Bosch PVS651FB5E Manual

Bosch Ovn PVS651FB5E

Læs gratis den danske manual til Bosch PVS651FB5E (52 sider) i kategorien Ovn. Denne vejledning er vurderet som hjælpsom af 13 personer og har en gennemsnitlig bedømmelse på 4.3 stjerner ud af 7 anmeldelser. Har du et spørgsmål om Bosch PVS651FB5E, eller vil du spørge andre brugere om produktet?

Side 1/52
3FHJTUFS
\RXU
QHZGHYLFHRQ
0\%RVFKQRZDQG
JHWIUHHEHQHILWV
CPTDIIPNFDPN
XFMDPNF
[nl] Gebruiksaanwijzing Kookplaat 3
[it] Istruzioni per l’uso Piano di cottura 27
Hob
PVS...F...
2Ø = cm
: :
:
[
: :

: :

,(&

nl
3
Inhoudsopgave
[nl]Geb r u i ks aan wi j z i n gKook pl a at
8Gebruik volgens de voorschriften . . . . . . . . . . . 4
(Belangrijke veiligheidsvoorschriften . . . . . . . . . 5
]Oorzaken van schade . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Overzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
7Milieubescherming. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Tips om energie te besparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Milieuvriendelijk afvoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
fKoken met inductie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Voordelen bij koken met inductie. . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Pannen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
*Het apparaat leren kennen . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Het bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
De kookzones . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Restwarmte-indicatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
1Apparaat bedienen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Kookplaat in- en uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Kookzone instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Kookadvies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
wCombiZone . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Aanwijzingen voor het kookgerei . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Activeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Deactiveren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
uMove-functie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Tips voor het gebruik van pannen . . . . . . . . . . . . . . . 14
Activeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Deactiveren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
OTijdfuncties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Programmering van de bereidingstijd . . . . . . . . . . . . 15
De kookwekker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
vPowerBoost-functie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Activeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Deactiveren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
AKinderslot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Kinderslot activeren en deactiveren . . . . . . . . . . . . . . 17
Automatisch kinderslot. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
kWrijfbeveiliging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
bAutomatische veiligheidsuitschakeling. . . . . . 17
QBasisinstellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Zo komt u bij de basisinstellingen: . . . . . . . . . . . . . . .19
[Weergave van het energieverbruik. . . . . . . . . . 20
tKookgerei-test . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
hPower-Manager . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
DReinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Kookplaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21
Omlijsting van de kookplaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21
{Veelgestelde vragen en antwoorden (FAQ). . . 22
3Wat te doen bij storingen? . . . . . . . . . . . . . . . . 23
4Servicedienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
E-nummer en FD-nummer. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
ETestgerechten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Produktinfo
Meer informatie over producten, accessoires,
onderdelen en diensten vindt u op het internet:
www.bosch-home.com en in de online-shop:
www.bosch-eshop.com
nl Gebruik volgens de voorschriften
4
8Gebruik volgens de
voorschriften
Geb r ui k v ol ge ns de vo or sc hr i f t en
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig
door. Berg de gebruiksaanwijzing, het
installatievoorschrift en de apparaatpas goed
op voor later gebruik of om ze door te geven
aan volgende eigenaren.
Controleer het apparaat na het uitpakken.
Indien het apparaat schade heeft opgelopen
tijdens het transport, schakel het dan niet in,
maar neem contact op met de technische
dienst en leg de veroorzaakte schade
schriftelijk vast. Doet u dat niet, dan gaat elk
recht op een schadevergoeding verloren.
Alleen een daartoe bevoegd vakman mag
apparaten zonder stekker aansluiten. Bij
schade door een verkeerde aansluiting maakt
u geen aanspraak op garantie.
Dit apparaat moet worden geïnstalleerd
volgens het meegeleverde
installatievoorschrift.
Dit apparaat is alleen bestemd voor
huishoudelijk gebruik en de huiselijke
omgeving. Gebruik het apparaat uitsluitend
voor het bereiden van gerechten en dranken.
Het kookproces moet regelmatig worden
gecontroleerd. Een kort kookproces moet
continu in de gaten worden gehouden.
Gebruik het apparaat alleen in gesloten
ruimtes.
Dit apparaat is bestemd voor gebruik tot op
hoogten van maximaal 4.000 meter boven
zeeniveau.
Dek de kookplaat niet af. Dit kan leiden tot
ongevallen, bijv. door oververhitting,
ontbranding of ontploffend materiaal.
Gebruik uitsluitend beveiligingsvoorzieningen
of kindertralies die door ons zijn goedgekeurd.
Ongeschikte beveiligingsvoorzieningen of
kindertralies kunnen tot ongevallen leiden.
Dit apparaat is niet bestemd voor gebruik met
een externe tijdschakelklok of een
afstandbediening.
Dit toestel kan worden gebruikt door kinderen
vanaf 8 jaar en door personen met beperkte
fysieke, sensorische of geestelijke vermogens
of personen die gebrek aan kennis of ervaring
hebben, wanneer zij onder toezicht staan van
een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid of geleerd hebben het op een
veilige manier te gebruiken en zich bewust zijn
van de risico's die het gebruik van het toestel
met zich meebrengt.
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
Reiniging en onderhoud van het toestel
mogen niet worden uitgevoerd door kinderen,
tenzij zij 15 aar of ouder zijn en onder toezicht
staan.
Zorg ervoor dat kinderen die jonger zijn dan
8 jaar uit de buurt blijven van het toestel of de
aansluitkabel.
Draagt u een actief geïmplanteerd medisch
apparaat (bijv. een pacemaker of defibrillator),
ga dan na of uw arts voldoet aan de richtlijn
90/385/EWG van de Raad van de Europese
Gemeenschappen van 20 juni 1990 evenals
DIN EN 45502-2-1 en DIN EN 45502-2-2 en
dat het apparaat conform VDE-AR-E 2750-10
gekozen, geïmplanteerd en geprogrammeerd
is. Is aan deze voorwaarden voldaan en
worden bovendien non-ferro pannen met non-
ferro handgrepen gebruikt, dan kan deze
inductiekookplaat - als het op de juiste manier
gebeurt - zonder bezwaar worden gebruikt.
Belangrijke veiligheidsvoorschriften nl
5
(Belangrijke
veiligheidsvoorschriften
Bel a ng r i j k e vei l i g hei ds v oor s ch r i f t en
:Waarschuwing – Risico van brand!
Hete olie en heet vet vatten snel vlam. Hete
olie en heet vet nooit gebruiken zonder
toezicht. Vuur nooit blussen met water.
Schakel de kookzone uit. Vlammen
voorzichtig met een deksel, smoordeksel of
iets dergelijks verstikken.
Risico van brand!
De kookzones worden erg heet. Nooit
brandbare voorwerpen op de kookplaat
leggen. Geen voorwerpen op de kookplaat
leggen.
Risico van brand!
Het apparaat wordt heet. Nooit brandbare
voorwerpen of spuitbussen bewaren in
laden direct onder de kookplaat.
Risico van brand!
De kookplaat schakelt vanzelf uit en kan
niet meer worden bediend. Hij kan later per
ongeluk worden ingeschakeld. Zekering in
de meterkast uitschakelen. Contact
opnemen met de klantenservice.
Gevaar voor verbranding!
Kookplaten mogen niet worden afgedekt.Dit
kan leiden tot ongevallen, bijv. door
oververhitting, ontbranding of ontploffend
materiaal.
:Waarschuwing – Risico van verbranding!
De kookzones en met name een eventueel
aanwezige kookplaatomlijsting worden zeer
heet. Raak de hete oppervlakken nooit aan.
Zorg ervoor dat er geen kinderen in de
buurt zijn.
Risico van verbranding!
De kookzone warmt op, maar de indicatie
functioneert niet Zekering in de meterkast
uitschakelen. Contact opnemen met de
klantenservice.
Risico van verbranding!
Voorwerpen van metaal worden zeer snel
heet op de kookplaat. Leg nooit
voorwerpen van metaal, zoals messen,
vorken, lepels of deksels, op de kookplaat.
Brandgevaar!
Schakel de kookplaat na elk gebruik altijd
uit met de hoofdschakelaar. Wacht niet tot
de kookplaat automatisch uitschakelt
doordat er geen pan op staat.
:Waarschuwing – Kans op een elektrische
schok!
Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.
