Panasonic Lumix DMC-G3 Manual
Panasonic
Digital kamera
Lumix DMC-G3
Læs nedenfor 📖 manual på dansk for Panasonic Lumix DMC-G3 (208 sider) i kategorien Digital kamera. Denne guide var nyttig for 11 personer og blev bedømt med 4.5 stjerner i gennemsnit af 2 brugere
Side 1/208

VQT3N64
Gelieve deze gebruiksaanwijzing volledig door te lezen
alvorens dit apparaat in gebruik te nemen.
Gebruiksaanwijzing
voor geavanceerde kenmerken
Digitale Camera
Model Nr. DMC-G3
until
2011/5/11

- 2 -
Inhoud
Voor Gebruik
Zorgdragen voor de fotocamera................5
Standaardaccessoires...............................6
Namen en functies van de
componenten ............................................7
Over de Lens...........................................14
Voorbereiding
Losmaken/Vastmaken van de lens .........15
Het bevestigen van de Schouderriem.....18
Opladen van de Batterij...........................19
• Opladen ............................................19
• Uitvoertijd en aantal te maken
beelden bij benadering .....................21
Invoering en verwijdering van de kaart
(optionele)/batterij ...................................24
Over de -kaart .........................................25
• Kaarten die met dit toestel gebruikt
kunnen worden .................................25
• Approximatief aantal opneembare
beelden en beschikbare
opnametijd ........................................27
De datum en de tijd instellen
(Klokinstelling).........................................28
Basiskennis
Selecteren van de opnamemodus ..........30
Tips om mooie opnamen te maken.........32
Een foto maken.......................................33
• Scherpstellen tijdens het
fotograferen (AFS/AFC)....................33
• Een foto maken.................................35
• Foto’s maken met gebruik van de
Touch Shutter functie........................36
• Omschakelen van de informatie die
op het opnamescherm
weergegeven wordt ..........................37
Beelden maken m.b.v. de automatische
functie (Intelligente Automatische
Functie) ...................................................38
• Opnemen m.b.v. Intelligente
Automatische Plusfunctie .................41
Foto’s maken met de Defocus
Control Functie........................................42
Het maken van beelden met uw
favoriete instellingen
(AE-programmafunctie) ...........................43
Opname Bewegend Beeld ......................45
• Scherpstellen tijdens het opnemen
van een video (Continu AF) ..............45
• Opname Bewegend Beeld ................46
Afspelen van foto’s/films..........................48
• Opnamen terugspelen.......................48
• De op het terugspeelscherm
Afgebeelde Informatie
veranderen........................................51
• Bewegende beelden terugspelen......52
Beelden wissen .......................................54
Menu instellen .........................................56
• Menuonderdelen instellen .................56
Het Snelmenu instellen ...........................59
Over het set-up Menu..............................61
Opnemen
Optische beeldstabilisator .......................69
Beelden maken met de zoom..................71
Beelden maken met de ingebouwde
flits...........................................................72
• Naar de geschikte flitsinstelling
schakelen..........................................72
Belichtingscompensatie...........................76
Opnamen maken met de burstfunctie .....77
Opnamen maken met gebruik van Auto
Bracket ....................................................79
Opnamen maken met de
zelfontspanner.........................................81
Foto’s maken met Auto Focus.................83
Opnamen maken met handmatig
scherpstellen ...........................................89
De witbalans instellen..............................92
De lichtgevoeligheid instellen..................97
Gebruik van de functieknop.....................99
• Zet de instelling van focus en
belichting vast
(AF/AE-vergrendeling) ....................100
• Controleer de effecten van
diafragma en sluitertijd
(Preview-functie) .............................101
Opnamen maken door het diafragma/
de sluitertijd te specificeren...................102

