Remko RBW 300PV Manual
Læs nedenfor 📖 manual på dansk for Remko RBW 300PV (52 sider) i kategorien Vandpumpe. Denne guide var nyttig for 27 personer og blev bedømt med 4.5 stjerner i gennemsnit af 2 brugere
Side 1/52

Montage- en gebruikershandleiding
Voor het begin van alle werkzaamheden de handleiding
lezen!
REMKO RBW - Gebruikswaterwarmtepomp
RBW 300 PV / RBW 300 PV-S
Handleiding voor de vakman
0075-2015-06 Versie 2, nl_NL

Montage- en gebruikershandleiding (vertaling van het origi-
neel)
Vóór het in bedrijf nemen / gebruik van dit apparaat deze
installatiehandleiding zorgvuldig lezen!!
Deze handleiding maakt deel uit van het apparaat en dient
steeds in directe nabijheid van de opstellocatie resp. bij het
apparaat bewaard te worden.
Wijzigingen voorbehouden; we aanvaarden geen aansprakelijkheid
voor drukfouten en vergissingen!

Inhoudsopgave
1 Veiligheids- en gebruiksinstructies..................................................................................................... 4
1.1 Algemene veiligheidsvoorschriften.................................................................................................. 4
1.2 Markering van instructies................................................................................................................ 4
1.3 Kwalificaties van het personeel....................................................................................................... 4
1.4 Gevaren bij het niet-opvolgen van de veiligheidsvoorschriften....................................................... 4
1.5 Veiligheidsbewust werken............................................................................................................... 5
1.6 Veiligheidsvoorschriften voor de exploitant..................................................................................... 5
1.7 Veiligheidsvoorschriften voor montage-, onderhouds- en inspectiewerkzaamheden..................... 5
1.8 Zelfstandige ombouw en veranderingen......................................................................................... 5
1.9 Toepasselijk gebruik....................................................................................................................... 6
1.10 Garantie........................................................................................................................................ 6
1.11 Transport en verpakking .............................................................................................................. 6
1.12 Milieubescherming en recycling.................................................................................................... 6
2 Technische gegevens........................................................................................................................... 7
2.1 productgegevens ............................................................................................................................ 7
2.2 Apparaatafmetingen en aanduidingen van de leidingaansluitingen................................................ 8
3 Opbouw en functie 10..............................................................................................................................
3.1 Gebruikswaterwarmtepomp algemeen 10.........................................................................................
3.2 Productbeschrijving 10.......................................................................................................................
3.3 Corrosiebescherming 11....................................................................................................................
4 Montage 11...............................................................................................................................................
4.1 Systeemopbouw............................................................................................................................ 11
4.2 Algemene montage-instructies...................................................................................................... 12
4.3 Opstelling 12......................................................................................................................................
5 Installatie 15..............................................................................................................................................
6Hydraulische aansluiting 17....................................................................................................................
7 Elektrische aansluiting 20.......................................................................................................................
7.1 Algemene instructies 20.....................................................................................................................
7.2 Aansluitingen vermogensprintplaat 20...............................................................................................
7.3 Elektrische schema's 21....................................................................................................................
8 Inbedrijfstelling 22...................................................................................................................................
9 Besturingslogica 22.................................................................................................................................
10 Bediening 24.............................................................................................................................................
11 Reiniging en onderhoud 42.....................................................................................................................
12 Tijdelijk uit gebruik nemen 42.................................................................................................................
13 Verhelpen van storingen en klantenservice 43.....................................................................................
13.1 Verhelpen van storingen en klantenservice 43................................................................................
13.2 Weerstanden van de temperatuursensoren 44................................................................................
14 Illustratie van het apparaat en reserveonderdelen 47.........................................................................
15 Index 49.....................................................................................................................................................
3

1 Veiligheids- en
gebruiksinstructies
1.1 Algemene veiligheidsvoor-
schriften
Lees de handleiding voor het eerste gebruik van
het apparaat zorgvuldig door. Deze bevat nuttige
tips, instructies en waarschuwingen voor de veilig-
heid van personen en goederen. Het niet opvolgen
van de gebruikshandleiding kan gevaar voor per-
sonen, het milieu, de installatie en tot het verlies
van mogelijke aansprakelijkheid leiden.
Bewaar deze gebruikshandleiding en het koelmid-
delgegevensblad in de buurt van het apparaat.
1.2 Markering van instructies
Deze paragraaf geeft een samenvatting van alle
belangrijke veiligheidsaspecten voor een optimale
persoonlijke bescherming en voor een veilig en
storingvrij bedrijf.
De in deze handleiding gegeven instructies en vei-
ligheidsvoorschriften dienen opgevolgd te worden,
zodat ongelukken, persoonlijk letsel en beschadi-
gingen worden vermeden. Direct aan de apparaten
aangebrachte instructies dienen absoluut te
worden opgevolgd en in goed leesbare toestand te
worden gehouden.
Veiligheidsvoorschriften zijn in deze handleiding
gemarkeerd door bepaalde symbolen. Verder
beginnen de veiligheidsvoorschriften met bepaalde
signaalwoorden die de aard van de risico's aan-
geven.
GEVAAR!
Bij het aanraken van spanningvoerende delen
bestaat direct levensgevaar door een stroom-
stoot. Beschadiging van de isolatie of van com-
ponenten kan levensgevaarlijk zijn.
GEVAAR!
Deze combinatie van symbool en signaalwoord
wijst op een direct gevaarlijke situatie die de
dood of zwaar letsel tot gevolg heeft, als deze
situatie niet wordt gemeden.
WAARSCHUWING!
Deze combinatie van symbool en signaalwoord
wijst op een mogelijk gevaarlijke situatie die de
dood of zwaar letsel tot gevolg kan hebben, als
deze situatie niet wordt gemeden.
VOORZICHTIG!
Deze combinatie van symbool en signaalwoord
wijst op een mogelijk gevaarlijke situatie die
gering of licht letsel tot gevolg kan hebben en
die materiële schade of aantasting van het
milieu kan veroorzaken, als deze situatie niet
wordt gemeden.
AANWIJZING!
Deze combinatie van symbool en signaalwoord
wijst op een mogelijk gevaarlijke situatie die
materiële schade of aantasting van het milieu
kan veroorzaken, als deze situatie niet wordt
gemeden.
Met dit symbool wordt gewezen op nuttige tips,
adviezen en informatie over hoe een efficiënt
en storingsvrij bedrijf gewaarborgd kan
worden.
1.3 Kwalificaties van het personeel
Het personeel voor de inbedrijfstelling, bediening,
het onderhoud, de inspectie en de montage dient
over de betreffende kwalificaties voor deze werk-
zaamheden te beschikken.
1.4 Gevaren bij het niet-opvolgen
van de veiligheidsvoorschriften
Het niet opvolgen van de veiligheidsvoorschriften
kan zowel gevaar voor personen opleveren als
voor het milieu en voor apparatuur. Het niet-
opvolgen van de veiligheidsvoorschriften kan
leiden tot het verlies van iedere aanspraak op
schadevergoeding.
In detail kan het niet-opvolgen van de voorschriften
bijvoorbeeld de volgende risico's opleveren:
REMKO RBW
4