Reparaties en de vervanging van
beschadigde aansluitleidingen mogen
uitsluitend worden uitgevoerd door technici
die zijn geïnstrueerd door de
klantenservice. Is het apparaat defect, haal
dan de stekker uit het stopcontact of
schakel de zekering in de meterkast uit.
Contact opnemen met de klantenservice.
Kans op een elektrische schok!
Binnendringend vocht kan een schok
veroorzaken. Geen hogedrukreiniger of
stoomreiniger gebruiken.
Kans op een elektrische schok!
Een defect toestel kan een schok
veroorzaken. Een defect toestel nooit
inschakelen. De netstekker uit het
stopcontact halen of de zekering in de
meterkast uitschakelen. Contact opnemen
met de klantenservice.
Kans op een elektrische schok!
Scheuren of barsten in het glaskeramiek
kunnen schokken veroorzaken. Zekering in
de meterkast uitschakelen. Contact
opnemen met de klantenservice.
:Waarschuwing – Storingsgevaar!
Deze kookplaat beschikt aan de onderkant
over een ventilator. Bevindt zich onder de
kookplaat een lade, bewaar daar dan geen
kleine of scherpe voorwerpen, geen papier en
geen theedoeken. Deze kunnen aangezogen
worden en de ventilator beschadigen of de
koeling belemmeren.
Tussen de inhoud van de lade en de
ventilator-ingang moet een minimale afstand
van 2 cm worden aangehouden.
:Waarschuwing – Risico van letsel!
Bij de bereiding au-bain-marie kunnen de
kookplaat en kookvorm barsten door
oververhitting. De au-bain-marie kookvorm
mag niet in direct contact komen met de
bodem van de pan die met water is gevuld.
Gebruik alleen hittebestendige vormen.
Risico van letsel!
Wanneer er vloeistof zit tussen de bodem
van de pan en de kookzone kunnen
kookpannen plotseling in de hoogte
springen. Zorg ervoor dat de kookzone en
de bodem van de pan altijd droog zijn.
nl Oorzaken van schade
6
]Oorzaken van schade
Oo r z a k en v a n s c ha de
Attentie!
Ruwe bodems van pannen kunnen krassen op de
kookplaat veroorzaken.
Plaat nooit lege plannen op de kookzones. Dit kan
schade veroorzaken.
Plaats geen hete pannen op het bedieningspaneel,
de indicatorzones of op de omlijsting van de
kookplaat. Dit kan schade veroorzaken.
Als er harde of scherpe voorwerpen op de kookplaat
vallen, kan dit de plaat beschadigen.
Aluminiumfolie en plastic bakken smelten als ze op
een hete kookzone gelegd worden. Het gebruik van
beschermplaten op de kookplaat wordt afgeraden.
Overzicht
In de volgende tabellen ziet u welke schade het meest
voorkomt:
Schade Oorzaak Maatregel
Vlekken Overgelopen etenswaar. Verwijder overgelopen etenswaar onmiddellijk met een schraper.
Ongeschikte reinigingsmiddelen. Gebruik alleen schoonmaakmiddelen die geschikt zijn voor dit soort kookplaten.
Krassen Zout, suiker en zand. Gebruik de kookplaat niet als plaats om iets neer te zetten of als werkvlak.
Ruwe bodems van vormen geven krassen op
de kookplaat.
Controleer het kookgerei.
Verkleuringen Ongeschikte reinigingsmiddelen. Gebruik alleen schoonmaakmiddelen die geschikt zijn voor dit soort kookplaten.
Slijtage van de pannen. Til de pannen op wanneer u ze verplaatst.
Schelpvormige
beschadiging van
het oppervlak
Suiker, sterk suikerhoudende gerechten Verwijder overgelopen etenswaar onmiddellijk met een schraper.
Milieubescherming nl
7
7Milieubescherming
Mi l i eu bes c h er mi ng
In dit hoofdstuk krijgt u informatie over de besparing
van energie en de afvoer van het apparaat.
Tips om energie te besparen
Gebruik altijd het deksel dat overeenstemt met elke
kookpan. Wanneer zonder deksel gekookt wordt, is
aanzienlijk meer energie nodig. Gebruik een
glasdeksel om een goede zichtbaarheid te hebben
zonder dat u het deksel van de pan hoeft te nemen.
Gebruik pannen met een vlakke bodem. Bij een niet
vlakke bodem wordt meer energie verbruikt.
De diameter van de bodem van de pan moet
overeenkomen met de afmeting van de kookzone.
Opgelet: pannenfabrikanten duiden gewoonlijk de
bovenste diameter van de pan aan, die meestal
groter is dan de diameter van de bodem van de pan.
Gebruik een kleine pan voor kleine hoeveelheden.
Een grote, weinig gevulde pan vereist veel energie.
Gebruik weinig water voor het koken. Op deze wijze
wordt energie bespaard en blijven alle vitaminen en
mineralen van de groenten behouden.
Selecteer de laagste vermogensstand die het
kookpunt behoudt. Met een te hoge stand wordt
energie verspild.
Milieuvriendelijk afvoeren
Voer de verpakking op een milieuvriendelijke manier af.
fKoken met inductie
Ko k e n me t i n duc t i e
Voordelen bij koken met inductie
Koken met inductie is radicaal anders dan gebruikelijk,
de warmte ontstaat direct in het kookgerei. Dit biedt
vele voordelen:
Tijdsbesparing bij het koken en bakken.
Besparing van energie.
Gemakkelijker te reinigen en te onderhouden.
Overgelopen etenswaar brandt niet zo snel in.
Warmteregeling en veiligheid: de kookplaat verhoogt
of verlaagt de toevoer van warmte altijd direct na de
bediening. Neemt u het kookgerei van de kookzone,
dan wordt de warmtetoevoer direct onderbroken
door de kookzone met inductie, zonder dat deze
eerst is uitgeschakeld.
Pannen
Gebruik alleen ferromagnetische vormen voor
inductiekoken, bijv.:
kookgerei van geëmailleerd staal
kookgerei van gietijzer
speciaal kookgerei van roestvrij staal dat geschikt is
voor inductie.
In het hoofdstuk ~ "Kookgerei-test" kunt u lezen of het
kookgerei geschikt is voor inductie.
Voor een goed bereidingsresultaat dient het
ferromagnetische gebied van de bodem van de pan
overeen te komen met de grootte van de kookzone.
Wordt het kookgerei niet herkend op een kookzone,
probeer er dan een met een kleinere diameter.
Er zijn ook inductievormen waarvan de bodem niet
volledig ferromagnetisch is:
Is de bodem van het kookgerei slechts gedeeltelijk
ferromagnetisch, dan wordt alleen het
ferromagnetische oppervlak heet. Hierdoor wordt de
warmte mogelijk niet gelijkmatig verdeeld. De
temperatuur van het niet-ferromagnetische gebied
kan dan te laag zijn om te koken.
Dit apparaat is gekenmerkt in
overeenstemming met de Europese richtlijn
2012/19/EU betreffende afgedankte
elektrische en elektronische apparatuur (waste
electrical and electronic equipment - WEEE).
De richtlijn geeft het kader aan voor de in de
EU geldige terugneming en verwerking van
oude apparaten.
FP FPFP
nl Koken met inductie
8
Bestaat het materiaal van de bodem van het
kookgerei deels uit aluminium, dan is het
ferromagnetische oppervlak ook kleiner. Mogelijk
worden dit niet warm genoeg of zelfs helemaal niet
herkend.
Niet geschikte pannen
Gebruik nooit straalplaten of pannen van:
dun normaal staal
glas
aardewerk
koper
aluminium
Eigenschappen van de bodem van het kookgerei
Het bereidingsresultaat kan worden beïnvloed door de
kwaliteit van pannenbodem. Gebruik pannen waarvan
het materiaal de warmte gelijkmatig in de pan verdeelt,
bijv. pannen met "sandwich-bodems" van roestvrij staal.
Daarmee wordt tijd en energie bespaard.
Gebruik kookgerei met vlakke bodems. Ongelijke
bodems hebben invloed op de warmtetoevoer.
Geen pan of ongeschikte afmeting
Als er geen pan op de geselecteerde kookzone wordt
geplaatst of als deze niet van het geschikte materiaal is
of geen geschikte afmeting heeft, knippert de
kookstand op de indicator van de kookzone. Plaats een
geschikte pan, zodat het knipperen stopt. Als er meer
dan 90 seconden wordt gewacht gaat de kookzone
automatisch uit.