- 3 -
• AE-openingsvoorrang .....................102
• AE-sluitervoorrang ..........................102
• Handmatige belichtingsfunctie ........103
Beelden maken die met de scène die
opgenomen wordt overeenkomen
(Scènefunctie) .......................................105
• [PORTRET].....................................105
• [GAVE HUID] ..................................106
• [LANDSCHAP] ................................106
• [ARCHITECTUUR]..........................106
• [SPORT]..........................................106
• [SCHERPTEDIEP] ..........................107
• [BLOEM] .........................................107
• [VOEDSEL] .....................................108
• [OBJECTEN]...................................108
• [NACHTPORTRET] ........................108
• [NACHTL. SCHAP] .........................109
• [VERLICHTING]..............................109
• [BABY1]/[BABY2]............................110
• [HUISDIER] .....................................111
• [PARTY] ..........................................111
• [ZONSONDERG.] ...........................111
Foto’s maken met verschillende
beeldeffecten
(Creative Control Modus)......................112
Opnamen maken in de
Standaardfunctie ...................................113
Foto’s maken terwijl u een video
opneemt ................................................115
Een beeld maken met
Gezichtsdetectie functie........................116
Tekst Invoeren ......................................122
Het functiemenu [OPNAME]
gebruiken ..............................................123
• [FOTOSTIJL]...................................123
• [ASPECTRATIO].............................124
• [FOTO RES.]...................................125
• [KWALITEIT]...................................126
• [GEZICHT HERK.] ..........................126
• [FOCUSFUNCTIE]..........................126
• [QUICK AF] .....................................127
• [MEETFUNCTIE] ............................127
• [FLITS] ............................................128
• [RODE-OGEN CORR] ....................128
• [FLITS-SYNCHRO] .........................128
• [FLITS INSTEL.]..............................129
• [I.RESOLUTIE]................................129
• [INT.DYNAMIEK] (Intelligent
dynamic range control) ...................129
• [ISO-LIMIET] ...................................130
• [ISO VERHOGING] .........................130
• [LANG SL.N.RED]...........................130
• [SCHADUWCOMP.]........................131
• [EX. TELE CONV.] ..........................131
• [DIG. ZOOM]...................................131
• [BURSTSNELH.] .............................131
• [AUTO BRACKET] ..........................131
• [ZELF ONTSP.] ...............................132
• [KLEURRUIMTE] ............................132
• [STABILISATIE] ..............................132
Het functiemenu
[BEWEGEND BEELD] gebruiken..........133
• [OPNAMEFUNCTIE] .......................133
• [OPN. KWALITEIT] .........................134
• [FOTO/FILM] ...................................135
• [CONTINU AF] ................................135
• [EX. TELE CONV.] ..........................135
• [WINDREDUCTIE] ..........................135
• [MICR. WEERG.] ............................135
• [MICR. INSTELLEN] .......................135
• [ANTIFLIKKERING].........................136
Gebruik van het [VOORKEUZE]
Menu .....................................................137
Afspelen/Bewerken
Afspelen en bewerken van
burst-beelden ........................................144
Creëren van foto’s uit een video............147
Het functiemenu [AFSPELEN]
gebruiken...............................................148
• [2D/3D-INST.]..................................148
• [DIASHOW] .....................................148
• [AFSPEELFUNCTIE] ......................150
• [TITEL BEW.] ..................................151
• [TEKST AFDR.]...............................152
• [SPLITS VIDEO]..............................154
• [NW. RS.] ........................................155
• [BIJSNIJD.]......................................156
• [ASPECT CONV.] ...........................157
• [ROTEREN]/[LCD ROTEREN]........158
• [FAVORIETEN] ...............................159
• [PRINT INST.] .................................160
• [BEVEILIGEN].................................162
• [GEZ.HERK. BEW.].........................163

- 4 -
Aansluiten op andere apparatuur
Van 3D-beelden genieten .....................164
Beelden terugspelen op een
TV-scherm.............................................168
Opslaan van de opgenomen
stilstaande beelden en bewegende
beelden .................................................172
• Kopiëren door de SD-kaart in de
recorder te plaatsen........................172
• Kopieer het afspeelbeeld
m.b.v. een AV-kabel .......................173
• Kopiëren naar een PC met
gebruik van
“PHOTOfunSTUDIO” ......................174
Aansluiting op de PC.............................175
Beelden afdrukken ................................178
Overige
Optionele accessoires...........................182
LCD-Monitor weergave/Zoeker
weergave...............................................185
Voorzorgsmaatregelen bij het
gebruik ..................................................188
Waarschuwingen op het scherm...........195
Problemen oplossen .............................197