nHet uitvallen van belangrijke functies van de
apparatuur.
nHet feit dat voorgeschreven methodes betref-
fende normaal en technisch onderhoud niet
werken.
nHet in gevaar brengen van personen door elek-
trische en mechanische effecten.
1.5 Veiligheidsbewust werken
De in deze handleiding vermelde veiligheidsin-
structies, de bestaande nationale voorschriften ter
voorkoming van ongevallen evenals eventuele
interne arbeids-, bedrijfs- en veiligheidsvoor-
schriften van het bedrijf moeten in acht worden
genomen.
1.6 Veiligheidsvoorschriften voor
de exploitant
De veiligheid van de apparaten en componenten is
alleen gegarandeerd bij het bedoeld gebruik en in
volledig gemonteerde toestand.
nHet plaatsen, installeren en onderhouden van
de apparaten en componenten mag alleen
gebeuren door vakpersoneel.
nEventueel aanwezige aanraakbescherming
(rooster) voor bewegende delen mag niet
worden verwijderd bij een apparaat dat in
bedrijf is.
nDe bediening van apparaten of componenten
met zichtbare defecten of beschadigingen is
verboden.
nHet aanraken van bepaalde onderdelen of
componenten van de apparaten kan brand-
wonden of letsel veroorzaken.
nDe apparaten of componenten mogen niet
worden blootgesteld aan mechanische belas-
ting, extreme vochtigheid of extreme tempera-
turen.
nRuimten waarin koudemiddel kan lekken vol-
doende te laden en te ventileren. Anders
bestaat er gevaar voor verstikking.
nAlle delen van de behuizing en openingen, bijv.
luchtin- en uitgangen, moeten vrij zijn van
vreemde voorwerpen, vloeistoffen of gassen.
nDe apparatuur dient tenminste eenmaal jaar-
lijks door een deskundige gecontroleerd te
worden. Visuele controles en reinigingswerk-
zaamheden mogen in spanningsloze toestand
door de gebruiker uitgevoerd worden.
1.7 Veiligheidsvoorschriften voor
montage-, onderhouds- en
inspectiewerkzaamheden
nBij het installeren, het repareren, het onder-
houden of het reinigen van de apparaten
moeten geschikte maatregelen worden
genomen om de van de apparaten uitgaande
gevaren voor personen te voorkomen.
nHet opstellen, aansluiten en gebruik van de
apparaten en componenten moet volgens de
gebruiks- en bedrijfsomstandigheden uit de
gebruikshandleiding en de geldende lokale
voorschriften gebeuren.
nMen dient zich aan de regionale verordeningen
en wetten te houden, zoals de wet op de
waterhuishouding.
nDe elektrische voeding moet worden aange-
past aan de eisen van de apparaten.
nDe apparaten mogen uitsluitend op die punten
worden bevestigd die de fabrikant hiervoor
heeft voorzien. De apparaten mogen uitslui-
tend aan constructies of wanden of op vloeren
worden bevestigd of geplaatst die deze belas-
ting kunnen dragen.
nApparaten voor mobiel gebruik moeten veilig
en verticaal op een geschikte ondergrond
opgesteld worden. Apparaten voor stationair
bedrijf mogen alleen in vast geïnstalleerde toe-
stand gebruikt worden.
nDe apparaten en componenten mogen niet
worden gebruikt op plaatsen met verhoogd
risico op beschadigingen. De minimale vrije
ruimte moet worden aangehouden.
nDe apparaten en componenten moeten vol-
doende veiligheidsafstand hebben ten opzichte
van ontvlambare, explosieve, brandbare,
agressieve en vervuilde zones en atmosferen.
nVeiligheidsinrichtingen moeten niet worden
gewijzigd of omzeild.
1.8 Zelfstandige ombouw en
veranderingen
Het ombouwen of wijzigen van de apparaten of
componenten is niet toegestaan en kan storingen
veroorzaken. De veiligheidsvoorzieningen mogen
niet worden veranderd of overbrugd. De originele
reserveonderdelen en door de fabrikant geautori-
seerde accessoires zijn afgestemd op de vereiste
veiligheid. Het toepassen van andere onderdelen
kan leiden tot het vervallen van de aansprakelijk-
heid voor gevolgen daarvan.
5

1.9 Toepasselijk gebruik
De units zijn afhankelijk van model en uitrusting
uitsluitend bedoeld als een warmtepomp voor koe-
ling of verwarming van het werkmedium water in
een gesloten kring medium.
Ander of verdergaand gebruik geldt als niet toe-
passelijk gebruik. Voor de hieruit voortvloeiende
schade is de fabrikant / leverancier van de
machine niet aansprakelijk. Het risico wordt uitslui-
tend door de gebruiker gedragen. Bij het toepasse-
lijk gebruik hoort ook het inachtnemen van de
bedienings- en installatie-instructies en het
nakomen van de onderhoudsbepalingen.
De in de technische specificaties opgegeven
grenswaarden mogen in geen geval worden over-
schreden.
1.10 Garantie
Voorwaarde voor eventuele aanspraken op
garantie is, dat de inkoper of zijn afnemer tegelijk
met de verkoop en het in gebruik nemen, de bij het
apparaat meegeleverde "Garantieoorkonde" vol-
ledig ingevuld naar REMKO GmbH & Co. KG
teruggestuurd heeft. De garantievoorwaarden zijn
opgenomen in de "Algemene verkoop- en leve-
ringsvoorwaarden". Daarnaast kunnen alleen
tussen de bij de overeenkomst betrokken partijen
speciale afspraken gemaakt worden. Neem
daarom eerst contact op met uw directe handels-
partner.
1.11 Transport en verpakking
De apparaten worden in een stevige transportver-
pakking geleverd. Controleer het apparaat direct
bij de levering en noteer eventuele schade of ont-
brekende onderdelen op de pakbon en informeer
de transporteur en uw leverancier. Bij klachten
achteraf wordt geen garantie verleend.
WAARSCHUWING!
Plastic folie en tassen etc. zijn gevaarlijk
speelgoed voor kinderen!
Daarom:
- Verpakkingsmateriaal kan niet worden
onzorgvuldig.
- Verpakking mag niet toegankelijk zijn voor
kinderen!
1.12 Milieubescherming en
recycling
Afvoeren van de verpakking
Alle producten worden voor het transport zorg-
vuldig verpakt in milieuvriendelijke materialen.
Lever een waardevolle bijdrage aan de verminde-
ring van afval en het recyclen van grondstoffen en
lever het verpakkingsmateriaal alleen in bij de
daarvoor aangewezen inzamelplaatsen.
Afvoeren van de apparaten en componenten
Bij de productie van de apparaten en compo-
nenten worden uitsluitend recyclebare materialen
gebruikt. Draag bij aan de bescherming van het
milieu, door er voor te zorgen dat apparaten of
componenten (bijv. batterijen) niet in het huisvuil
komen maar alleen op milieuvriendelijke wijze vol-
gens de plaatselijk geldende voorschriften, bijv.
door een erkend afvalverwerkingsbedrijf en recyc-
ling of via een inzamelpunt worden verwerkt.
REMKO RBW
6