Lege pannen of pannen met een dunne bodem
Verwarm geen lege pannen en gebruik geen pannen
met dunne bodem. De kookplaat is uitgerust met een
intern veiligheidssysteem, maar een lege pan kan zo
snel heet worden dat de functie “automatisch
uitschakelen" geen tijd heeft om te reageren, waardoor
de temperatuur erg kan oplopen. De bodem van de pan
kan smelten en het glas van de kookplaat beschadigen.
Raak in dat geval de pan niet aan en schakel de
kookzone uit. Als het apparaat na het afkoelen niet
werkt, neem dan contact op met de technische dienst.
Herkenning van de pan
Elke kookzone heeft een ondergrens voor de
herkenning van de pan. Deze is afhankelijk van de
ferromagnetische diameter en het materiaal van de
bodem. Daarom dient u altijd de kookzone te gebruiken
die het beste past bij de diameter van de
pannenbodem.
Het apparaat leren kennen nl
9
*Het apparaat leren kennen
Het appar a at l er en k ennen
Informatie over afmetingen en vermogens van de
kookzones vindt u in~ Blz. 2
Aanwijzing: . Afhankelijk van het apparaattype zijn
kleur- en detailafwijkingen mogelijk.
Het bedieningspaneel
Bedieningsvlakken
Raakt u een symbool aan, dan wordt de betreffende
functie geactiveerd.
Aanwijzingen
Zorg ervoor dat het bedieningspaneel altijd schoon
en droog is. Vocht heeft een nadelige invloed op de
werking.
Zorg ervoor dat er geen pannen in de buurt van
indicaties en sensoren komen. De elektronica kan
dan oververhit raken.
De kookzones
Bedieningsvlakken
#Hoofdschakelaar
øKookzone kiezen
0 1 2 ...8 9Ç Ç Ç Instelgebied
>Bedieningspaneel blokkeren voor reinigings-
doeleinden
DKinderslot
úFunctie CombiZone
ùMove-functie
áPowerBoost-functies
0Timer-functie
Indicaties
Gebruikstoestand
‚ Š-Kookstanden
‹‹ Timer-functie
• œ/Restwarmte
PowerBoost-functie
xInstelling van de bereidingstijd
VKookwekker
öTijd-indicatie
Kookzones
$/"Kookzone met één ring Gebruik pannen met de juiste afmetingen
¯Gecombineerde kookzone Zie het hoofdstuk of ~ "CombiZone" ~ "Move-functie"
Uitsluitend pannen gebruiken die geschikt zijn voor inductie, zie het hoofdstuk ~ "Koken met inductie"
nl Apparaat bedienen
10
Restwarmte-indicatie
De kookplaat heeft voor elke kookzone een restwarmte-
indicatie. Hiermee wordt aangegeven dat een kookzone
nog heet is. Raak de kookzone niet aan zolang de
restwarmte-indicatie verlicht is.
Afhankelijk van de hoogte van de restwarmte wordt het
volgende weergegeven:
Indicatie : hoge temperatuur
Indicatie : lage temperatuur œ
Wanneer u de pan tijdens het koken van de kookzone
neemt, knipperen afwisselen de restwarmte-indicatie en
de gekozen kookstand.
Is de kookzone uitgschakeld, dan is restwarmte-
indicatie verlicht. Ook wanneer de kookplaat al
uitgeschakeld is, blijft de restwarmte-indicatie verlicht
zolang de kookzone nog warm is.
1Apparaat bedienen
Ap p a r a a t be di e nen
In dit hoofdstuk kunt u lezen hoe u een kookzone
instelt. In de tabel vindt u kookstanden en
bereidingstijden voor verschillende gerechten.
Kookplaat in- en uitschakelen
U schakelt de kookplaat met de hoofdschakelaar in en
uit.
Inschakelen: raak het symbool # aan. Er klinkt een
signaal. De indicaties van de hoofdschakelaar en de
kookzone-indicaties zijn verlicht.De kookplaat is
bedrijfsklaar.
Uitschakelen: het symbool # aanraken tot de indicatie
verdwijnt. Alle kookzones zijn uitgeschakeld. De
restwarmte-indicatie blijft verlicht tot de kookzones
voldoende zijn afgekoeld.
Aanwijzingen
De kookplaat gaat automatisch uit wanneer alle
kookzones langer dan 20 seconden uitgeschakeld
zijn.
De gekozen instellingen blijven gedurende de eerste
4 seconden na uitschakeling van de kookplaat
bewaard. Wanneer u in deze tijd de kookplaat
opnieuw inschakelt, treedt deze in werking met de
vorige instellingen.
Kookzone instellen
De gewenste kookstand instellen met de symbolen ò tot
ê.
Kookstand = laagste stand ò
Kookstand = hoogste standê
Elke kookstand heeft een tussenstand.De tussenstand
is in het instelgebied weergegeven met het symbool .Ø
Aanwijzingen
Om de gevoelige onderdelen van het apparaat te
beschermen tegen oververhitting of elektrische
overbelasting, kan het vermogen van de kookplaat
voor korte tijd worden teruggebracht.
Om geluidshinder van het apparaat te voorkomen
kan het vermogen van de kookplaat voor korte tijd
worden teruggebracht.
nl Apparaat bedienen
12
Bereidingstabel
In de tabel wordt voor alle gerechten weergegeven
welke kookstand geschikt is. De bereidingstijd kan
afhankelijk van de soort, het gewicht, de dikte en de
kwaliteit van de gerechten variëren.
Kookstand Bereidingstijd
(min.)
Smelten
Chocolade, couverture 1 - 1. -
Boter, honing, gelatine 1 - 2 -
Opwarmen en warmhouden
Eenpansgerecht, bijv. linzenschotel 1. - 2 -
Melk* 1. - 2. -
Worstjes in water verwarmen* 3 - 4 -
Ontdooien en opwarmen
Spinazie, diepvries 3 - 4 15 - 25
Goulash, diepvries 3 - 4 35 - 55
Gaarstoven, zachtjes laten koken
Aardappelballetjes* 4. - 5. 20 - 30
Vis* 4 - 5 10 - 15
Witte sauzen, bijv. bechamelsaus 1 - 2 3 - 6
Geklopte sauzen, bijv. bearnaisesaus, hollandaisesaus 3 - 4 8 - 12
Koken, stomen, stoven
Rijst (met dubbele hoeveelheid water) 2. - 3. 15 - 30
Rijstepap*** 2 - 3 30 - 40
Aardappels in de schil 4. - 5. 25 - 35
Gekookte aardappels 4. - 5. 15 - 30
Deegwaren, pasta* 6 - 7 6 - 10
Eenpansgerecht 3. - 4. 120 - 180
Soepen 3. - 4. 15 - 60
Groente 2. - 3. 10 - 20
Groente, diepvries 3. - 4. 7 - 20
Garen in de snelkookpan 4. - 5. -
Stoven
Rollades 4 - 5 50 - 65
Stoofvlees 4 - 5 60 - 100
Goulash*** 3 - 4 50 - 60
* Zonder deksel
** Herhaaldelijk keren
***Voorverwarmen op kookstand 8 - 8.
nl CombiZone
14
wCombiZone
Combi Z o ne
Met deze functie kunnen de beide kookzones aan de
linkerkant, die even groot zijn, samengeschakeld
worden. Hierbij wordt voor beide kookzones dezelfde
kookstand ingesteld.Deze is bijzonder geschikt voor de
bereiding met langwerpig kookgerei.
Aanwijzingen voor het kookgerei
Gebruik voor een optimaal resultaat een pan die
afgestemd is op het gebied van de beide kookzones.
Zet de pan in het midden van de kookzone.
Wanneer u op een van beide kookzones slechts één
pan gebruikt, kunt u hem verplaatsen naar de tweede
kookzone. In dit geval worden de vermogensstand en
de gekozen instellingen overgenomen.
Activeren
De kookplaat moet ingeschakeld zijn.
1. Een van de kookzones kiezen die horen bij de
CombiZone en de kookstand instellen.
2. Raak het symbool aan. De indicatie is verlicht.úÚ
De kookstand verschijnt in de indicatie van de
onderste kookzone.
De functie is geactiveerd.
Kookstand wijzigen
Een van de twee kookzones van de CombiZone kiezen
en de kookstand in het instelgebied veranderen.