Voor Gebruik
- 6 -
Standaardaccessoires
Controleer of alle accessoires bijgeleverd zijn alvorens het toestel in gebruik te nemen.
•De accessoires en de vorm ervan kunnen verschillen, afhankelijk van het land of het gebied
waar u de camera hebt gekocht.
Voor details over de accessoires, de Basisgebruiksaanwijzing raadplegen.
•Batterijpak wordt aangegeven als batterijpak of batterij in de tekst.
•Batterijoplader wordt aangegeven als batterijoplader of oplader in de tekst.
•De SD-geheugenkaart, de SDHC-geheugenkaart en de SDXC-geheugenkaart worden
aangegeven als kaart in de tekst.
•De kaart is optioneel.
•De beschrijving in deze handleiding is gebaseerd op de verwisselbare lens (H-FS014042).
•Raadpleeg uw dealer of het dichtstbijzijnde servicecentrum als u meegeleverde accessoires
verliest. (U kunt de accessoires apart aanschaffen.)

- 7 -
Voor Gebruik
Namen en functies van de componenten
∫Camera
1 Sensor
2 Flits (P72)
3 Zelfontspannerlampje (P81)/
AF-lamp (P140)
4 Pasmarkering voor de lens (P15)
5 Bevestiging
6 Lensvergrendeling
7 Lensvrijgaveknop (P16)
8 [LVF/LCD]-knop (P11)
9 Diopterinstelring (P11)
10 Zoeker (P11)
11 Afspeelknop (P48, 52)
12 Bewegend beeldknop (P46)
13 Toestel AAN/UIT (P28)
14 Functieknop achterop (P13)
15 [DISP./Fn1] knop (P37, 51, 99)
16 Oogdop (P189)
17 Aanraakpaneel/LCD-monitor (P9, 12)
18 [Q.MENU/Fn2] knop (P59, 99)/
Verwijder-/Terugkeerknop
19 [MENU/SET] knop (P13, 56)
20 Cursorknoppen (P13)
3/ISO (P97)
1/WB (Witbalans) (P92)
2/AF-modusknop (P83)
4/[AANDRIJFMODE] knop
Deze knop stelt de gebruiker in staat om in de beeldopnamemodus een van de
volgende opties te selecteren.
Enkel (P35)/Burst (P77)/Auto bracket (P79)/Zelfontspanner (P81)
13
45 6 7
2
10 11
17
89
12 13
20
14 15
16 18 19

Voor Gebruik
- 8 -
21 Lusje voor schouderriem (P18)
•Zorg ervoor de schouderriem te bevestigen
wanneer u het toestel gebruikt om ervoor te
zorgen dat u deze niet zal laten vallen.
22 [REMOTE] Aansluiting (P184)
23 [HDMI] aansluiting (P168)
24 [AV OUT/DIGITAL] aansluiting (P168, 173,
176, 178)
25 Focusafstand referentiemarkering (P91)
26 Stereomicrofoon
27 Ontspanknop (P35)
28 Speaker (P64)
29 Flitser-open-knop (P72)
30 Hot Shoe (P182)
31 Instelknop (P30)
32 Statuslampje (P28)
33 Intelligente automatische knop (P38)
34 Statiefbevestiging (P194)
35 DC-koppelaardeksel
•Wanneer u een AC-adapter gebruikt, er voor
zorgen dat de DC-koppelaar van Panasonic
(optioneel) en de AC-adapter (optioneel)
gebruikt worden. (P184)
36 Vrijgaveknop (P24)
37 Kaart/Batterijklep (P24)
23
22
21
24
29 3332
25 27
313028
26
3534 36 37

- 9 -
Voor Gebruik
∫Lens
38 Tele
39 Lensoppervlak
40 Focusring (P89)
41 Breed
42 Zoomring (P71)
43 Contactpunt
44 Pasmarkering voor de lens (P15)
45 [O.I.S.] schakelaar (P69)
Het LCD-scherm is op het ogenblik van de aankoop van deze camera in de body van de
camera geduwd. Draai het LCD-scherm naar buiten, zie hieronder.
1Open het LCD-scherm. (Maximaal 180o)
2Deze kan 180o vooruit gedraaid worden.
3De monitor terugzetten in zijn originele positie.
•Draai de LCD-monitor pas nadat u deze voldoende geopend heeft, en let erop geen
excessieve kracht te gebruiken aangezien deze beschadigd kan worden.
H-FS014042
(LUMIX G VARIO 14–42 mm/F3.5–5.6
ASPH./MEGA O.I.S.)
H-FS045200
(LUMIX G VARIO 45–200 mm/F4.0–5.6/
MEGA O.I.S.)
LCD-monitor
38 39 40 41 42 43 44
40
41
42
453938 43 44