2 Technische gegevens
2.1 productgegevens
Serie RBW 300 PV RBW 300 PV-S
Functie Drinkwaterverwarming
Systeem Lucht/water-warmtepomp
Drinkwaterreservoir geëmailleerd, bruto volume l Serie 300
Drinkwaterreservoir geëmailleerd, netto volume l 287 280
Elektrische hulpverwarming / nominaal vermogen kW Serie / 1,5
Toepassingsgrens verwarmen °C -7 tot +40
Min./max. watertemperatuur °C 38 / 60
Verwarmingsvermogen bij A7/W50 kW 1,8
COP volgens EN 255-3 / COP bij A7/W50 1) COP 3,7
COP volgens EN 16147 / COP bij A7/W50 1) COP 2,61
Aansluiting netspanning V / ~ / Hz 230 / 1/ 50
Nominaal opgenomen elektrisch vermogen kW 0,46
Max. nominaal opgenomen vermogen kW 2,06
Nominaal opgenomen stroom A 8,92
Max. opgenomen stroom A 9,0
Koudemiddel / basisvulhoeveelheid -- / kg 134A2) / 0,95
Zekering in gebouw (per buitenunit) A traag 16
Geluidsvermogensniveau/geluidsdruk 1 m halve kogel dB(A) 53/45
Luchtverplaatsing max. m³/u 350
Min. volumestroom m³/u 175
Max. werkdruk bar 7
Luchtkanaalaansluiting mm 145
Hydraulische aansluiting waterzijde Inch IG 3/4"
Aansluiting condensafvoer Inch IG 1/2"
Max. toegestane drukverlies luchtzijde kPa 50
Max. kanaallengte toe-/afvoerluchtkanaal (bij 150 mm) m 6/6
Afmetingen (diameter/hoogte/kantelmaat) mm 650/1870/1920
Beschermingsgraad -- IP X1
Gewicht kg 136 141
1) COP = coefficient of performance (verwarmingsvermogenscoëfficiënt)
2) Bevat broeikasgas volgens Kyoto-protocol, GWP 1975
Gegevens vrijblijvend! Technische wijzigingen, door technische doorontwikkeling,
blijven ons voorbehouden. Zie volgende pagina voor de technische gegevens van de geïntegreerde warmtewisselaar.
7

Geïntegreerde warmtewisselaar
Serie RBW 300 PV RBW 300 PV-S
Warmtewisselaar zonne-energie m2--- 1,5
Wamtewisselaaraansluiting Inch (mm) --- G 3/4" (19,05)
Gegevens vrijblijvend! Technische wijzigingen, door technische doorontwikkeling, blijven ons voorbehouden.
2.2 Apparaatafmetingen en aanduidingen van de leidingaansluitingen
1
2
4
3
9
87
12
16,5
99
1095
1435
1860
640
145 145
227
8
1026
11
6
10
5
557
531
1195
Afb. 1: Afmetingen en aanduidingen van de leidingaansluitingen (gegevens in mm)
1: Condensafvoer Rp 1/2
2: Warmwateruitlaat G 3/4"
3: Beschermingsanode
4: Circulatie G 3/4"
5: Koudwaterinlaat G 3/4"
6: Aansluiting veiligheidsklep
7: Verwarmings-aanvoerwarmtewisselaar G 3/4"
8: Dompelhuls voor temperatuur sensor
9: Verwarmings-retourwarmtewisselaar G 3/4"
10: Aftappen G 3/4"
11: Oververhittingsbeveiliging
12: Verwarmingsstaaf
Wijzigingen, door technische doorontwikkeling, blijven ons voorbehouden!
REMKO RBW
8

Dekselafmetingen
632 mm
450 mm
300 mm
145 mm
145 mm
160 mm
400 mm
Afb. 2: Afmetingen deksels
9

3 Opbouw en functie
3.1 Gebruikswaterwarmtepomp
algemeen
Argumenten voor de gebruikswaterwarmte-
pomp van REMKO
nWarmwaterwarmtepomp met vooruitstrevende
techniek, garandeert optimaal en zeer stil
gebruik.
nDe krachtige radiale ventilator, maakt een
luchttransport tot een kanaallengte van 12 m
mogelijk bij Ø 150 mm.
nDe thermostatische expansieklep en de veilig-
heidsinrichtingen zorgen voor een optimale
werking van het circuit.
nHet hart van de warmwaterwarmtepomp: de
sterke compressor met een lange levensduur,
voorzien van oliekoeler en restwarmtebenutting
door zuiggaskoeling.
nLamellenverdamper met een groot oppervlak.
nDe luchtaansluitingen maken een eenvoudige
toe-/afvoerluchtinstallate op de opstellocatie
mogelijk.
nMilieuvriendelijk en onbrandbaar veiligheids-
werkmedium R134A.
nGeëmailleerd kwaliteits-warmwaterreservoir.
Kwaliteitsborging zorgt voor een lange levens-
duur, de beschermingsanode voor meer
betrouwbaarheid.
nDe pijpspiraal-verdamper zorgt voor efficiënte
warmteoverdracht en optimale veiligheid.
nInwendige gladde pijpwarmtewisselaar voor
het aansluiten van zonnecollectoren of verwar-
mingsketel.
nElektrisch verwarmingselement vanuit de
fabriek ingebouwd.
nNauwelijks onderhoudskosten.
Werking van de warmwaterwarmtepomp
De warmwaterwarmtepomp, maakt gebruik van de
omgevingslucht voor warmwaterbereiding. De lucht
wordt van bovenaf door een ventilator aange-
zogen, door de verdamper geleid en boven weer
uitgeblazen. De verdamper wordt zo genoemd,
omdat hierin het koudemiddel van het warmte-
pompcircuit verdampt. Bij het verdampen wordt
warmte onttrokken aan de omgevingslucht, omdat
deze warmer is dan het koudemiddel in de ver-
damper, zo kan uit de lucht ook nog bij relatief lage
temperaturen warmte worden gewonnen en aan
het koudemiddel worden afgegeven. Door de com-
pressor wordt het koudemiddel gecomprimeerd en
naar een hoger temperatuurniveau gebracht. Deze
warmte wordt via een pijpwarmtewisselaar afge-
geven aan het drinkwater. Het afgekoelde en weer
vloeibare werkmedium wordt in de expansieklep
weer ontspannen, naar de verdamper geleid en
kan zo weer warmte opnemen.
AANWIJZING!
Bij de eerste inbedrijfstelling moet het reservoir
volledig zijn gevuld en ontlucht.
AANWIJZING!
De opwarmfase kan afhankelijk van de vultem-
peratuur van het water en de luchtaanzuigtem-
peratuur enige tijd duren.
Het koudemiddelcircuit
De warmwaterwarmtepomp werkt volgens het
Carnot-principe. Het koudemiddelcircuit is vanuit
de fabriek gevuld met het koudemiddel R134a, is
uiterst efficiënt en zorgt voor optimale betrouw-
baarheid en is voordelig in gebruik.
3.2 Productbeschrijving
De Remko RBW 300 is een gebruikswaterwarmte-
pomp met geïntegreerd geëmailleerd warmwater-
reservoir. De reservoirinhoud is 300 l. Door de
praktische leidingaansluitingen en de stekkerklare
elektrische bedrading, is de RBW 300 eenvoudig
te installeren, bijv. in kelders, technische of huis-
houdelijke ruimten.
De Remko RBW 300 S is een gebruikswaterwarm-
tepomp met een extra geïntegreerde warmtewisse-
laar van 1,5 m2, voor het aansluiten van een
zonne-energie-installatie of een andere warmte-
bron.
Bij puur warmtepompbedrijf, is de max. drinkwater-
temperatuur 60 °C, zodat een hoge drinkwaterhy-
giëne wordt gewaarborgd. Bij een grotere warmte-
behoefte of hogere temperaturen, kan tevens het
elektrisch verwarmingselement van 1,5 kW worden
ingeschakeld.
REMKO RBW
10

