de schakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Werking van de schakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Standen contactschakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Stuurslotsleutel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Stuurslot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Schakelaars rechterstuurstang . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Motorstopschakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Startknop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Schakelaars linkerstuurstang . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Dimschakelaar koplamp . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Richtingaanwijzer-schakelaar. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Claxonknop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Stelschroef rem- en koppelingshendel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Brandstof . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Brandstoftype. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30

Algemene informatie
20
Tanken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Tankdop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Brandstoftank vullen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
Zijpaneel: Rechterzijpaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
Zadel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Zadelonderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Zadel - Speedmaster . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Zadel - America. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Standaard . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Zijstandaard . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Handboek voor de eigenaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Opbergplaats handboek America . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Opbergplaats handboek Speedmaster. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Inrijden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Veilig gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
Dagelijkse veiligheidscontrole . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37

21
Algemene informatie
Instrumenten
America en Speedmaster
1. Snelheidsmeter
2. Dagteller
3. Indicator brandstofniveau laag
4. Waarschuwingslampje storing
motormanagement (MIL)
5. Plaats van de toerenteller (alleen
Speedmaster)
6. Indicator grootlicht
7. Lampje richtingaanwijzers
8. Neutraal-indicator
9. Waarschuwingslampje lage oliedruk
10.Nulstelknop dagteller
11. Kilometerteller
1
2
5
69
10
11
87
43
cekv

22
Algemene informatie
Snelheidsmeter
De snelheidsmeter geeft de rijsnelheid van de
motorfiets aan.
Kilometerteller
De kilometerteller bevindt zich in de
wijzerplaat van de snelheidsmeter. De
kilometerteller geeft de totale door de
motorfiets afgelegde afstand weer.
Dagteller
De dagteller geeft de afstand weer, die door
de motorfiets werd afgelegd sinds de meter
de laatste keer op nul werd gesteld.
Om de dagteller op nul te stellen, de
nulstelknop linksom draaien (gezien vanaf de
linkerzijde van de motorfiets) tot alle cijfers op
nul staan.
Toerenteller (alleen
Speedmaster)
De toerenteller geeft het motortoerental weer
in omwentelingen per minuut - omw/min.
Aan de rechterzijde op de wijzerplaat van de
toerenteller wordt de 'rode zone' aangeduid.
Indien het motortoerental per minuut
(omw/min) in de rode zone wordt
weergegeven, ligt dit boven het aanbevolen
maximale motortoerental en ook boven het
motortoerental dat de beste prestaties levert.
Waarschuwing
Probeer tijdens het rijden niet de dagteller
opnieuw in te stellen want dit kan leiden
tot verlies van controle over de motorfiets
en een ongeval.
Voorzichtig
Laat het motortoerental nooit oplopen tot
in de 'rode zone', dit kan leiden tot
ernstige motorschade.