Voor Gebruik
- 10 -
De LCD-monitor kan naar goeddunken gedraaid worden. Dit is handig want het stelt u in
staat om opnames onder verschillende hoeken te nemen, door eenvoudig de LCD-monitor
af te stellen.
•De AF-lamp niet met uw vingers of andere voorwerpen bedekken.
∫Opnamen maken op een hoge hoek
•Dit is handig wanneer er iemand voor u staat en u kunt niet dichter bij het onderwerp komen.
•Het kan maar 90o naar u toe worden gedraaid.
∫Opnamen maken op een lage hoek
•Dit is handig wanneer u opnamen maakt van bloemen enz. die laag bij de grond staan.
•Het kan 180o naar voren worden gedraaid.
Aantekening
•Wanneer u de LCD-monitor niet gebruikt wordt het aangeraden dat u deze sluit met het scherm
naar binnen geklapt om vuil en krassen te voorkomen.

- 11 -
Voor Gebruik
∫Overschakelen van LCD-monitor naar Zoeker
Druk op [LVF/LCD] om de schermweergave te veranderen.
•U kunt schakelen tussen LCD (LCD-monitor) display en LVF (live-zoeker)
display.
•Schakelen via de [LVF/LCD]-knop zal behouden worden zelfs wanneer de
stroom van de digitale camera op [OFF] staat.
∫Monitorvoorrang
Als [WEERG OP LCD] op [ON] staat in het [VOORKEUZE] menu wordt de LCD-monitor
ingeschakeld wanneer van de opnamefunctie naar de afspeelfunctie geschakeld wordt.
U kunt de tijd besparen die nodig is om over te schakelen naar de LCD-monitor, ook als u
de live-zoeker aan het gebruiken bent.
∫Diopter afstellen
Stel het diopter zo in dat u de karakters die in de zoeker getoond
worden, duidelijk kunt zien.
Zoeker
LV F/LC D

- 13 -
Voor Gebruik
Deze handleiding geeft de op-, neer-, links- en rechtsbeweging van de cursorknop als
volgt weer, of als 3/4/2/1.
Ook al wordt het toestel bediend met het aanraakpaneel, dan is het
toch mogelijk het ook met de cursorknop en met de [MENU/SET]
knop te bedienen, wanneer een gids weergegeven wordt, zoals de
afbeelding rechts toont.
Cursorknop:
Voert de selectie van items of de instelling van waarden, enz.,
uit.
[MENU/SET]:
De instellingsinhouden, enz., worden bevestigd.
Er zijn 2 handelingen die u moet uitvoeren bij het gebruiken van de functieknop achterop,
deze dient links- of rechtsom gedraaid te worden en vervolgens moet deze voor het
beslissen ingedrukt worden.
Draaien:
De selectie van items of de instelling van waarden wordt uitgevoerd tijdens de
diverse instellingen.
Indrukken:
Handelingen die hetzelfde zijn als die van de [MENU/SET]-knop, zoals het
vaststellen van instellingen, enz., worden tijdens de verschillende instellingen
uitgevoerd.
•Functieknop achterop wordt als volgt beschreven in deze handleiding.
Cursorknoppen/[MENU/SET] knop
bijv.: Wanneer u op de 4 (neer) knopdrukt
of Druk op 4
Functieknop achterop
bijv.: Naar links of rechts draaien
bijv.: De functieknop achterop indrukken