3.3 Corrosiebescherming
Het warmwaterreservoir is gemaakt van geëmail-
leerd staal. Deze is ontworpen voor de normale
drinkwaterkwaliteit. Bij het gebruik van bovenge-
middeld agressief drinkwater kan zonder speciale
beschermingsmaatregelen geen garantie worden
gegeven (chloridengehalte 150 mg/l).³
AANWIJZING!
Controleer de beschermingsanode regelmatig
en laat deze indien nodig vervangen door uw
installateur. Dit is een voorwaarde voor de
garantie!
AANWIJZING!
Vervang de magnesium-beschermingsanode
altijd als de diameter hiervan nog slechts 6 - 10
mm is!
4 Montage
4.1 Systeemopbouw
4
1
2
B
A
D
C
a
b
3
Afb. 3: Systeemopbouw
1: Koudwaterinlaat
2: Omgevingslucht
3: Reservoir
4: Warmwater
A: Compressor
B: Condensor
C: Thermische expansieklep
D: Verdamper
a: Lage koudemiddeltemperatuur
b: Hoge koudemiddeltemperatuur
11

4.2 Algemene montage-instructies
GEVAAR!
Levensgevaar!
De frontplaat en de bovenste afdekkap mogen
alleen bij uitgetrokken netstekker door deskun-
dige, geautoriseerde personen worden gede-
monteerd, omdat bij het aanraken van span-
ningvoerende onderdelen levensgevaar
bestaat!
AANWIJZING!
Het apparaat niet langdurig meer dan 15
graden kantelen. Het apparaat mag maximaal
max. 60° worden gekanteld en alleen kort
worden getransporteerd. Bij het optillen en
neerzetten van het apparaat voorzichtig te
werk gaan. Horizontaal opslaan of transport is
niet toegestaan!
nBij de installatie van de warmtepomp deze
handleiding opvolgen.
nBreng het apparaat in de originele verpakking
zo dicht mogelijk bij de opstellocatie, om trans-
portschade te voorkomen.
nControleer het apparaat op zichtbare transport-
schade. Eventuele gebreken moeten onmiddel-
lijk worden gemeld aan de leverancier en de
transporteur.
nBij het kiezen van een geschikte montagelo-
catie moet rekening worden gehouden met het
geluid tijdens gebruik en de installatieroutes.
nAlle elektrische aansluitingen uitvoeren vol-
gens de geldende DIN- en VDE-bepalingen.
nDe elektrische leidingen altijd vakkundig aan-
sluiten op de elektrische aansluitklemmen.
Anders kan brand ontstaan.
nZorg dat geen watervoerende leidingen door
het slaap- of woonruimten lopen.
4.3 Opstelling
WAARSCHUWING!
Het opstellen van de warmtepomp mag uitslui-
tend gebeuren door een gespecialiseerd
bedrijf.
nDe warmtepomp mag uitsluitend binnen
worden opgesteld.
nEen condensafvoer moet aanwezig zijn.
nDe warmtepomp mag horizontaal worden
opgesteld.
nAls opstellocatie is iedere droge, schone, vor-
stvrije ruimte met een vlakke vloer geschikt,
waarvan de hoogte minimaal 2,30 m moet zijn.
nDe warmtepomp moet op een stevige, vlakke
ondergrond worden opgesteld.
nDe ondergrond moet voldoende draagver-
mogen hebben voor het gewicht van de warm-
tepomp.
nMonteer de warmtepomp zodanig, dat rondom
voldoende plaats voor montage- en onder-
houdswerkzaamheden overblijft.
nOm de vermogensverliezen zo gering mogelijk
te houden, moet de warmtepomp zo dicht
mogelijk bij de warmwatergebruikers worden
opgesteld.
nMocht de luchttoevoer en -afvoer uit neven-
ruimten worden gebruikt, zorgen dat in geen
enkele ruimte een onder-, resp. overdruk kan
ontstaan.
Gebruik van een circulatiesysteem
Het gebruik van een circulatiesysteem wordt
afgeraden, omdat het verlies per strekkende
meter ca. 25 - 30 Watt kan zijn. Is desondanks
een dergelijk systeem ingebouwd, moeten tevens
een tijdschakelklok en een thermostaat zijn geïn-
stalleerd.
AANWIJZING!
Om schade aan de installatie te vermijden,
moet de montagelocatie droog, draagbestendig
en vorstvrij zijn.
AANWIJZING!
De warmwaterwarmtepomp en leidingen
moeten vorstvrij worden gehouden
REMKO RBW
12

Afb. 4: Vloeropstelling
Minimale afstanden
350
350 350
2500
Afb. 5: Minimale afstanden in mm
Aanzuiglucht
De aanzuiglucht mag niet belast zijn met agres-
sieve stoffen (ammoniak, zwavel, halogenen,
chloor, etc.)! Hierdoor kunnen machineonderdelen
worden vernield!
Luchtaansluiting
Bij de keuze van het luchtinlaatpunt moet rekening
worden gehouden met een hoge gemiddelde lucht-
temperatuur en een noodzakelijke luchthoeveel-
heid van 350 m3/h. De luchtinlaat- en -uitlaatope-
ningen bevinden zich boven. Om de
luchtweerstand zo laag mogelijk te houden,
moeten aanzuig- en afvoerluchtkanalen met een
minimale gladde-buisdoorsnede van Ø 150 mm en
zo recht mogelijk worden uitgevoerd. De totale
kanaallengte voor toe- en afvoerlucht mag niet
meer zijn dan 12 m, waarbij niet meer dan 3
haakse bochten mogen zijn ingebouwd. Voor elke
verdere bocht moet de totale kanaallengte met 1 m
worden verkort. Om condenswaterlekkages te
voorkomen, moeten de luchtkanalen waterpas,
resp. met een licht verval richting de aanzuig-/uit-
blaasopening worden gelegd of moet een con-
densvanger (zakstuk) worden ingebouwd.
13

Luchtkanalen
nAanzuig- en uitblaaskanalen van gladde buis, Ø 150 mm.
nDe max. totale lengte van het kanaal (toe- en afvoerlucht) is 12 m met max. 3 x 90° bochten
nVoor elke verdere bocht moet de totale kanaallengte met 1 m worden verkort!
nDe kanalen, incl. accessoires moeten door de klant worden geleverd en geïnstalleerd (ventilatiekanaal
van kunststof, aluminium of verzinkte staalplaat, etc.).
nHet drukverlies mag max. 50 kPa zijn.
AANWIJZING!
Bij het gebruik van de gebruikswaterwarmtepomp in circulatiebedrijf moet het ruimtevolume minimaal 30
m3 zijn. (Zie Afb. 6. afbeeldingen A - C)
A B
CD
Afb. 6: Installatiemogelijkheden
A: Verwarmingsruimte / hobbyruimte
(circulatiebedrijf)
B: Was- / droogruimte (circulatiebedrijf)
C: Opslag- / voorraadruimte (circulatiebedrijf)
D: Fitnessruimte
REMKO RBW
14