Deactiveren
Kies een van beide kookzones die bij deze functie
horen en raak het symbool aan.ú
De functie is gedeactiveerd. De beide kookzones
functioneren verder elk als onafhankelijke kookzone.
uMove-functie
Mo v e- f u nc t i e
Met deze functie kunt u de beide kookzones aan de
linkerkant, die even groot zijn, samenschakelen en voor
beide kookstanden verschillende kookstanden kiezen.
Vooraf ingestelde kookstanden:
Voorste kookzone = kookstand Š
Achterste kookzone = kookstand .
De kookstanden kunnen voor elke kookzone
onafhankelijk van elkaar worden veranderd.
Aanwijzingen
Kookgerei op slechts één van de kookzones
plaatsen.De functie wordt niet geactiveerd wanneer
op elk van beide kookzones afzonderlijk kookgerei
staat.
In de indicatie van de kookzone waarop geen
kookgerei staat, is de kookstand zwakker. Deze
wordt pas geactiveerd wanneer de vorm op deze
kookzone verplaatst en herkend wordt.
Is de functie al geactiveerd en wordt er een tweede
vorm op de vrije kookzone geplaatst, dan blijft de
indicatie, net als daarvoor, zwak verlicht. De
kookzone is dan niet actief. De kookzone wordt pas
actief wanneer de eerste kookvorm verwijderd wordt.
Tips voor het gebruik van pannen
Om te zorgen voor een goede detectie en verdeling van
de warmte, wordt aanbevolen de pan correct te
centreren:
Gebruik slechts één pan die slechts een van de
kookzones bedekt.
De pan verplaatsen van de ene naar de andere
kookzone:
Tijdfuncties nl
15
Activeren
Elk van de twee kookzones combineren met een
andere kookstand.
1. Kies een van de twee kookzones die bij de Move-
functie horen.
2. Raak het symbool aan. De indicatie is verlicht.ùÚ
De kookstanden verschijnen in de indicaties van de
twee kookzones.
De functie is geactiveerd.
Aanwijzingen
De indicatie van de kookzone waarop het kookgerei
zich bevindt, is helderder verlicht.
In de indicatie van de gekozen kookzone is de
indicatie verlicht. ¬
Kookstand wijzigen
Een van de twee kookzones kiezen die bij de Move-
functie horen en de kookstand in het instelgebied
veranderen.
Aanwijzing: Wordt de functie gedeactiveerd, dan
krijgen de kookstanden weer hun oorspronkelijke
instellingen.
Deactiveren
Raak het symbool aan.ù
De functie is gedeactiveerd.
Aanwijzing: Wanneer één van de twee kookzones op
wordt gezet, wordt de functie binnen ca. 10 seconden
gedeactiveerd.
OTijdfuncties
Ti j df un ct i es
Uw kookplaat beschikt over twee timer-functies:
Programmering van de bereidingstijd
Kookwekker
Programmering van de bereidingstijd
De kookzone schakelt na afloop van de ingestelde tijd
automatisch uit.
Zo stelt u in:
1. De kookzone en de gewenste kookstand kiezen.
2. Raak het symbool aan. In de indicatie van de 0
kookzone is verlicht.In de timer-indicatie is x‹‹
verlicht.
3. Binnen de volgende 10 seconden in het instelgebied
de gewenste bereidingstijd instellen.
Na enkele seconden begint de tijd af te lopen.
Aanwijzingen
Voor alle kookzones kan automatisch dezelfde
bereidingstijd worden ingesteld. De ingestelde tijd
loopt voor elk van beide kookzones onafhankelijk af.
In het hoofdstuk vindt u ~ "Basisinstellingen"
informatie over de manier waarop de bereidingstijd
automatisch kan worden geprogrammeerd.
Wordt bij de gecombineerde kookzone de functie
CombiZone of Move gekozen, dan is de ingestelde
tijd voor beide kookzones hetzelfde.
De tijd wijzigen of annuleren
Selecteer de kookzone en druk vervolgens op het
symbool .0
Wijzig de kooktijd in de programmeerzone of stel af
op ‹‹ om de tijd te annuleren.
 
nl PowerBoost-functie
16
Na het verstrijken van de tijd
De kookzone wordt uitgeschakeld. Er klinkt een
waarschuwingssignaal. Op de visuele indicator van de
timerfunctie licht ‹‹ 10 seconden lang op.
Als op het symbool wordt gedrukt, gaan de 0
indicators uit en stopt het akoestische signaal.
Aanwijzingen
Om een bereidingstijd van minder dan 10 minuten in
te stellen, dient u altijd 0 aan te raken voordat u de
gewenste waarde kiest.
Is er een bereidingstijd voor meerdere kookzones
geprogrammeerd, dan verschijnt altijd de
tijdsopgave van de gekozen kookzone in de timer-
indicatie.
Voor het opvragen van de resterende bereidingstijd
de betreffende kookzone kiezen.
U kunt een bereidingstijd tot ŠŠ minuten instellen.
De kookwekker
Met de kookwekker kunt u een tijd tot 99 minuten
instellen.
Hij functioneert onafhankelijk van de kookzones en
andere instellingen. Deze functie schakelt een
kookzone niet automatisch uit.
Instellen
1. Raak meerdere keren het symbool aan tot de 0
indicatie oplicht. In de timer-indicatie is V ‹‹
verlicht.
2. Stel in het instelbereik de gewenste tijd in.
Na enkele seconden begint de tijd af te lopen.
Tijd veranderen of wissen
Raak meerdere keren het symbool aan tot de 0
indicatie oplicht. V
Wijzig de tijd in het instelgebied of stel in om de ‹‹
geprogrammeerde tijd te wissen.
Aan het einde van de ingestelde tijd
Er klinkt een signaal. In de timer-indicatie verschijnt ‹‹
en de indicatie licht op.Na 10 seconden verdwijnen V
de indicaties.
Bij aanraking van het symbool verdwijnen de 0
indicaties en het geluidssignaal.
vPowerBoost-functie
Po we r Bo o s t - f u nc t i e
Met de PowerBoost-functie kunnen grote hoeveelheden
water sneller worden verwarmd dan met de betreffende
kookstand .Š
Deze functie kan alleen worden geactiveerd voor een
kookzone wanneer de andere kookzone van dezelfde
groep niet in gebruik is (zie Afb.). Anders knipperen
en Š in de indicatie van de gekozen kookzone;
vervolgens wordt automatisch de kookstand Š
ingesteld zonder de functie te activeren.
Aanwijzing: In het gebied van de combi-zone kan de
powerboost-functie alleen worden geactiveerd wanneer
de twee kookzones onafhankelijk van elkaar worden
gebruikt.
Activeren
1. Een kookzone kiezen.
2. Symbool aanraken.á
Op het display is verlicht.
De functie is geactiveerd.
Deactiveren
1. De kookzone kiezen.
2. Symbool aanraken.á
De indicatie verdwijnt en de kookzone schakelt
terug naar de kookstand .Š
De functie is gedeactiveerd.
Aanwijzing: Onder bepaalde omstandigheden kan het
voorkomen dat de PowerBoost-functie automatisch
uitgaat, ter bescherming van de elektronische
componenten binnenin de kookplaat.
Kinderslot nl
17
AKinderslot
Ki nd er s l o t
Met het kinderslot kunt u voorkomen dat kinderen de
kookplaat inschakelen.
Kinderslot activeren en deactiveren
De kookplaat moet uitgeschakeld zijn.
Activeren: het symbool ca. 4 seconden lang D
aanraken.Het symbool D is 10 seconden lang
verlicht.De kookplaat is geblokkeerd.
Deactiveren: het symbool D ca. 4 seconden lang
aanraken. De blokkering is opgeheven.
Automatisch kinderslot
Met deze functie wordt het kinderslot altijd automatisch
ingeschakeld als de kookplaat wordt uitgeschakeld.
In- en uitschakelen
In het hoofdstuk ~ "Basisinstellingen" kunt u lezen hoe
u het automatische kinderslot inschakelt.
kWrijfbeveiliging
Wr i j f bev e i l i gi n g
Wanneer u over het bedieningspaneel wrijft als de
kookplaat ingeschakeld is, kunnen er instellingen
veranderen. Om dit te voorkomen kan het
bedieningspaneel voor reinigingsdoeleinden worden
geblokkeerd.