Voor Gebruik
- 14 -
Over de Lens
∫Micro Four Thirds™ montagespecificatielens
Dit toestel kan de speciale lenzen gebruiken die
compatibel zijn met de specificatie van de lensmontage
van het Micro Four Thirds Systeem (Micro Four Thirds
montage).
∫Four Thirds™ montagespecificatielens
Een lens met Four Thirds montagekenmerken kan
gebruikt worden met gebruik van de montageadapter
(DMW-MA1; optioneel).
∫Leica montagespecificatielens
•Als u de M-montageadapter of R-montageadapter (DMW-MA2M, DMW-MA3R; optioneel)
gebruikt, kunt u Leica M Mount of Leica R Mount onderling verwisselbare lenzen gebruiken.
–Voor bepaalde lenzen, zou de werkelijke afstand waarop het onderwerp scherp is enigszins
kunnen verschillen van de toegekende afstand.
–Als een montageadapter voor een Leica lens gebruikt wordt, zet [OPN. ZONDER LENS]
(P143) dan op [ON].
Er zijn functies die niet gebruikt kunnen worden, of het kan zijn dat de werking anders is, al
naargelang de lens die gebruikt wordt.
Auto Focus¢/Automatische Instelling Lensopening¢/de Richtingdetectiefunctie (P32)/
[TOUCH DEFOCUS] (P42)/[STABILISATIE] (P69)/[QUICK AF] (P127)/
[SCHADUWCOMP.] (P131)
¢De verwisselbare lenzen (H-FS014042, H-FS045200) zijn compatibel met Auto Focus en
Automatische Lensopening tijdens het opnemen van films. Met de optionele verwisselbare
lens (H-VS014140), die compatibel is met HD-films, is het mogelijk om films vloeiender en
rustiger op te nemen, met hoge prestaties van AF volgen en stilteontwerp.
Raadpleeg de website voor details over de gebruikte lens.
Aantekening
•Het beschikbare flitslampbereik enz. hangt af van de diafragmawaarde van de lens die u
gebruikt.
•De brandpuntlengte die op de gebruikte lens aangeduid wordt, zal dubbel zo lang zijn bij
gebruik op een filmcamera van 35 mm. (Het zal gelijk zijn aan een lens van 100 mm als een
lens van 50 mm gebruikt wordt.)
Raadpleeg de website voor details over de verwisselbare 3D-lens.
Over de lens en de functies
Raadpleeg de catalogi/website voor de meest recente informatie met betrekking tot
compatibele lenzen.
http://panasonic.jp/support/global/cs/dsc/ (Deze site is alleen in het Engels.)

- 15 -
Voorbereiding
Voorbereiding
Losmaken/Vastmaken van de lens
•Controleer dat het toestel uitstaat.
•Verander van lens in een plaats met weinig vuil of stof. Raadpleeg P189, P190 als vuil of stof
op de lens terechtkomen.
Draai de achterlensdop A en de bodylensdop B in de richting van de
pijl los.
•Kom niet met uw vingers aan de binnenkant van de vatting.
Breng de markeringen voor het
aanbrengen van de lens C (rode
markeringen) op de body en op de lens
in één lijn en draai de lens dan in de
richting van de pijl tot deze vastklikt.
•Druk niet op de vrijgaveknop van de lens D als u
een lens aanbrengt.
•Probeer de lens niet schuin op de camera te doen
omdat u hiermee de lensbevestiging kunt
beschadigen.
Verwijder de lensdop.
Een lens aanbrengen op de body van de camera

Voorbereiding
- 16 -
Bevestig de lensdop.
Terwijl u op de ontgrendelknop van de lens D
drukt, draait u de lens naar de pijl, tot de lens
stopt waarna u hem wegneemt.
•Maak altijd de cameradop op de camera zodat er geen
stof of vuil in kan komen.
•Doe de achterste lensdop op de camera zodat het
lenscontactpunt niet beschadigd raakt.
Aantekening
•Er wordt aanbevolen om de lensdop of de (optionele) MC Protector aan te brengen, om het
lensoppervlak te beschermen, wanneer u het toestel met u meeneemt. (P183)
Een lens losmaken van de body van de camera

- 17 -
Voorbereiding
Bij fel zonlicht of fel achtergrondlicht zal de lensbescherming de effecten van lens flare en
ghosting minimaliseren. De lensbescherming houdt overmatig licht tegen en zorgt voor
een betere beeldkwaliteit.
Aanbrengen van de (bloemvorige) lenskap die bij de verwisselbare lens geleverd is
(H-FS014042)
Plaats de lensbescherming op de
lens met de korte zijden boven en
onder, en draai de
lensbescherming zo ver mogelijk
in de richting van de pijl.
APassen op de markering.
Aanbrengen van de lenskap die bij de verwisselbare lens geleverd is (H-FS045200)
Plaats de lensbescherming op de
lens en draai hem in de richting
van de pijl tot hij niet verder kan.
Aantekening
•Als u de lenskap tijdelijk losmaakt en meeneemt, bevestig de lenskap
dan in omgekeerde richting op de lens.
De lensbescherming gebruiken