5 Installatie
Algemene instructies
De warmwaterwarmtepomp is een vanuit de
fabriek getest apparaat. Na een vakkundige mon-
tage van de wateraansluitingen, vullen van het
reservoir en het elektrisch aansluiten (230 V/ 50
Hz) kan het apparaat worden ingeschakeld.
WAARSCHUWING!
De warmwaterwarmtepomp mag alleen door
een erkende en geautoriseerde vakman
worden aangesloten en in bedrijf gesteld!
WAARSCHUWING!
Het vullen met water moet altijd gebeuren voor
het elektrisch aansluiten!
Sanitaire aansluitingen en montage
AANWIJZING!
Bij het gebruik van koperleidingen en verzinkte
stalen leidingen, altijd letten op de volgorde in
stromingsrichting: Koper na verzinkt staal!
Voorkomen van warmteverliezen
Om de warmteverliezen te minimaliseren, moeten
de waterleidingen zo kort mogelijk worden
gehouden en worden uitgevoerd met warmte-iso-
latie en vakkundig worden geïnstalleerd.
Sanitaire montage
De directe aansluiting op een RVS-reservoir mag
nooit zijn verzinkt of van koper zijn. Wordt het
RVS-reservoir aangesloten op een verzinkte koud-
waterleiding (met de betreffende fittingen of aan-
sluitkoppelingen), moet voor het RVS-reservoir
een filter worden geplaatst, ter bescherming tegen
roestdeeltjes, etc. Roodkoper, messing, kunststof
en RVS kunnen worden gebruikt als aansluitmate-
riaal. Moet een RVS-reservoir worden aangesloten
aan een verzinkte of koperen leiding, moet daar-
tussen een roodkoper- of messingfitting worden
gemonteerd.
Het gebruik van een beschermingsanode is
niet nodig, als het chloridegehalte in het drink-
water < 150 mg/l is.
In ieder geval moet een drukreduceer worden
ingebouwd in de koudwaterleiding.
Drukreduceer
In ieder geval moet een drukreduceer worden
ingebouwd in de koudwaterleiding!
Veiligheidsklep
De veiligheidsklep verhindert het ontstaan van
overdruk en dient voor het ontlasten van het over-
tollige water, dat bij de verwarming ontstaat door
het uitzetten van de reservoirinhoud.
nAlleen een typegekeurde membraan-veilig-
heidsklep mag worden ingebouwd, deze moet
zo worden ingesteld, dat een overschrijding
van de voor het warmtepompreservoir toege-
stane, hoogste werkdruk van met meer6 bar
dan 1 bar veilig wordt verhinderd. De aansluit-
diameter van de veiligheidsklep moet minimaal
1/2" zijn. Tussen veiligheidsklep en reservoir
mag geen afsluiter worden ingebouwd.
nDe afvoerleiding achter de afvoertrechter van
de veiligheidsklep moet de dubbele doorsnede
van de veiligheidsklepaansluiting hebben, mag
niet naar de buitenlucht worden geleid en mag
niet worden afgesloten. Het aftappen mag uit-
sluitend via de koudwateraansluiting, resp.
aftapkraan gebeuren.
Tijdens het opwarmen, moet door uitzetting van
het water zichtbaar water druppelen uit de afvoer
van de veiligheidsklep (opwarmtijd 4 - 7 uur!).
nHet warmwaterdistributiesysteem moet zonder
circulatie worden opgebouwd.
nDe warmwaterleidingen moeten volgens de
lokale (gemeentelijke) voorschriften worden
voorzien van warmte-isolatie.
15

Laden met tweede warmtebron (zonne-energie,
vaste brandstofketel)
nAanvoer- en retourleidingen moeten worden
voorzien van warmte-isolatie en moeten zo
worden aangesloten, dat bij uitgeschakelde
laadpomp een bij elektrische verwarming geen
retour- of enkelleiding-zwaartekrachtcirculatie
kan ontstaan.
nDe uitzetting van het verwarmingswater moet
altijd (ook bij elektrische verwarming) zijn
gewaarborgd.
nDe ontluchter op het hoogste punt van de ver-
warmingswaterleiding monteren.
De warmwaterwarmtepomp is seriematig uitgerust
met een 1,3 m2 verwarmingsregister. Daardoor is
een koppeling met een bestaand verwarmingssys-
teem mogelijk. Zo bestaat de optie, de verwarming
van het warmwater ook te laten plaatsvinden met
de bestaande verwarmingsketel. Hiervoor worden
aanvoer en retour van het verwarmingsregister
verbonden met de verwarmingsinstallatie.
AANWIJZING!
Bij verbinding van een warmwaterwarmte-
pomp met een verwarmingsketel:
Bij gebruik van de laadpomp kan door de
sterke ketelcirculatie warmtetransport van de
warmwaterwarmtepomp naar de ketel ont-
staan. Om dit te verhinderen, moet na de laad-
pomp van de warmtebron een terugslagklep
worden voorzien!
Condenswaterafvoer
Door de afkoeling van de lucht in de verdamper
ontstaat condenswater. De condensafvoer van de
warmwaterwarmtepomp moet via kunststoflei-
dingen van de warmtepomp worden afgevoerd,
hierbij moet een probleemloze afvoer van het con-
dens worden gewaarborgd. Afhankelijk van de
luchtvochtigheid kan ca. 0,25 l/h condens ont-
staan. De condensafvoer mag niet vast worden
verbonden met een riolering en moet vrij uitlopend
worden ontworpen en uitgevoerd.
REMKO RBW
16

6 Hydraulische aansluiting
Hydraulisch aansluitschema
Alle componenten en veiligheidsinrichtingen moeten door de klant worden geleverd en geïnstalleerd.
A
B
C
D
E
F
1231
4
5
6
7
8
9
8
1011
Afb. 7: Hydraulisch aansluitschema
A: Koudwaterinlaat
B: Aanvoer 2e warmtebron
C: Retour 2e warmtebron
D: Condensafvoer
E: Warmwateruitlaat
F: Warmwater
1: Afsluitklep
2: Nalading van reservoir
(door olie, gas of zonne-energie)
3: Terugslagklep
4: Dompelhuls (voor olie, gas of zonne-energie)
5: Reservoiraftap
6: Elektrische verwarmingsstaaf
7: Circulatiepomp
8: Terugslagklep
9: Veiligheidsklep 6 bar
10: Veiligheidstemperatuurbegrenzer (VTB)
11: Magnesiumanode
17

RBW Hydraulisch schema 1
Functies: Verwarmen en warm water
Dit hydraulisch schema dient uitsluitend als planningshulp,
de bouwzijdige hydrauliek moet door de installateur worden gepland en uitgevoerd!
40°
A
1 2 43
B
5
Afb. 8: Voorbeeld 1 - Hydraulisch schema RBW
A: Warmte pump RBW
B: Olie-/gasketel
1: Koud water
2: Warm water
3: 1. gemengd verwarmingscircuit
4: 2. gemengd verwarmingscircuit
5: Sensor ketel (warmwater voeler)
REMKO RBW
18