23
Algemene informatie
Waarschuwingslampjes
Richtingaanwijzers
Als de richtingaanwijzerschakelaar
naar links of naar rechts wordt
gedrukt, knippert het lampje van de
betreffende richtingaanwijzer.
Grootlicht
Wanneer de koplampen worden
ingeschakeld en de koplamp-
schakelaar is ingesteld op 'grootlicht', gaat het
waarschuwingslampje voor grootlicht
branden.
Neutraal
De neutraal-indicator geeft aan dat
de transmissie in neutraal staat
(geen versnelling ingeschakeld). Het
waarschuwingslampje gaat branden wanneer
de transmissie in neutraal staat terwijl de
contactschakelaar in de stand AAN staat.
Waarschuwingslampje
storing motor-
managementsysteem
Het waarschuwingslampje storing motor-
managementsysteem gaat branden wanneer
het contact wordt ingeschakeld (om aan te
geven dat het systeem werkt), maar mag niet
branden wanneer de motor draait.
Indien het waarschuwingslampje gaat
branden terwijl de motor draait, betekent dit
dat er een storing is opgetreden in een of
meer systemen die door het motor-
managementsysteem worden geregeld. In
dergelijke gevallen schakelt het motor-
managementsysteem over naar 'thuisbreng-
modus', zodat de rit kan worden voortgezet
indien de storing niet zo ernstig is dat de
motor niet kan draaien.
Let op:
• Als het waarschuwingslampje
knippert als het contact wordt
ingeschakeld, neem dan zo snel
mogelijk contact op met een
erkende Triumph-dealer om deze
situatie te verhelpen. Onder deze
omstandigheden zal de motor niet
starten.
Brandstofniveau laag
De indicator brandstofniveau laag
gaat branden wanneer er nog
circa 3,5 liter brandstof in de tank aanwezig
is.
Waarschuwing
Verlaag de snelheid en rijd niet langer door
dan noodzakelijk is terwijl dit
waarschuwingslampje brandt. De storing
kan de motorprestaties, de uitlaatemissies
en het brandstofverbruik negatief
beïnvloeden. Verlaagde motorprestaties
kunnen gevaarlijke rijomstandigheden
veroorzaken, die kunnen leiden tot verlies
van controle en een ongeval. Neem zo
snel mogelijk contact op met een erkende
Triumph-dealer, om de storing te laten
inspecteren en verhelpen.

24
Algemene informatie
Lage oliedruk
Het waarschuwingslampje lage
oliedruk gaat branden als de
oliedruk gevaarlijk laag is (of als het contact in
de stand AAN staat terwijl de motor niet
draait). Als de motor draait, blijft het lampje
uit als er voldoende oliedruk aanwezig is.
Als de motor wordt gestart altijd controleren
of het lampje gaat branden als het contact in
de stand AAN staat, en uitgaat zodra de
motor is gestart.
Contactsleutel
1. Sleutelnummerlabel
De contactsleutel bedient uitsluitend de
contactschakelaar. Het stuurslot wordt met
een andere sleutel bediend.
Bij aflevering vanuit de fabriek worden twee
contactsleutels meegeleverd en een label
waarop het sleutelnummer is vermeld.
Noteer het sleutelnummer en bewaar de
reservesleutel en het sleutellabel op een
veilige plaats, niet in de buurt van de
motorfiets.
Een reservesleutel kan worden geleverd door
een erkende Triumph-dealer, en wordt
vervaardigd op basis van het sleutelnummer
of als kopie van de originele sleutel.
Voorzichtig
Schakel de motor direct uit indien het
waarschuwingslampje lage oliedruk gaat
branden. De motor niet opnieuw starten
voordat de storing is verholpen.
Indien de motor draait terwijl het
waarschuwingslampje lage oliedruk
brandt, kan ernstige motorschade
ontstaan.
Voorzichtig
Bewaar de reservesleutel niet bij de
motorfiets, omdat hierdoor de beveiliging
in gevaar wordt gebracht.
T908010
1

25
Algemene informatie
Contactschakelaar
1. Contactschakelaar
2. Stand UIT
3. Stand AAN
4. Stand P (PARKEREN)
Plaats van de schakelaar
De schakelaar bevindt zich aan de linkerzijde
van de motorfiets, aan de achterzijde van het
zijpaneel.
Werking van de schakelaar
Deze schakelaar heeft drie met een sleutel
bediende standen. De sleutel kan uitsluitend
uit de contactschakelaar worden verwijderd,
indien deze in de stand UIT of
P (PARKEREN) staat.
Om de schakelaar van UIT naar AAN te
draaien, de sleutel in de schakelaar steken en
rechtsom in de stand AAN draaien.
Om de schakelaar van AAN naar PARKEREN
te draaien, de slotcilinder dieper in het slot
duwen en de schakelaar rechtsom in de
stand PARKEREN draaien. Gebruik de stand
PARKEREN uitsluitend als de motorfiets
gedurende korte tijd wordt geparkeerd in
een situatie waarin de positielampen moeten
blijven branden.
Om de schakelaar terug naar UIT te draaien,
de sleutel linksom draaien.
Standen contactschakelaar
Let op:
• Laat de contactschakelaar niet
gedurende langere tijd in de stand
P staan, aangezien dit leidt tot
ontladen van de accu.
T908011
4
3
2
1
Motor uit. Alle elektrische circuits
uit.
Motor aan. Alle elektrische
apparatuur kan worden gebruikt.
Motor uit. Achterlichten,
zijverlichting en kenteken-
plaatverlichting aan, alle overige
elektrische circuits uitgeschakeld.
Waarschuwing
Om redenen van beveiliging en veiligheid
het contact altijd in de stand UIT of
PARKEREN zetten en de sleutel
verwijderen voordat u de motorfiets
onbeheerd achterlaat.
Onbevoegd gebruik van de motorfiets kan
leiden tot verwonding van de gebruiker,
medeweggebruikers en voetgangers en
beschadiging van de motorfiets.
P