Inschakelen: Raak het symbool > aan. Er klinkt een
signaal. Het bedieningspaneel is gedurende 35
seconden geblokkeerd. U kunt over het oppervlak van
het bedieningspaneel wrijven zonder de instellingen te
veranderen.
Deactiveren: Na 35 seconden wordt het
bedieningspaneel gedeblokkeerd. Om de functie
voortijdig op te heffen het symbool aanraken.>
Aanwijzingen
30 seconden na activering klinkt een signaal.
Hiermee wordt aangegeven dat de functie spoedig
beëindigd is.
De reinigingsblokkering heeft geen invloed op de
hoofdschakelaar. De kookplaat kan op elk moment
worden uitgeschakeld.
bAutomatische
veiligheidsuitschakeling
Au t oma t i s che v ei l i g hei ds ui t s c hakel i ng
Wanneer een kookzone langere tijd in gebruik is en er
geen instellingen gewijzigd zijn, wordt de automatische
veiligheidsuitschakeling geactiveerd.
De kookzone warmt niet meer op. In de kookzone-
indicatie van de kookzone knipperen afwisselend ” ‰,
en de restwarmte-indicatie of .œ •
Wordt een willekeurig symbool aangeraakt, dan
schakelt de indicatie uit. De kookzone kan nu opnieuw
worden ingesteld.
Het tijdstip van de automatische
veiligheidsuitschakeling is afhankelijk van de ingestelde
kookstand (na 1 tot 10 uur).
nl Basisinstellingen
18
QBasisinstellingen
Basi si nst e l l i nge n
Het apparaat beschikt over verschillende
basisinstellingen. Deze basisinstellingen kunnen aan uw
persoonlijke behoeften worden aangepast.
Indicatie Functie
™‚ Kinderslot
Handmatig*.
Automatisch.
ƒFunctie gedeactiveerd.
™ƒ Geluidssignalen
Bevestigings- en foutsignaal zijn uitgeschakeld.
Alleen het foutsignaal is ingeschakeld.
ƒ Alleen het bevestigingssignaal is ingeschakeld.
Alle geluidssignalen zijn ingeschakeld.*
™„ Energieverbruik weergeven
Gedeactiveerd.*
Geactiveerd.
™† Automatische programmering van de bereidingstijd
‹‹ Uitgeschakeld.*
‹‚ ŠŠ - Tijd tot de automatische uitschakeling.
™‡ Duur van het geluidssignaal van de timer-functie
10 seconden.*
ƒ 30 seconden.
1 minuut.
™ˆ Power-management functie. Totale vermogen van de kookplaat begrenzen
De beschikbare instellingen zijn afhankelijk van het maximale vermogen van de kookplaat.
Gedeactiveerd. Maximaal vermogen van de kookplaat. */**
1000 W minimaal vermogen.
. 1500 W
...
3000 W aanbevolen voor 13 ampère.
. 3500 W aanbevolen voor 16 ampère.
4000 W
. 4500 W aanbevolen voor 20 ampère.
...
Š Š of . Maximale vermogen van de kookplaat.**
™Š Keuzetijd van de kookzone
Onbegrensd: de laatst ingestelde kookzone blijft geselecteerd.*
Begrensd: de kookzone blijft slechts enkele seconden lang geselecteerd.
™‚ƒ Kookgerei en resultaat van het bereidingsproces controleren
Niet geschikt
Niet optimaal
ƒGeschikt
Basisinstellingen nl
19
--------
Zo komt u bij de basisinstellingen:
De kookplaat moet uitgeschakeld zijn.
1. De kookplaat inschakelen.
2. In de volgende 10 seconden het symbool ca. 0
4 seconden lang aanraken.
De eerste vier indicaties geven de productinformatie
weer. Raak het instelgebied aan, om de afzonderlijke
indicaties te kunnen zien.
3. Wanneer u het symbool opnieuw aanraakt, komt 0
u bij de basisinstellingen.
In de indicaties knipperen en ™ ‚ afwisselend en
verschijnt als voorinstelling.
4. Het symbool zo vaak aanraken tot de gewenste 0
functie wordt weergegeven.
5. Vervolgens in het instelgebied de gewenste
instelling kiezen.
6. Het symbool 0 minstens 4 seconden lang
aanraken.
De instellingen zijn opgeslagen.
De basisinstellingen verlaten
Schakel de kookplaat uit met de hoofdschakelaar.
™‹ Terugzetten naar de standaard instellingen
Individuele instellingen.*
Terugzetten naar de fabrieksinstellingen.
*Fabrieksinstelling
**Het maximale vermogen van de kookplaat wordt aangegeven op het typeplaatje.
Productinformatie Indicatie
Klantenservice-index (KI) ‹‚
Fabricagenummer ”š
Fabricagenummer 1 І.
Fabricagenummer 2 ‹ †.
nl Weergave van het energieverbruik
20
[Weergave van het
energieverbruik
Wee r g ave v a n h et ene r gi e ver b r u i k
Deze functie geeft op de kookplaat het totale
energieverbruik weer van de laatste keer dat hij is
gebruikt.
Na uitschakeling van de kookplaat wordt gedurende 10
seconden het verbruik in kilowattuur weergegeven, bijv.
‚ ‹‰. kWh.
De precisie van de indicatie is onder andere afhankelijk
van de spanningskwaliteit van het elektriciteitsnet.
In het hoofdstuk ~ "Basisinstellingen" kunt u lezen hoe
u deze functie inschakelt
tKookgerei-test
Ko o k ge r ei - t es t
Met deze functie kunnen de snelheid en kwaliteit van
het kookproces afhankelijk van het kookgerei worden
gecontroleerd.
Het resultaat is een referentiewaarde en hangt af van de
eigenschappen van het kookgerei en de gebruikte
kookzone.
1. Plaats het onverwarmde kookgerei met ca. 200 ml
water in het midden van de kookzone die qua
diameter het meest geschikt is voor de bodem
ervan.
2. Ga naar de basisinstellingen en kies de instelling ™‚
ƒ.
3. Raak het instelbereik aan. In de kookzone-indicatie
knippert . A
De functie is geactiveerd.
Na 10 seconden verschijnt in de kookzone-indicatie het
resultaat over de kwaliteit en snelheid van het
kookproces.
Controleer het resultaat aan de hand van de volgende
tabel:
Raak het instelbereik aan om deze functie weer te
activeren.
Aanwijzingen
Is de gebruikte kookzone veel kleiner dan de
diameter van het kookgerei, dan zal waarschijnlijk
alleen het midden van de vorm warm worden en kan
het resultaat niet zo goed mogelijk of naar
tevredenheid uitvallen.
Informatie over deze functie vindt u in het hoofdstuk
~ "Basisinstellingen".
Informatie over het soort, de grootte en de plaatsing
van het kookgerei vindt u in het
hoofdstuk .~ "Koken met inductie"
Resultaat
Het kookgerei is niet geschikt voor de kookzone en wordt
daarom niet verwarmd.*
Het kookgerei wordt langzamer warm dan verwacht en het
kookproces verloopt niet optimaal.*
ƒHet kookgerei wordt goed verwarmd en het kookproces ver-
loopt goed.
* Is er een kleinere kookzone aanwezig, test het kookgerei dan nog een
keer op de kleinere kookzone.
PowerManager nl
21
hPower-Manager
Po we r Man ager
Met de functie Power-Manager kan het totale vermogen
van de kookplaat worden ingesteld.
De kookplaat is in de fabriek vooringesteld. Het
hoogste vermogen is aangegeven op het typeplaatje.
Met de functie Power-Manager kan de waarde volgens
de vereisen van de betreffende elektro-installatie
worden gewijzigd.
Om deze instelwaarde niet te overschrijden, verdeelt de
kookplaat het beschikbare vermogen automatisch over
de ingeschakelde kookzones.
Zolang de functie Power-Manager is geactiveerd, kan
het vermogen van een kookzone tijdelijk onder de
normale waarde vallen. Wordt er een kookzone
ingeschakeld en is de vermogensbegrenzing bereikt,
dan verschijnt kort in de kookstanden-indicatie. Het ¬
apparaat regelt en kiest automatisch een zo hoog
mogelijke vermogensstand.