RBW Hydraulisch schema 2
Functies: Verwarmen en warm water
Dit hydraulisch schema dient uitsluitend als planningshulp,
de bouwzijdige hydrauliek moet door de installateur worden gepland en uitgevoerd!
S 08
40°
A
C
1 2 43 5
B
6
7
Afb. 9: Voorbeeld 2 - Hydraulisch schema RBW
A: Warmte pump RBW
B: Reservoir
C: Olie-/gasketel
1: Koud water
2: Warm water
3: Solar
4: 1. gemengd verwarmingscircuit
5: 2. gemengd verwarmingscircuit
6: Zonne-energiepomp
7: Omschakelventiel solar
19

7 Elektrische aansluiting
7.1 Algemene instructies
GEVAAR!
De elektrische installatie moet door een gespe-
cialiseerd bedrijf worden uitgevoerd!
GEVAAR!
Let op!
Om elektrische schokken en schade aan het
apparaat te voorkomen, zorgen dat voor het
aansluiten van de elektrische aansluitingen
(netstekker met 2 m kabel naar stopcontact in
het gebouw) de elektrische installatiewerk-
zaamheden vakkundig zijn uitgevoerd.
AANWIJZING!
De elektrische aansluiting van de apparaten
moet worden uitgevoerd volgens de plaatse-
lijke voorschriften op een bijzonder voedings-
punt met aardlekschakelaar en moet daarom
door een elektricien worden.
De bedrading in het gebouw moet voldoen aan de
lokale voorschriften. De netvoedingsspanning van
het apparaat moet exact overeenkomen met de
spanning en frequentie in de technische gegevens.
Neem contact op met het lokale energiebedrijf als
een incorrecte netspanning moet worden gecorri-
geerd. Het gebruik van het apparaat met een
incorrecte netspanning wordt gezien als onbedoeld
gebruik, dat niet wordt gedekt door de garantie.
7.2 Aansluitingen vermogensprint-
plaat
3
4
3
4
CN19
CN1
CN2
12V
NET
GND
DI01
GND
DI02
GND
DI03
GND
DI04
GND
DI05
GND
DI06
GND
CN6
OUT3
OUT4
OUT5
AC-N
OUT1 OUT2
GND
AI06
GND
GND
GND
GND
GND
AI05
AI04
AI03
AI02
AI01
HW200
Afb. 10: Aansluitingen vermogensprintplaat
AC-N: Nulleider
AI01: Luchtaanzuigtemperatuur
AI02: Temperatuur reservoir onder
AI03: Temperatuur reservoir boven
AI04: Temperatuur verdamper (koudemiddel)
AI05: Temperatuur zuigleiding (koudemiddel)
AI06: Collectorsensor
CN1: Transformator 1 - 230V
CN2: 12V
CN6: /006
CN19: Niet toegewezen
DI01: Brug
DI02: Brug
DI03: Brug
DI04: Hogedruk
DI05: Niet toegewezen
DI06: PV-contact (potentiaalvrij)
12 V/NET/
GND:
Voedingsspanning bedieningspaneel
OUT2(3): Elektrische verwarmingsstaaf 230 V
OUT2(4): Voedingsspanning
elektrische verwarmingsstaaf 230 V
OUT1(3): Compressor
OUT1(4): Voedingsspanning compressor 230 V
OUT3: 4-wegklep
OUT4: Hoog toerental ventilator
OUT5: /005
REMKO RBW
20

7.3 Elektrische schema's
AI01
HT
HP
BTT
TTT
CT
5K
5K
5K
L
RED BLU
BTT
BTT
TTT
TTT
CT
CT
BLK
COMP
RED
WHT
CR CC
CS
C1
230V~/50Hz
13
2 4
5
6
7
8
02
N
1 3
2 4
5
6
7
8
01
N
1
2
3
4
MTS RESET
OUT1 OUT2
OUT3
OUT4
OUT5
AC-N
GND
AI05
GND
AI04
GND
AI03
GND
AI02
GND
HW200
2 2
GND
AI06
E2V
FM
BLU BLK
C2(2uF)
WHT
RED
12V
TC
BRN BLU Y/G
Y/G
5K
SUT
SUT
SUT
3
Controller
5
EEV
5K
AT
AT
AT
6.8K
ORG
L N
1 2
PV input
1
Afb. 11: Elektrisch schema gebruikswaterwarmtepomp
1: PV-contact (potentiaalvrij)
AI01
HT
HP
BTT
TTT
CT
5K
5K
5K
L
BTT
BTT
TTT
TTT
CT
CT
BLK
COMP
RED
WHT
CR CC
CS
C1
230V~/50Hz
13
2 4
5
6
7
8
02
N
1 3
2 4
5
6
7
8
01
N
1
2
3
4
MTS RESET
OUT1 OUT2
OUT3
OUT4
OUT5
AC-N
GND
AI05
GND
AI04
GND
AI03
GND
AI02
GND
HW200
2 2
GND
AI06
K2
1 2 3 4 5 6
N
t
230V 230V
STT
STT
K2
E2V
FM
BLU BLK
C2(2uF)
WHT
RED
12V
TC
50K
5K
SUT
SUT
SUT
3
Controller
5
EEV
5K
AT
AT
AT
RED BLU
BRN BLU Y/G
Y/G
L N
1 2
PV input
1
2 43
2
Afb. 12: Elektrisch schema gebruikswaterwarmtepomp met zonne-energiekoppeling
1: PV-contact (potentiaalvrij)
2: Pomp zonne-energie
3: Omschakelventiel
4: Collectorvoeler
21

8 Inbedrijfstelling
Voor het inschakelen van de gebruikswater-
warmtepomp zorgen dat
1. het reservoir is gevuld met water.
2. de elektrische aansluiting 230 V / 50 Hz is.
3. alle aansluitingen correct zijn uitgevoerd.
VOORZICHTIG!
Zorg dat altijd een veiligheidsklep (6 bar) vol-
gens de voorschriften is aangesloten op de
koudwaterinlaat!
9 Besturingslogica
Compressor
1) Minimale uitschakeltijd t = 2 minuten
Na aanvraag van de regelaar is de stilstandtijd nog
2 min.
1
2
A
B
1
2
t
t
t
Afb. 13: Besturingslogica uitschakeltijd
A: Signaal
B: Compressor
1: Aan
2: Uit
2) Minimale inschakeltijd t = 2 minuten
1
2
A
B
1
2
t
t
t
Afb. 14: Besturingslogica inschakeltijd
A: Signaal
B: Compressor
1: Aan
2: Uit
3) Normaal verwarmen
1
2
B
P0-P1
P0 T1
Afb. 15: Besturingslogica normaal verwarmen
B: Compressor
1: Aan
2: Uit
REMKO RBW
22

Ontdooien
1) Dooistart
a) Looptijd compressor min. parameter d03.
b) Min. temperatuur bij verdamper onder d01.
2) Dooi-einde
a) Verdampertemperatuur > d02 of max. dooitijd
d04 overschreden.
3) Verdamper-ventilator uit, 4-wegklep uit.
A
B
C
D
Afb. 16: Besturingslogica dooien
A: Dooisignaal
B: Omschakelventiel
C: Compressor
D: Ventilatormotor
23