Voorbereiding
- 18 -
Het bevestigen van de Schouderriem
•We raden aan de schouderriem te bevestigen wanneer u het toestel gebruikt om het
vallen ervan tegen te gaan.
Haal de schouderriem door het lusje van de
schouderriem op het toestel.
A: Lusje voor schouderriem
Haal het uiteinde van de schouderriem door
de ring in de richting van de pijl en haal het
vervolgens door de stopper.
Haal het uiteinde van de schouderriem door
het gat aan de andere kant van de stopper.
Trek aan de andere kant van de
schouderriem en controleer
vervolgens dat deze er niet uit
zal komen.
•Voer stappen 1 tot 4 uit en bevestig
vervolgens de andere kant van de
schouderriem.
Aantekening
•Gebruik de schouderriem om uw schouder.
–Draag hem niet om uw nek.
–Dit kan leiden tot letsel of ongevallen.
•Bewaar de schouderriem niet waar er een kind bij kan.
–De riem kan per ongeluk om hun nek gewikkeld raken.

- 21 -
Voorbereiding
∫Batterijaanduiding
De batterijaanduiding wordt op het beeldscherm weergegeven.
•De weergave wordt rood en gaat knipperen wanneer de batterij bijna leeg is. (Het statuslampje
knippert ook) Laad de batterij opnieuw op of vervang haar door een nieuwe batterij.
∫Maken van stilstaande beelden (wanneer u de LCD-monitor/Viewfinder gebruikt)
(Volgens CIPA-standaards in programma-AE-modus)
Opnamevoorwaarden volgens CIPA-standaard
•CIPA is een afkorting van [Camera & Imaging Products Association].
•Temperatuur: 23 oC/Vochtigheid: 50%RH wanneer de LCD-monitor aan staat.
•Met een Panasonic SD-geheugenkaart (2 GB).
•De geleverde batterij gebruiken.
•Opname 30 seconden nadat het toestel aangezet is starten.
•Om de 30 seconden opnemen, met volle flits om het tweede beeld.
•Het toestel om de 10 opnamen uitzetten. Het toestel niet gebruiken totdat de batterijen
afgekoeld zijn.
Het aantal opnamen verschilt afhankelijk van de pauzetijd van de opname. Als de
pauzetijd tussen de opnamen langer wordt, neemt het aantal mogelijke opnamen af.
[Bijvoorbeeld, als u één beeld per twee minuten moest maken, dan zou het aantal
beelden gereduceerd worden tot ongeveer één vierde van het aantal beelden die
hierboven gegeven wordt (gebaseerd op één beeld per 30 seconden gemaakt).]
Uitvoertijd en aantal te maken beelden bij benadering
Als de verwisselbare lens (H-FS014042) gebruikt wordt
Aantal beelden Ongeveer 270 opnamen
opnametijd Ongeveer 135 min
Als de verwisselbare lens (H-FS045200) gebruikt wordt
Aantal beelden Ongeveer 250 opnamen
opnametijd Ongeveer 125 min

Voorbereiding
- 22 -
∫Maken van bewegende beelden (wanneer u de LCD-monitor gebruikt)
–[AVCHD] (Opnemen terwijl de beeldkwaliteit op [FSH] staat)
–[MOTION JPEG] (Opnemen terwijl de beeldkwaliteit op [HD] staat)
•Deze tijden gelden voor een omgevingstemperatuur van 23 oC en een vochtigheid van 50%RH.
Gelieve erop letten dat deze tijden bij benadering gelden.
•De huidige opnametijd is de tijd die voor de opname beschikbaar is als handelingen, zoals het
inschakelen van de stroomtoevoer [ON]/[OFF], het starten/stoppen van de opname, enz.
herhaald worden.
•Bewegende beelden kunnen continu opgenomen worden gedurende 29 minuten 59 seconden
lang. Verder is bewegend beeld dat continu opgenomen wordt in [MOTION JPEG] tot 2 GB.
Resterende tijd voor continue opname wordt afgebeeld op het scherm.
Als de verwisselbare lens (H-FS014042) gebruikt wordt
Opneembare tijd Ongeveer 110 min
Huidige opnametijd Ongeveer 55 min
Als de verwisselbare lens (H-FS045200) gebruikt wordt
Opneembare tijd Ongeveer 100 min
Huidige opnametijd Ongeveer 50 min
Als de verwisselbare lens (H-FS014042) gebruikt wordt
Opneembare tijd Ongeveer 120 min
Huidige opnametijd Ongeveer 60 min
Als de verwisselbare lens (H-FS045200) gebruikt wordt
Opneembare tijd Ongeveer 110 min
Huidige opnametijd Ongeveer 55 min