Voor meer informatie over de manier waarop het totale
vermogen van de kookplaat wordt gewijzigd, zie het
hoofdstuk ~ "Basisinstellingen"
DReinigen
Rei n i ge n
Geschikte reinigings- en onderhoudsmiddelen kunt u
kopen via de klantenservice of in onze e-shop.
Kookplaat
Schoonmaken
Maak de kookplaat altijd schoon na het koken. Hierdoor
wordt voorkomen dat achtergebleven resten van
etenswaar inbranden. Maak de kookplaat pas schoon
wanneer de indicatie van de restwarmte verdwenen is.
Reinig de kookplaat met een vochtig
schoonmaakdoekje en droog hem vervolgens met een
doek na, zodat er geen kalkvlekken ontstaan.
Gebruik alleen schoonmaakmiddelen die geschikt zijn
voor dit soort kookplaten. Lees de aanwijzingen van de
fabrikant op de productverpakking.
Gebruik in geen geval:
onverdunde afwasmiddelen
schoonmaakmiddelen voor de vaatwasmachine
schuurmiddelen
scherpe schoonmaakmiddelen zoals ovensprays of
vlekkenmiddelen
schuursponsjes
hogedrukreinigers of stoomstraalapparaten
Hardnekkig vuil verwijdert u het best met een in de
handel verkrijgbare schraper. Houd u aan de
aanwijzingen van de fabrikant.
Geschikte schrapers kunt u kopen via de klantenservice
of in onze online-shop.
Met speciale sponsjes voor het reinigen van kookplaten
van glaskeramiek bereikt u goede resultaten.
Aanwijzing: Gebruik geen schoonmaakmiddelen
zolang de kookplaat warm is. Hierdoor kunnen vlekken
ontstaan. Zorg ervoor dat alle resten van het gebruikte
schoonmaakmiddel worden verwijderd.
Omlijsting van de kookplaat
Om schade aan de omlijsting van de kookplaat te
voorkomen, dient u zich te houden aan de volgende
aanwijzingen:
Gebruik alleen warm zeepsop.
Was nieuwe schoonmaakdoekjes voor gebruik
grondig uit.
Gebruik geen scherpe of schurende
reinigingsmiddelen.
Gebruik geen schraper of scherpe voorwerpen.
Mogelijke vlekken
Resten van kalk en
water
Maak de kookplaat schoon zodra hij afge-
koeld is. Er kan een geschikt schoonmaak-
middel voor kookplaten van glaskeramiek
worden gebruikt.*
Suiker, maïzena of
plastic
Direct verwijderen, gebruik een schraper.
Voorzichtig: risico van verbranding.*
* Vervolgens met een vochtig schoonmaakdoekje reinigen en met een
doek nadrogen.
nl Veelgestelde vragen en antwoorden (FAQ)
22
{Veelgestelde vragen en
antwoorden (FAQ)
Veel ge st e l d e v r ag en en ant woo r de n ( FAQ)
Gebruik
Waarom kan ik de kookplaat niet inschakelen en waarom is het symbool van het kinderslot verlicht?
Het kinderslot is geactiveerd.
Informatie over deze functie vindt u in het hoofdstuk ~ "Kinderslot"
Waarom knipperen de indicaties en is er een geluidssignaal te horen?
Verwijder de vloeistof of etensresten van het bedieningspaneel. Verwijder alle voorwerpen die op het bedieningspaneel liggen.
De aanwijzingen voor het deactiveren van het geluidssignaal vindt u in het hoofdstuk ~ "Basisinstellingen"
Geluiden
Waarom zijn tijdens het koken geluiden te horen?
Afhankelijk van de kwaliteit van de bodem van het kookgerei kunnen bij gebruik van de kookplaat geluiden te horen zijn. De geluiden zijn
normaal, horen bij de inductietechnologie en wijzen niet op een defect.
Mogelijke geluiden:
Diep zoemen zoals bij een transformator:
Is hoorbaar bij het koken op een hogere kookstand. Het geluid verdwijnt of neemt af wanneer de kookstand lager wordt gezet.
Diep fluiten:
Is hoorbaar wanneer het kookgerei leeg is. Dit geluid verdwijnt wanneer water of levensmiddelen in het kookgerei worden gedaan.
Knisperen:
Is hoorbaar bij kookvormen die uit verschillende materiaallagen bestaan of bij gelijktijdig gebruik van kookgerei van verschillende
grootte en verschillend materiaal. Het volume van het geluid kan variëren, afhankelijk van de hoeveelheid en bereidingswijze van de
gerechten.
Hoge fluittonen:
Kunnen ontstaan wanneer voor twee kookzones tegelijk de hoogste kookstand wordt gebruikt. De fluittonen verdwijnen of worden zwak-
ker wanneer de kookstand lager wordt gezet.
Ventilatorgeluid:
De kookplaat beschikt over een ventilator, die bij hoge temperaturen wordt ingeschakeld. De ventilator kan ook na uitschakeling van de
kookplaat verder lopen, wanneer de gemeten temperatuur nog te hoog is.
Kookgerei
Welk kookgerei is geschikt voor de inductiekookplaat?
Informatie over kookgerei dat geschikt is voor inductie vindt u in het hoofdstuk ~ "Koken met inductie"
Waarom wordt de kookzone niet warm en knippert de kookstand?
De kookzone waarop het kookgerei staat, is niet ingeschakeld.
Zorg ervoor dat de kookzone waarop het kookgerei staat ingeschakeld is.
Het kookgerei is te klein voor de ingeschakelde kookzone of is niet geschikt voor inductie.
Ga na of het kookgerei geschikt is voor inductie en of het op de kookzone met de meest geschikte afmetingen staat. Informatie over het
soort, de grootte en de plaatsing van het kookgerei vindt u in de hoofdstukken , en ~ "Koken met inductie" ~ "CombiZone" ~ "Move-
functie"
Waarom duurt het zo lang tot het kookgerei warm wordt of waarom wordt het niet warm genoeg, hoewel er een hoge kookstand is inge-
steld?
Het kookgerei is te klein voor de ingeschakelde kookzone of is niet geschikt voor inductie.
Ga na of het kookgerei geschikt is voor inductie en of het op de kookzone met de meest geschikte afmetingen staat. Informatie over het
soort, de grootte en de plaatsing van het kookgerei vindt u in de hoofdstukken , en ~ "Koken met inductie" ~ "CombiZone" ~ "Move-
functie"
it Cottura con induzione
32
Se il fondo della stoviglia è composto tra l'altro
anche da parti in alluminio, la superficie in materiale
ferromagnetico viene ridotta. Può succedere che tale
stoviglia non si scaldi correttamente o che non
venga proprio riconosciuta.
Recipienti non adeguati
Non utilizzare mai diffusori o recipienti di:
acciaio fine normale
vetro
terracotta
rame
alluminio
Caratteristiche del fondo della stoviglia
Le caratteristiche del fondo della stoviglia possono
influenzare il risultato della cottura. Utilizzare pentole e
padelle di un materiale che distribuisce il calore in
maniera uniforme all'interno della pentola, come ad es.
pentole con "fondo sandwich" in acciaio in modo da
risparmiare tempo ed energia.
Utilizzare stoviglie con fondi piani, i fondi della stoviglia
non uniformi compromettono la conduzione del calore.
Assenza di recipiente o dimensioni non adeguate
Se non si colloca un recipiente sulla zona di cottura
selezionata o se questo non è del materiale o delle
dimensioni adatte, il grado di cottura visualizzato
nell'indicatore della zona di cottura lampeggia. Perché
smetta di lampeggiare, collocare un recipiente
adeguato. Se si ritarda oltre 90 secondi, la zona di
cottura si spegne automaticamente.
Recipienti vuoti o con base sottile
Non riscaldare recipienti vuoti e non utilizzare recipienti
con base sottile. Il piano di cottura è dotato di un
sistema interno di sicurezza ma un recipiente vuoto può
scaldarsi così rapidamente che la funzione di
“disattivazione automatica" può non avere il tempo di
reagire, con il conseguente raggiungimento di una
temperatura molto elevata. La base del recipiente
potrebbe arrivare a fondersi e danneggiare il vetro del
piano. In tal caso, non toccare il recipiente e spegnere
la zona di cottura. In caso di mancato funzionamento
dopo il raffreddamento, contattare il Servizio di
Assistenza Tecnica.
Riconoscimento della pentola
Ogni zona di cottura dispone di un limite inferiore per la
disposizione della pentola: ciò dipende dal diametro
ferromagnetico e dal materiale del fondo della stoviglia.