10 Bediening
Functies van de bedieningseenheid
A CB D FE
Afb. 17: Toetsen van de bedieningseenheid
Toetsfuncties
A
- Toets "AAN/UIT"
Met deze toets wordt de gebruikswaterwarmtepomp in- of uitgeschakeld
(Toets ca. 2 seconden ingedrukt houden).
B
- Toets "Modus"
Met deze toets worden de modi en de parameters
geselecteerd. Wilt u de parameters terugzetten
naar de fabrieksinstelling, druk dan langer dan 10
seconden op deze knop.
C
- Toets "Klok"
Met deze toets wordt de tijd en datum ingesteld.
D
- Toets "Elektrisch verwarmingselement"
Met deze toets wordt de elektrische verwarmings-
staaf gekozen. De ventilatiefunctie wordt geacti-
veerd door deze toets 2 seconden ingedrukt te
houden.
E
- Pijltoets "Omhoog"
Met deze toets worden de instelwaarden ver-
hoogd.
F
- Pijltoets "Omlaag"
Met deze toets worden de instelwaarden verlaagd.
REMKO RBW
24

1 2 3 4 5 6
7
89
10
121314
15
16
18
17
19
2021
11
Afb. 18: Symbolen op bedieningseenheid
Symboolfuncties
1
- Verwarmingsmodus compressor en verwar-
mingsstaaf
2
- Economic verwarmingsmodus, alleen com-
pressor
1
+
2
- Automatische modus
3
- Vakantiemodus
4
- Ongeldig
5
- Circulatiebedrijf
6
- Elektrisch verwarmingselement
7
- Parameterkeuze
8
- Actueel gemeten temperatuur
9
- Timer "Aan"
10
- Timer "Uit"
11
- Minuut
12
- Seconde
13
- ° Celsius
14
- ° Fahrenheit
15
- Toetsenbord geblokkeerd
16
- Het apparaat is stand-by als de temperatuur is
bereikt
17
- Parametercode voor het instellen van de inter-
face
18
- Watertemperatuur reservoir boven
19
- Watertemperatuur reservoir onder
20
- Tijd en datum
21
- 1) Actuele temperatuur
2) Parameterwaarden bij instellen interface
25

Bediening
Voorbereidingen voor de inbedrijfstelling
1. Na het inschakelen laadt de regelaar ca. 15
seconden de parameters.
2. Zorg dat het reservoir is gevuld met water.
3. De "Aan/uit"-schakelaar minimaal 0,5
seconden ingedrukt houden om het apparaat
in te schakelen. Daarna verschijnt op het dis-
play de gemeten buitentemperatuur.
Bedrijf van het apparaat
5 sec.
Afb. 19: Toets "Aan/uit"
Modus instellen
Er zijn 4 bedrijfsmodi beschikbaar: Hybride-modus,
economic-modus, automatische modus en vakan-
tiemodus.
1: Hybride-modus
Het water wordt in combinatie met de warmtepomp
en elektrische verwarmingsstaaf verwarmd.
Afb. 20: Hybride-modus
2: Economic verwarmings-modus
Het water wordt uitsluitend in de warmtepomp-
modus verwarmd. De elektrische verwarmingsstaaf
kan handmatig worden ingeschakeld.
Afb. 21: Economic verwarmings-modus
3: Automatische modus
De regeling schakelt afhankelijk van de omge-
vingslucht (aanzuiglucht) de warmtepomp en evt.
de verwarmingsstaaf in.
Afb. 22: Automatische modus
REMKO RBW
26

4: Vakantie-modus
Deze modus kan worden geselecteerd als u een
bepaalde periode op vakantie bent. Binnen deze
periode is de warmtepomp uit. Er kan een datum
voor afwezigheid en een datum voor terugkomst
worden geprogrammeerd.
Afb. 23: Vakantie-modus
Voordat u de installatie verlaat, de warmte-
pomp in de vakantiemodus schakelen. Om bij
terugkomst warm water ter beschikking te
hebben, het inschakelpunt voor het weer
inschakelen op 1 dag van te voren program-
meren.
Bedrijf
Afb. 24: Bedrijf
27

Instellen van instelwaarden
In het hoofdmenu (basisoverzicht) de pijltoetsen
"Onhoog" (E) of "Omlaag" (F) aanraken.
Nadat de insteltemperatuur is bereikt, op de toets
"Modus"(B) drukken om de insteltemperatuur op te
slaan of druk op de toets "Aan/uit" (A) om het
instellen van de instelwaarde af te breken.
of
of
of
Afb. 25: Instellen van instelwaarden
OPMERKINGEN
1. Wordt na het wijzigen van de waarden de
"Aan/uit"-toets ingedrukt, worden de
waarden niet opgeslagen.
2. Wordt na het wijzigen van de waarden 5
seconden geen toets ingedrukt, springt de
regelaar naar het hoofdscherm en worden
de instellingen opgeslagen.
Toetsblokkering
Om de toetsen te blokkeren, de "Aan/uit"-toets ca.
5 seconden ingedrukt houden. Op het display ver-
schijnt het "Slot"-symbool. In deze toestand
kunnen instellingen worden uitgevoerd. Om de
toetsen te ontgrendelen, de "Aan/uit"-toets ca. 5
seconden ingedrukt houden
5 sec.
Afb. 26: Toetsblokkering
OPMERKING
Bij een storing van het apparaat wordt de toets-
blokkering automatisch opgeheven
REMKO RBW
28

Elektrisch verwarmingselement
(verwarmingsstaaf)
Onafhankelijk van welke bedrijfsmodus is inge-
steld, kan de verwarmingsstaaf worden geacti-
veerd. Druk hiervoor op de "Elektrisch verwar-
mingselement"-toets (D). Op het display verschijnt
het symbool dat de verwarmingsstaaf is geacti-
veerd. Bij het bereiken van de insteltemperatuur
schakelt de verwarmingsstaaf automatisch uit.
Afb. 27: Elektr. verwarmingselement - WP is aan
Afb. 28: Elektrisch verwarmingselement - WP is uit
Circulatiebedrijf
In circulatiebedrijf zijn bij het apparaat RBW 300
PV 2 ventilatorsnelheden en bij het apparaat RBW
300 PV-S slechts één (de middelste) ventilator-
snelheid beschikbaar. Het circulatiebedrijf kan
worden gebruikt om de aangesloten ruimte te ven-
tileren, zonder dat de WP (compressor) in bedrijf
is. Druk hiervoor ca. 2 seconden op de "El. verwar-
mingselement"-toets (D). Op het display verschijnt
het ventilatorsymbool. Er kunnen 2 ventilatorsnel-
heden (alleen bij apparaat RBW 300 PV) worden
geselecteerd. Voor het instellen de "El. verwar-
mingselement"-toets (D) 2 sec. ingedrukt houden.
2 sec.
2 sec.
2 sec.
Afb. 29: Circulatiebedrijf
29

Instellen van de tijd
Voor het instellen van de tijd drukken op het klok-symbool. Knippert de tijd, kan de tijd met de pijltoetsen
worden ingesteld. Voor het opslaan drukken op de "Modus"-toets (B). Daarna de datum instellen.
of
A
C
B
D
of
of
of
Afb. 30: Instellen van de tijd
A: Het instellen van de jaarwaarde gebeurt net als
in de bovenstaande stappen.
B: Wordt tijdens het programmeren op de "Aan/uit"-
toets (A) gedrukt, worden de waarden niet opge-
slagen en wordt het hoofdmenu weer weerge-
geven.
C: Worden 5 seconden geen instellingen uitge-
voerd, worden de waarden opgeslagen en wordt
het hoofdmenu weergegeven.
D: Voor het controleren van de datum op de
"KLOK"-toets (C) drukken.
REMKO RBW
30