26
Algemene informatie
Stuurslotsleutel
1. Label stuurslotsleutel
De stuurslotsleutel bedient uitsluitend het
stuurslot. De contactschakelaar wordt met
een andere sleutel bediend.
Bij aflevering vanuit de fabriek, worden twee
stuurslotsleutels meegeleverd en een label
waarop het sleutelnummer is vermeld.
Noteer het sleutelnummer en bewaar de
reservesleutel en het sleutellabel op een
veilige plaats, niet in de buurt van de
motorfiets.
Een reservesleutel kan worden geleverd door
een erkende Triumph-dealer, en wordt
vervaardigd op basis van het sleutelnummer
of als kopie van de originele sleutel.
Stuurslot
1. Afdekking stuurslot
2. Stuurslot
Dit slot heeft twee met een sleutel bediende
standen. De sleutel kan in zowel de stand
geactiveerd als gedeactiveerd worden
verwijderd.
Om het slot te activeren de sleutel erin steken
en het gehele slot linksom draaien en
tegelijkertijd naar binnen duwen.
Tegelijkertijd het stuur volledig naar links
draaien tot het slot inschakelt (op dat
moment draait het slot en beweegt het naar
binnen).
Om het stuurslot te deactiveren de sleutel
erin steken, het stuur licht draaien om
eventuele belasting van het slot weg te
nemen en de sleutel verder linksom draaien
tot het slot naar buiten springt. De sleutel
verwijderen.
Voorzichtig
Bewaar de reservesleutel niet bij de
motorfiets, omdat hierdoor de beveiliging
in gevaar wordt gebracht.
T908012
1
cebr
2
1

27
Algemene informatie
Schakelaars
rechterstuurstang
1. Motorstopschakelaar
2. Stand DRAAIEN
3. Stand STOP
4. Startknop
Motorstopschakelaar
De contactschakelaar moet in de
stand AAN staan en de
motorstopschakelaar moet in de stand
DRAAIEN staan om met de motorfiets te
kunnen rijden.
De motorstopschakelaar is bedoeld voor
gebruik in een noodgeval. Indien zich een
noodgeval voordoet waarbij het uitschakelen
van de motor noodzakelijk is, zet u de
motorstopschakelaar in de stand STOP.
Let op:
• Hoewel de motorstopschakelaar
de motor stopt, schakelt deze niet
alle elektrische circuits uit.
Normaliter dient de
contactschakelaar te worden
gebruikt om de motor te stoppen.
Waarschuwing
Het stuurslot moet altijd vóór het rijden
worden gedeactiveerd, omdat het bij
geactiveerd stuurslot niet mogelijk is om
het stuur te draaien en de motorfiets te
besturen.
Rijden zonder de mogelijkheid de
motorfiets te besturen kan leiden tot verlies
van controle en een ongeval.
13
2
4
cbmj1