Pertanto utilizzare sempre la zona di cottura che
corrisponde al meglio al diametro del fondo della
pentola.
Conoscere l'apparecchio it
33
* Conoscere l'apparecchio
Con os c er e l ' a ppar ecc hi o
Le informazioni in merito a dimensioni e prestazioni
delle zone di cottura si trovano in~ Pagina 2
Avvertenza: . A seconda del modello è possibile che vi
siano alcune differenze per quanto concerne colori e
vari dettagli.
Il pannello comandi
Superfici di comando
Quando si tocca un simbolo viene attivata la funzione
corrispondente.
Avvertenze
Mantenere il pannello di comando sempre asciutto e
pulito. L'umidità ne pregiudica il funzionamento.
Non posizionare stoviglie nelle vicinanze di indicatori
e sensori. Il sistema elettronico potrebbe
surriscaldarsi.
Le zone di cottura
Superfici di comando
#Interruttore principale
øSelezionare la zona di cottura
0 1 2 ...8 9Ç Ç Ç Campo di regolazione
>Bloccaggio del pannello di comando per
poter procedere con la pulizia
DSicurezza bambini
úFunzione zona combinata
ùFunzione Move
áFunzioni PowerBoost
0Funzione timer
Indicatori
Stato di funzionamento
‚ Š-Livelli di cottura
‹‹ Funzione timer
• œ/Calore residuo
Funzione PowerBoost
xImpostazione del tempo di cottura
VContaminuti
öIndicatore del tempo
Aree di cottura
$/"Area di cottura semplice Utilizzare una stoviglia di dimensioni adatte
¯Area di cottura combinata Consultare il capitolo o ~ "Zona combinata" ~ "Funzione Move"
Utilizzare esclusivamente stoviglie adatte alla cottura a induzione, vedere il capitolo ~ "Cottura con induzione"
it Uso dell'apparecchio
34
Visualizzazione calore residuo
Il piano di cottura è dotato di un indicatore del calore
residuo per ogni zona di cottura che mostra che la zona
di cottura è ancora calda. Non toccare la zona di
cottura finché l'indicatore del calore residuo è ancora
acceso.
Sulla base del livello del calore residuo viene
visualizzato quanto segue:
Indicatore: temperatura elevata
Indicatore : temperatura bassa œ
Se durante la cottura si rimuove la stoviglia dalla zona
rispettiva, l'indicatore di calore residuo e il livello di
cottura selezionato lampeggiano in modo alternato.
Se la zona di cottura viene spenta, l'indicatore del
calore residuo è ancora acceso. Anche se il piano di
cottura è già spento, l'indicatore di calore residuo
rimane acceso finché c'è una zona di cottura ancora
calda.
1Uso dell'apparecchio
Us o d el l ' ap par e cchi o
Questo capitolo illustra come impostare una zona di
cottura. Nella tabella sono riportati i livelli e i tempi di
cottura per varie pietanze.
Attivazione e disattivazione del piano di
cottura
Il piano di cottura si attiva e si disattiva mediante
l'interruttore generale.
Attivazione: toccare il simbolo #. Viene emesso un
segnale acustico. L'indicatore in corrispondenza
dell'interruttore generale e gli indicatori delle zone di
cottura si accendono. Il piano di cottura è pronto per
l'uso.
Disattivazione: toccare il simbolo # finché l'indicatore
sopra l'interruttore generale non si spegne. Tutte le
zone di cottura sono disattivate. L'indicatore del calore
residuo resta acceso finché le zone di cottura non si
sono sufficientemente raffreddate.
Avvertenze
Il piano di cottura si disattiva automaticamente se
tutte le zone di cottura rimangono spente per più di
20 secondi.
Dopo la disattivazione del piano di cottura, le
impostazioni selezionate restano memorizzate per 4
secondi. Se in questo intervallo di tempo il piano di
cottura viene riattivato, vengono impostati
automaticamente gli ultimi parametri in uso.
Impostazione della zona di cottura
Impostare il livello di cottura desiderato con i simboli
da a . ò ê
Livello di cottura ò = livello minimo
Livello di cottura ê = livello massimo
Per ciascun livello di cottura è disponibile un livello
intermedio Questo livello intermedio è contrassegnato
nel campo di regolazione con il simbolo Ø.
Avvertenze
Per proteggere i componenti più delicati
dell'apparecchio dal surriscaldamento o dal
sovraccarico elettrico, il piano cottura p
temporaneamente diminuire la potenza.
Per diminuire la formazione di rumore
dell'apparecchio, il piano cottura p
temporaneamente diminuire la potenza.
Uso dell'apparecchio it
35
Selezionare la zona di cottura e il livello di cottura
Il piano di cottura deve essere attivato.
1. Toccare il simbolo ø della zona di cottura
desiderata.
Si accende il simbolo e sotto il simbolo .¬
2. Selezionare infine il livello di cottura desiderato nel
campo di regolazione.
Il livello di cottura è impostato
Modifica del livello di cottura
Selezionare la zona di cottura e infine impostare nel
campo di regolazione il livello di cottura desiderato.
Spegnere la zona di cottura
Selezionare la zona di cottura e regolare su nella
zona di programmazione. La zona di cottura si spegne
e viene visualizzata la spia calore residuo.
Avvertenze
Se non è stato collocato un recipiente nella zona di
cottura, il livello di potenza selezionato lampeggia.
Trascorso un intervallo di tempo predefinito, la zona
di cottura si spegne.
Se è stato collocato un recipiente nella zona di
cottura prima di accendere il piano di cottura, questo
verrà rilevato entro 20 secondi dopo aver premuto
l'interruttore principale e la zona di cottura verrà
selezionata automaticamente. Una volta avvenuto il
rilevamento, selezionare il livello di potenza entro i
20 secondi successivi, altrimenti la zona di cottura si
spegnerà.
Anche se viene collocato più di un recipiente,
all'accensione del piano di cottura, ne verrà rilevato
solo uno.
Consigli per la cottura
Consigli
Mentre si scalda purè, zuppe e salse cremose,
mescolare di tanto in tanto.
Per preriscaldare impostare il livello di cottura 8 - 9.
Durante la cottura con coperchio, abbassare il livello
non appena fuoriesce del vapore tra coperchio e
stoviglia. Per ottenere un buon risultato di cottura
non è necessario che fuoriesca vapore.
A cottura ultimata, tenere chiusa la pentola fino al
momento di servire la pietanza.
Per la cottura con la pentola a pressione osservare
le istruzioni del costruttore.
Per conservare il più possibile il potere nutritivo, non
cuocere troppo a lungo gli alimenti. E' possibile
impostare il tempo di cottura ottimale con un timer.
Per un risultato di cottura più sano, si dovrebbe
evitare l'olio fumante.
Per dorare gli alimenti cuocerli uno alla volta in
piccole porzioni.
Le stoviglie possono raggiungere temperature
elevate durante il processo di cottura. Si consiglia
l'uso di presine.
Il capitolo ~ "Tutela dell'ambiente" contiene utili
consigli per una cottura efficiente in termini di
energia.
 
it Uso dell'apparecchio
36
Tabella di cottura
Nella tabella viene visualizzato il livello di cottura adatto
per ogni pietanza. Tuttavia il tempo di cottura può
variare a seconda del tipo, peso, spessore e qualità
degli alimenti.
Livello di
cottura
Tempo di cottura
(min.)