- 23 -
Voorbereiding
∫Terugspelen (wanneer u de LCD-monitor gebruikt)
Aantekening
•De uitvoertijden en aantal te maken beelden zullen verschillen afhankelijk van de
omgeving en de gebruiksaanwijzing.
In de volgende gevallen worden de gebruikstijden bijvoorbeeld korter en wordt het aantal te
maken beelden verminderd.
–In omgevingen met lage temperatuur, zoals skihellingen.
–Gebruik [AUTO] van [LCD MODE] of [MODE1] van [LCD MODE].
–Als de flitser herhaaldelijk gebruikt wordt.
•Wanneer de bedrijfstijd van de camera extreem kort wordt zelfs als de batterij goed opgeladen
is, zou de levensduur van de batterij aan zijn eind kunnen zijn. Koop een nieuwe batterij.
Als de verwisselbare lens (H-FS014042) gebruikt wordt
Terugspeeltijd Ongeveer 210 min
Als de verwisselbare lens (H-FS045200) gebruikt wordt
Terugspeeltijd Ongeveer 190 min

Voorbereiding
- 24 -
Invoering en verwijdering van de kaart (optionele)/
batterij
•Controleer of het toestel uit staat.
•We raden een kaart van Panasonic aan.
Zet de vrijgavehendeltje in de richting
van de pijl en open de batterij/kaartklep.
•Altijd echte Panasonic batterijen gebruiken.
•Als u andere batterijen gebruikt, garanderen wij
de kwaliteit van dit product niet.
Batterij: Let op bij de richting van
plaatsing van de batterij en plaats hem
volledig naar binnen, tot u een
blokkeergeluid hoort. Controleer dan of
hendel A de batterij vergrendeld heeft.
Trek hendel A in de richting van de pijl
om de batterij uit te nemen.
Kaart: Duw er net zolang tegen tot u een
“klik” hoort en let op de richting waarin u
de kaart plaatst. Om de kaart uit te
nemen, op de kaart duwen tot deze
“klikt” en de kaart vervolgens rechtop uitnemen.
B: De verbindingsuiteinden van de kaart niet aanraken.
1:Sluit de kaart/batterijklep.
2:Zet de vrijgavehendeltje in de richting
van de pijl.
Aantekening
•Haal de batterij uit het toestel na gebruik.
•Een volle batterij raakt leeg als u deze lang niet gebruikt.
•De batterij wordt warm na het gebruik/laden of tijdens het laden. Ook de fotocamera wordt
warm tijdens het gebruik. Dit is echter geen storing.
•Voordat u de kaart of batterij eruit haalt, het toestel uitzetten en wachten totdat de stroomlamp
helemaal uitgegaan is. (Anders zou dit apparaat niet meer normaal kunnen werken en zou de
kaart zelf beschadigd kunnen worden of zouden de beelden verloren kunnen gaan.)