28
Algemene informatie
Startknop
De startknop bedient de
elektrische starter. Om de starter te
kunnen inschakelen, moet de
koppelingshendel tegen de handgreep
worden getrokken.
Let op:
• Ook wanneer de
koppelingshendel tegen de
handgreep is getrokken, werkt de
starter niet indien de zijstandaard
is uitgeklapt en een versnelling is
ingeschakeld.
• Op dit moment zijn op geen van
de Triumph-modellen nog
verlichtingsschakelaars
aangebracht. In plaats daarvan
gaan de koplampen en
achterlichten automatisch branden
als het contact in de stand AAN
staat.
Schakelaars linkerstuurstang
1. Dimschakelaar koplamp
2. Richtingaanwijzerschakelaar
3. Claxonknop
Dimschakelaar koplamp
Met de dimschakelaar van de
koplamp kan dimlicht of grootlicht
worden ingeschakeld. Druk de schakelaar
naar voren om grootlicht in te schakelen. Trek
de schakelaar naar achteren om dimlicht in te
schakelen. Indien grootlicht is ingeschakeld,
brandt het waarschuwings-lampje voor
grootlicht.
Voorzichtig
Laat de contactschakelaar niet in de stand
AAN staan wanneer de motor niet draait,
omdat dit kan leiden tot schade aan
elektrische onderdelen en de accu.
cbmk
1
2
3

29
Algemene informatie
Richtingaanwijzer-
schakelaar
Wanneer de richtingaanwijzer-
schakelaar naar links of naar rechts wordt
geduwd, knippert ook de indicator van de
betreffende richtingaanwijzer. De knop in het
midden van de schakelaar indrukken en
loslaten om de richtingaanwijzers uit te
schakelen.
Claxonknop
Wanneer de claxonknop wordt
ingedrukt en het contact in de
stand AAN staat, klinkt de claxon.
Stelschroef rem- en
koppelingshendel
1. Stelwieltje hendel
De hendels van de voorrem en de koppeling
zijn bij beide modellen voorzien van een
stelmechanisme. Met deze stelmechanismen
kan de afstand tussen de handgreep en de
hendel worden ingesteld op een van vier
standen en worden aangepast aan de
spanwijdte van de hand van de berijder.
Om een hendel af te stellen, de hendel naar
voren drukken en het stelwieltje op een van
de genummerde standen met de driehoekige
markering op het draaipunt van de hendel
draaien (hierboven afgebeeld met stand 4).
De afstand tussen de handgreep en de
losgelaten hendel is het kleinst wanneer het
stelwieltje is ingesteld op stand 4 en het
grootst wanneer dit is ingesteld op stand 1.
cbmi
1

30
Algemene informatie
Brandstof
Brandstoftype
Uw Triumph-motor is ontworpen voor
loodvrije benzine en levert optimale
prestaties indien het juiste type benzine
wordt gebruikt. Gebruik altijd loodvrije
benzine met een octaangehalte van
minimaal 91.
Waarschuwing
Probeer nooit onder het rijden de hendels
af te stellen, dit kan leiden tot verlies van
controle over de motorfiets en een
ongeval.
Gebruik na het afstellen van de hendels de
motorfiets eerst ergens waar geen verkeer
is, om vertrouwd te raken met de nieuwe
hendelafstellingen. Leen uw motorfiets niet
uit aan anderen, omdat iemand de hendels
kan afstellen op een manier die u niet
gewend bent en dit kan leiden tot verlies
van controle over de motorfiets en een
ongeval.
Voorzichtig
In veel landen zijn de uitlaatsystemen van
deze modellen voorzien van katalysators,
die zorgen voor een lagere uitstoot van
schadelijke stoffen. De katalysators kunnen
onherstelbaar beschadigen indien de
brandstoftank helemaal leeg wordt
gereden of indien het brandstofniveau
zeer laag is. Zorg ervoor dat u altijd
voldoende brandstof heeft voor uw rit.
Voorzichtig
Het gebruik van gelode benzine is in
sommige landen, staten of regio's
verboden. Het gebruik van gelode benzine
beschadigt de katalysator.
P