Tijdprogramma
Ga voor het instellen, resp. wijzigen van het dag-
programma als volgt te werk:
Mogelijkheid 1
2 sec.
2 sec.
2 sec.
2 sec.
Afb. 31: Tijdprogramma - instelmogelijkheid 1
Mogelijkheid 2
2 sec.
Afb. 32: Tijdprogramma - instelmogelijkheid 2
31

Instellen van een vakantieprogramma
Druk op de "Modus"-toets (B) tot het symbool "Vakantiemodus" (3) verschijnt.
Voorbeeld: Start van het programma op 27 september.
2 sec.
of
A
B
5 sec.
C
Afb. 35: Vakantiemodus
A: Druk op de "Klok"-toets (C) om de invoer op te
slaan.
B: Wacht 5 seconden, uw instellingen worden door-
gevoerd.
C: Druk op de "Aan/uit"-toets (1) om direct terug te
gaan naar het hoofddisplay
OPMERKINGEN
1. Schakel het apparaat uit voordat u op vakante gaat en stel de dag in waarop de warmtepomp
weer moet starten. Het inschakelen is niet nodig. Het apparaat schakelt automatisch in op de
ingestelde datum.
2. Schakelt het apparaat in, worden de symbolen nog steeds op het hoofddisplay, bijv. "OFF"
weergegeven. De weergave wordt om 0:00 uur gewist op het display.
3. De warmtepomp wordt om 0:00 gestart.
33

Parameters configureren
Hoofdmenu
Hoofddisplay: Om op het parameterniveau te komen, als volgt te werk gaan:
10 sec.
of
A
B
of
of
of
Afb. 36: Configureren van de parameters - expertniveau
A: De stappen voor het wijzigen van andere para-
meters zijn hetzelfde als bij parameter "do2".
B: Druk op de "Modus"-toets (B) om de invoer op te
slaan en druk op de "Aan/uit"-toets om terug te
komen in het hoofdmenu.
OPMERKINGEN
1. Wordt na het wijzigen van de waarden de "Aan/uit"-toets ingedrukt terwijl de parameter knip-
pert, worden de waarden niet opgeslagen en wordt naar de bovenste parameter gesprongen.
2. Na het opslaan van instellingen met de "Modus"-toets, kan met de "Aan/uit"-toets worden
teruggegaan naar het hoofdmenu.
3. Na 20 seconden worden de ingestelde waarden opgeslagen en wordt op het display het hoofd-
overzicht gegeven.
REMKO RBW
34
Produkt Specifikationer
Mærke: | Remko |
Kategori: | Vandpumpe |
Model: | RBW 300PV |
Har du brug for hjælp?
Hvis du har brug for hjælp til Remko RBW 300PV stil et spørgsmål nedenfor, og andre brugere vil svare dig
Vandpumpe Remko Manualer

22 August 2024

22 August 2024

22 August 2024

22 August 2024

22 August 2024

22 August 2024
Vandpumpe Manualer
- Vandpumpe Scheppach
- Vandpumpe Bosch
- Vandpumpe Maxxmee
- Vandpumpe Daikin
- Vandpumpe Metabo
- Vandpumpe Silverline
- Vandpumpe LG
- Vandpumpe Mitsubishi
- Vandpumpe Gardena
- Vandpumpe AL-KO
- Vandpumpe Zipper
- Vandpumpe Makita
- Vandpumpe De Dietrich
- Vandpumpe Güde
- Vandpumpe Buderus
- Vandpumpe Biltema
- Vandpumpe Vonroc
- Vandpumpe Hyundai
- Vandpumpe Milwaukee
- Vandpumpe Parkside
- Vandpumpe Florabest
- Vandpumpe Trotec
- Vandpumpe Einhell
- Vandpumpe Hitachi
- Vandpumpe Bavaria
- Vandpumpe Intex
- Vandpumpe Tanaka
- Vandpumpe Topcraft
- Vandpumpe FIAP
- Vandpumpe Neptun
- Vandpumpe Oase
- Vandpumpe Pontec
- Vandpumpe Vaillant
- Vandpumpe Hayward
- Vandpumpe Tetra
- Vandpumpe Hozelock
- Vandpumpe Kärcher
- Vandpumpe Danfoss
- Vandpumpe Dimplex
- Vandpumpe Hecht
- Vandpumpe Westfalia
- Vandpumpe Pattfield
- Vandpumpe Nibe
- Vandpumpe Fujitsu
- Vandpumpe Fieldmann
- Vandpumpe Fluval
- Vandpumpe Swim & Fun
- Vandpumpe JUNG
- Vandpumpe Bestway
- Vandpumpe Eden
- Vandpumpe Gre
- Vandpumpe Cotech
- Vandpumpe Norsup
- Vandpumpe Rinnai
- Vandpumpe Truper
- Vandpumpe Jabsco
- Vandpumpe Flotide
- Vandpumpe Meec Tools
- Vandpumpe Pedrollo
- Vandpumpe Ferrex
- Vandpumpe SereneLife
- Vandpumpe Hydro-Pro
- Vandpumpe Toolcraft
- Vandpumpe Proviel
- Vandpumpe Waterco
- Vandpumpe Whale
- Vandpumpe Yato
- Vandpumpe T.I.P.
- Vandpumpe Cocraft
- Vandpumpe Yellow Garden Line
- Vandpumpe Wolfcraft
- Vandpumpe Vetus
- Vandpumpe Bulex
- Vandpumpe Maxicool
- Vandpumpe For_Q
- Vandpumpe Kranzle
- Vandpumpe Kibani
- Vandpumpe Gardenline
- Vandpumpe WilTec
- Vandpumpe DAB
- Vandpumpe Plantiflor
- Vandpumpe Sthor
- Vandpumpe Germania
- Vandpumpe Anova
- Vandpumpe Little Giant
- Vandpumpe VT
- Vandpumpe Esotec
- Vandpumpe Duromax
- Vandpumpe Elpumps
- Vandpumpe Liberty Pumps
- Vandpumpe Duro Pro
- Vandpumpe Wilo
- Vandpumpe Madimack
- Vandpumpe Eurogarden
- Vandpumpe Ashland
- Vandpumpe Nowax
- Vandpumpe Zoeller
- Vandpumpe Pentair
- Vandpumpe Garden Feelings
- Vandpumpe MSW
- Vandpumpe OKAY
- Vandpumpe Sunnydaze Decor
- Vandpumpe GARANTIA
- Vandpumpe Ribimex
- Vandpumpe Reefe
- Vandpumpe Ebara
- Vandpumpe Ergotools Pattfield
- Vandpumpe Alphacool
- Vandpumpe AquaForte
- Vandpumpe Wingart
- Vandpumpe Prowork
- Vandpumpe CMI
- Vandpumpe Heissner
- Vandpumpe Maxbear
- Vandpumpe Tallas
Nyeste Vandpumpe Manualer

9 April 2025

20 Januar 2025

12 Januar 2025

11 Januar 2025

6 Januar 2025

3 Januar 2025

2 Januar 2025

2 Januar 2025

2 Januar 2025

2 Januar 2025