Fondere
Cioccolato, glassa 1 - 1. -
Burro, miele, gelatina 1 - 2 -
Riscaldare e mantenere caldo
Minestra, ad es. minestra di lenticchie 1. - 2 -
Latte* 1. - 2. -
Salsicce scaldate in acqua* 3 - 4 -
Scongelare e riscaldare
Spinaci surgelati 3 - 4 15 - 25
Gulasch surgelato 3 - 4 35 - 55
Stufare, cuocere a fuoco lento
Gnocchi di patate* 4. - 5. 20 - 30
Pesce* 4 - 5 10 - 15
Salse bianche, es. besciamella 1 - 2 3 - 6
Salse montate, ad es. salsa bernaise e salsa olandese 3 - 4 8 - 12
Bollire, cuocere a vapore, stufare
Riso (con doppia quantità di acqua) 2. - 3. 15 - 30
Riso al latte*** 2 - 3 30 - 40
Patate lesse 4. - 5. 25 - 35
Patate lesse in acqua salata 4. - 5. 15 - 30
Farinacei, pasta* 6 - 7 6 - 10
Pasticcio 3. - 4. 120 - 180
Minestre 3. - 4. 15 - 60
Verdura 2. - 3. 10 - 20
Verdure, surgelate 3. - 4. 7 - 20
Cuocere nella pentola a pressione 4. - 5. -
Stufare
Involtini 4 - 5 50 - 65
Stufato 4 - 5 60 - 100
Gulasch*** 3 - 4 50 - 60
* Senza coperchio
** Girare ripetutamente
***Preriscaldare al livello di cottura 8 - 8.
Uso dell'apparecchio it
37
Stufare / cuocere arrosto con poco olio*
Fettina, naturale o impanata 6 - 7 6 - 10
Fettina, surgelata 6 - 7 6 - 12
Cotoletta, naturale o impanata** 6 - 7 8 - 12
Bistecca (spessore 3 cm) 7 - 8 8 - 12
Petto di pollo/tacchino (spessore 2 cm)** 5 - 6 10 - 20
Petto di pollo/tacchino, surgelato** 5 - 6 10 - 30
Polpette (spessore 3 cm)** 4. - 5. 20 - 30
Hamburger (spessore 2 cm)** 6 - 7 10 - 20
Pesce e filetto di pesce, naturale 5 - 6 8 - 20
Pesce e filetto di pesce, impanato 6 - 7 8 - 20
Pesce, impanato e surgelato, ad es. bastoncini di pesce 6 - 7 8 - 15
Scampi, gamberi 7 - 8 4 - 10
Sauté di verdure e funghi, fresco 7 - 8 10 - 20
Piatti misti, verdure, carne a strisce alla maniera asiatica 7 - 8 15 - 20
Pietanze surgelate, ad es. piatti misti 6 - 7 6 - 10
Crêpe, (cuocerle una alla volta) 6. - 7. -
Omelette (cuocerle una alla volta) 3. - 4. 3 - 10
Uova al tegamino 5 - 6 3 - 6
Friggere* (friggere 150-200 g per porzione progressivamente in 1-2 l di olio)
Prodotti surgelati, ad es. patate fritte, bocconcini di pollo 8 - 9 -
Crocchette, surgelate 7 - 8 -
Carne, ad es. porzioni di pollo 6 - 7 -
Pesce, panato o in pastella di birra 6 - 7 -
Verdure, funghi, impanati o in pastella di birra, tempura 6 - 7 -
Pasticcini, ad es. krapfen/bomboloni, frutta in pastella di birra 4 - 5 -
Livello di
cottura Tempo di cottura
(min.)
* Senza coperchio
** Girare ripetutamente
***Preriscaldare al livello di cottura 8 - 8.
it Zona combinata
38
wZona combinata
Zon a c o mbi nat a
Con questa funzione possono essere combinate le due
zone di cottura di sinistra della stessa dimensione. Per
entrambe le zone di cottura può essere impostato lo
stesso grado di cottura. È particolarmente adatta per la
cottura con stoviglie ovali.
Avvertenze sulle stoviglie
Per un risultato ottimale, utilizzare una stoviglia che sia
adatta alla zona di entrambe le aree di cottura.
Posizionare la stoviglia al centro dell'area di cottura.
Se su una delle due aree di cottura si utilizza soltanto
una stoviglia, è possibile spostarla sulla seconda area.
In questo caso vengono mantenuti il livello di potenza e
le impostazioni acquisiti.
Attivazione
Il piano di cottura deve essere attivato.
1. Selezionare una delle due zone di cottura
appartenenti alla CombiZona e impostare il livello di
cottura.
2. Toccare il simbolo ú. L'indicatore si accende.Ú
Il livello di cottura compare sull'indicatore della zona
di cottura inferiore.
La funzione è attivata.
Modifica del livello di cottura
Selezionare una delle due zone di cottura della zona
combinata e modificare il livello di cottura nel campo
di regolazione.
Disattivazione
Selezionare una delle zone di cottura entrambe
appartenenti a questa funzione e toccare il simbolo .ú
La funzione è disattivata. Entrambe le zone di cottura
continuano a funzionare come due zone di cottura
indipendenti.
uFunzione Move
Fu nzi o ne Mov e
Con questa funzione è possibile accendere le due zone
di cottura della stessa dimensione poste a sinistra e
selezionare per entrambe le zone livelli di cottura
diversi. Livelli di cottura preimpostati:
Zona di cottura anteriore = livello di cottura Š
Zona di cottura posteriore = livello di cottura .
I livelli di cottura possono essere modificati in modo
indipendente per ciascuna zona di cottura.
Avvertenze
Sistemare la stoviglia solo su una delle zone di
cottura. La funzione non viene attivata se è presente
una stoviglia su entrambe le zone di cottura.
Sull'indicatore della zona di cottura, sulla quale non
si trova alcuna stoviglia, il livello di cottura si
accende con un'intensità luminosa minore. Viene
attivata soltanto quando la stoviglia viene collocata e
viene riconosciuta su questa zona di cottura.
Se la funzione è già attivata e viene posizionata una
seconda stoviglia sulla zona di cottura libera, come
prima l'indicatore si accende con un'intensità
luminosa più debole, ma la zona di cottura non è
attiva. La zona di cottura non è attiva. La zona di
cottura si attiva quando la prima stoviglia viene
rimossa.
Consigli per l'uso dei recipienti
Per garantire un corretto rilevamento e una buona
distribuzione del calore, si raccomanda di collocare il
recipiente al centro:
Utilizzare solo un'unica stoviglia che copra solo una
delle aree di cottura.
Spostare la stoviglia da un'area di cottura su un'altra:
Funzioni durata it
39
Attivazione
Combinare le due zone di cottura con livello di cottura
ogni volta diverso.
1. Selezionare una delle due zone di cottura
appartenenti alla funzione Move.
2. Toccare il simbolo ù. L'indicatore si accende.Ú
I livelli di cottura compaiono sugli indicatori delle due
zone di cottura.
La funzione è attivata.
Avvertenze
L'indicatore della zona di cottura sulla quale si trova
la stoviglia si accende con un'intensità luminosa
maggiore.
Sull'indicatore della zona di cottura selezionata si
accende l'indicazione ¬.
Modifica del livello di cottura
Selezionare una delle due zone di cottura appartenenti
alla funzione Move e modificare il livello di cottura nel
campo di regolazione.
Avvertenza: Se la funzione viene disattivata i livelli di
cottura tornano ai valori preimpostati
Disattivazione
Toccare il simbolo ù.
La funzione è disattivata.
Avvertenza: Se una delle due zone di cottura viene
impostata su , la funzione si disattiva entro circa 10
secondi.
OFunzioni durata
Fun z i on i d ur a t a
Il piano di cottura dispone di due funzioni timer:
Programmazione del tempo di cottura
Contaminuti
Programmazione del tempo di cottura
Trascorso il tempo impostato la zona di cottura si
disattiva automaticamente.
Regolazione:
1. Selezionare la zona di cottura e il livello di cottura
desiderato.
2. Toccare il simbolo 0. Sull'indicatore della zona di
cottura si accende x. Sull'indicatore del timer si
accende .‹‹
3. Nei 10 secondi seguenti impostare nel campo di
regolazione il tempo di cottura desiderato.
Dopo alcuni secondi, il tempo inizia a scorrere.
Avvertenze
Per tutte le zone di cottura può essere impostato
automaticamente lo stesso tempo di cottura. Il
tempo impostato scorre in modo indipendente per
ciascuna delle zone di cottura.
Le informazioni per la programmazione automatica
del tempo di cottura sono contenute nella sezione
~ "Impostazioni di base"
Se per la zona di cottura combinata viene
selezionata la funzione Zona combinata o la
funzione Move, il tempo impostato è lo stesso per
entrambe le zone di cottura.
Modifica o annullamento del tempo
Selezionare la zona di cottura e premere il simbolo 0.
Modificare il tempo di cottura nella zona di
programmazione o regolare su ‹‹ per annullarlo.
 


Produkt Specifikationer

Mærke: Bosch
Kategori: Ovn
Model: PVS651FB5E

Har du brug for hjælp?

Hvis du har brug for hjælp til Bosch PVS651FB5E stil et spørgsmål nedenfor, og andre brugere vil svare dig