32
Algemene informatie
Brandstoftank vullen
Voorkom het vullen van de tank onder
regenachtige of stoffige omstandigheden,
omdat dit kan leiden tot verontreiniging van
de brandstof.
Vul de brandstoftank langzaam om morsen
te voorkomen. Vul de tank niet boven de
onderzijde van de hals van de vulpijp.
Hierdoor blijft ruimte voor een luchtlaag,
zodat de brandstof in de tank kan uitzetten
als gevolg van warmteopname vanuit de
motorfiets of zonlicht.
1. Brandstofpeil
2. Vulpijp
3. Luchtruimte
Controleer na het tanken altijd of de tankdop
goed gesloten en afgesloten is.
Zijpaneel: Rechterzijpaneel
Onder normale omstandigheden is het niet
nodig om het rechterzijpaneel van de
America- en Speedmaster-modellen te
verwijderen, behalve voor groot onderhoud
of reparatiewerkzaamheden, die moeten
worden uitgevoerd door een erkende
Triumph-dealer.
Voorzichtig
Verontreinigde brandstof kan onderdelen
van het brandstofsysteem beschadigen.
Waarschuwing
Teveel brandstof vullen kan leiden tot
morsen.
Indien brandstof (benzine) wordt gemorst,
dient deze volledig te worden opgenomen
en dient de hiervoor gebruikte doek op
een veilige manier te worden afgevoerd.
Zorg ervoor dat tijdens het tanken geen
brandstof (benzine) op de motor, de
uitlaatpijpen, de banden of andere
onderdelen van de motorfiets wordt
gemorst.
Omdat benzine (brandstof) uiterst
brandbaar is, kan een benzinelek of het
morsen van benzine, of het niet in acht
nemen van de hiervoor genoemde
veiligheidsinstructies, brand veroorzaken,
met schade aan eigendommen, persoonlijk
letsel of de dood als gevolg.
Bij of op de banden gemorste brandstof
(benzine) vermindert de grip van de band
op de weg. Hierdoor ontstaan gevaarlijke
rijomstandigheden, die leiden tot verlies
van controle over de motorfiets en een
ongeval.

33
Algemene informatie
Zadel
Zadelonderhoud
Om schade aan zadelafdekking te
voorkomen, mag men het zadel niet laten
vallen of deze tegen een oppervlak plaatsen
dat het zadel of de afdekking ervan kan
beschadigen.
Zadel - Speedmaster
1. Zadel
2. Bevestigingsbout
3. Ontgrendeling van slot
Het zadel kan worden verwijderd om
toegang te krijgen tot het handboek voor de
eigenaar. Een inbussleutel, die zich aan de
binnenzijde van de zekeringdoosdeksel
bevindt, wordt meegeleverd om de
zadelvergrendelingen te verwijderen.
Om de zekeringdoosdeksel te verwijderen,
zodat de inbussleutel bereikbaar is, trek u de
onderste rand van de zekeringdoosdeksel
voorzichtig los uit diens bevestigingsrubber.
Nadat de deksel is losgemaakt uit diens
bevestigingsrubber, tilt u de onderste rand
op tot de bovenrand kan worden losgehaakt
uit diens bevestigingssleuf.
Verwijder de bevestigingsbout uit het
achterste gedeelte van het zadel.
Trek de ontgrendeling van het slot naar
buiten om het middenstuk van het zadel vrij
te geven en til vervolgens het zadel aan de
achterzijde op en maak de voorzijde los van
de brandstoftank.
Voorzichtig
Om schade aan het zadel en diens
afdekking te voorkomen, mag men het
zadel niet laten vallen. Plaats het zadel niet
tegen de motorfiets of enig ander
oppervlak waardoor zadel of afdekking
beschadigd kan raken. Plaats het zadel in
plaats daarvan met de zadelafdekking
omhoog op een schone, vlakke
ondergrond die is afgedekt met een zachte
doek.
Plaats geen voorwerpen op het zadel,
waardoor de zadelafdekking beschadigd of
vervuild kan raken.
1
2
3

34
Algemene informatie
Om het zadel weer aan te brengen, het zadel
op het frame plaatsen. Let er daarbij op dat
de geleidingstong correct onder de
brandstoftankbrug is aangebracht. Stevig
omlaagdrukken zodat het midden van het
zadel vastklikt in het zadelslot.
Tenslotte de zadelbevestigingsbouten
vastdraaien, de inbussleutel opbergen op de
daarvoor bedoelde plaats en de
zekeringdoosdeksel weer aanbrengen.
Zadel - America
Let op:
• Bij de America-modellen is het
gewoonlijk niet noodzakelijk om
het zadel te verwijderen om
toegang te verkrijgen tot de
onderdelen die door de berijder
kunnen worden onderhouden.
Standaard
Zijstandaard
1. Zijstandaard
Dit model is uitgerust met een zijstandaard
waarop de motorfiets kan worden
geparkeerd. Controleer wanneer vóór het
rijden de zijstandaard werd gebruikt, of deze
volledig is ingeklapt voordat u op de
motorfiets gaat zitten.
Zie voor nadere informatie over veilig
parkeren het hoofdstuk 'Het berijden van de
motorfiets'.
T908020USA
1

35
Algemene informatie
Let op:
• Draai wanneer de zijstandaard
wordt gebruikt de stuurstang
volledig naar links en laat de
motorfiets in de eerste versnelling
staan.
Handboek voor de eigenaar
Opbergplaats handboek America
1. Opbergplaats handboek voor de
eigenaar - America
Het handboek voor de eigenaar is
opgeborgen in een opbergvak onder het
passagierszadel.
Om het handboek eruit te nemen, trekt u de
afdekking van het opbergvak (dat langs de
onderrand scharniert) eruit met behulp van
het vingergat. Zodra de afdekking geopend
is, moet het boek wellicht naar achteren
worden geschoven om het uit de
opbergruimte onder het zadel te verwijderen.
Na gebruik wordt het handboek weer in het
opbergvak geplaatst en de afdekking
gesloten, waarbij u dient te controleren of
deze volledig afgesloten is.
Waarschuwing
De motorfiets is voorzien van een
interlocksysteem, zodat niet met de
motorfiets kan worden gereden terwijl de
zijstandaard is uitgeklapt.
Probeer nooit te rijden met de zijstandaard
uitgeklapt en wijzig nooit iets aan het
interlocksysteem, omdat dit kan leiden tot
gevaarlijke rijomstandigheden met verlies
van controle over de motorfiets en een
ongeval als gevolg.
T908021USA
1
Produkt Specifikationer
Mærke: | Triumph |
Kategori: | Motorcykel |
Model: | Speedmaster (2008) |
Har du brug for hjælp?
Hvis du har brug for hjælp til Triumph Speedmaster (2008) stil et spørgsmål nedenfor, og andre brugere vil svare dig
Motorcykel Triumph Manualer

16 Juli 2024

12 Maj 2024

29 April 2024

6 April 2024

27 Marts 2024

13 Marts 2024

11 Marts 2024

9 Marts 2024

9 Februar 2024

9 Februar 2024
Motorcykel Manualer
- Motorcykel Hero
- Motorcykel Yamaha
- Motorcykel Kawasaki
- Motorcykel Bajaj
- Motorcykel Beta
- Motorcykel Piaggio
- Motorcykel Duke Fitness
- Motorcykel GasGas
- Motorcykel Sherco
- Motorcykel Ducati
- Motorcykel Regal Raptor
- Motorcykel Aprilia
- Motorcykel Husqvarna
- Motorcykel BMW
- Motorcykel Mercedes-Benz
Nyeste Motorcykel Manualer

9 April 2025

1 Marts 2025

24 Februar 2025

24 Februar 2025

24 Februar 2025

24 Februar 2025

24 Februar 2025

21 Februar 2025

2 Februar 2025

2 Februar 2025