- 25 -
Voorbereiding
Over de -kaart
De volgende kaarten die overeenstemmen met de SD-videostandaard kunnen gebruikt
worden met dit toestel.
(Deze kaarten worden aangeduid als kaart in de tekst.)
¢SD-snelheidsklasse is de snelheidstandaard m.b.t. continu schrijven. Controleer dit op het
etiket op de kaart, enz.
Toegang tot de kaart
Het toegangslampje licht rood op wanneer er beelden op de kaart
worden opgenomen.
•Schakel dit toestel niet uit, verwijder de batterij of de kaart niet en sluit de netadapter
niet af (optioneel) als het toegangslampje brandt (als beelden opgenomen, gelezen of
gewist worden, of als de kaart geformatteerd wordt). Verder het toestel niet blootstellen
aan vibratie, stoten of statische elektriciteit.
De kaart of de gegevens op de kaart zouden beschadigd kunnen worden en dit apparaat
zou niet langer normaal kunnen werken.
Als de operatie faalt wegens vibratie, stoten of statische elektriciteit, de operatie
opnieuw uitvoeren.
•Gelieve deze informatie op de volgende website bevestigen.
http://panasonic.jp/support/global/cs/dsc/
(Deze site is alleen in het Engels.)
Kaarten die met dit toestel gebruikt kunnen worden
Opmerkingen
SD-geheugenkaart
(8 MB tot 2 GB)
•Gebruik een kaart met SD-Snelheidsklassen¢ met
“Klasse 4” of hoger wanneer u bewegende beelden
opneemt in [AVCHD]. Gebruik bovendien een kaart met
een SD-snelheidsklasse “Klasse 6” of hoger wanneer u
video’s opneemt in [MOTION JPEG].
•De SDHC-geheugenkaart kan gebruikt worden met
uitrustingen die compatibel zijn met SDHC-geheugenkaarten
of SDXC-geheugenkaarten.
•SDXC-geheugenkaarten kunnen alleen gebruikt worden met
uitrustingen die compatibel zijn met
SDXC-geheugenkaarten.
•Controleer dat de PC en andere apparatuur compatibel zijn
wanneer u de SDXC-geheugenkaarten gebruikt.
http://panasonic.net/avc/sdcard/information/SDXC.html
•Alleen de kaarten met de links vermelde capaciteit kunnen
gebruikt worden.
SDHC-geheugenkaart
(4 GB tot 32 GB)
SDXC-geheugenkaart
(48 GB, 64 GB)
b.v.:

Voorbereiding
- 26 -
Aantekening
•Schrijfbescherming-schakelaar A voorzien (Wanneer deze schakelaar op de
[LOCK] positie staat, is er geen verdere gegevens schrijven, wissen of
formattering mogelijk. Het vermogen gegevens te schrijven, te wissen en te
formatteren wordt hersteld wanneer de schakelaar teruggezet wordt naar zijn
originele positie.)
•De gegevens op de kaart kunnen beschadigd raken of verloren gaan als gevolg
van elektromagnetische golven, statische elektriciteit of het kapot gaan van de
camera of de kaart. Wij raden aan belangrijke gegevens op te slaan op een PC enz.
•Formatteer de kaart niet op de PC of andere apparatuur. Formatteer de kaart alleen op het
toestel zelf zodat er niets kan mislopen. (P68)
•Houd de geheugenkaarten buiten het bereik van kinderen om te voorkomen dat ze de kaart
inslikken.
2
A

- 27 -
Voorbereiding
∫Over de weergave van het aantal opneembare beelden en de beschikbare
opnametijd
•Men kan tussen de weergave van het aantal opneembare
beelden en de weergave van de beschikbare opnametijd
schakelen in [REST-AANDUIDING] (P141) in het
[VOORKEUZE] menu.
AAantal opnamen
BBeschikbare opnametijd
∫Aantal opnamen
•[9999i] wordt weergegeven als er meer dan 10000 foto’s gemaakt kunnen worden.
•Beeldverhouding [X], Kwaliteit [A]
•Beeldverhouding [X], Kwaliteit [ ]
∫Beschikbare opnametijd (om bewegende beelden op te nemen)
•“h” is een afkorting voor uur, “m” voor minuut en “s” voor seconde.
•[AVCHD]
•[MOTION JPEG]
•Het aantal mogelijke opnamen en de opnametijd zijn correct bij benadering. (Ze wijzigen
afhankelijk van de opnamecondities en het kaarttype.)
•Het aantal mogelijke opnamen en de beschikbare opnametijd variëren afhankelijk van de
onderwerpen.
•Bewegende beelden kunnen continu opgenomen worden gedurende 29 minuten 59 seconden
lang. Verder is bewegend beeld dat continu opgenomen wordt in [MOTION JPEG] tot 2 GB.
Resterende tijd voor continue opname wordt afgebeeld op het scherm.
Approximatief aantal opneembare beelden en beschikbare opnametijd
[FOTO RES.] 2GB 8GB 32 GB 64 GB
L (16M) 220 900 3640 7260
M (8M) 410 1650 6690 13000
S (4M) 700 2840 11500 22460
[FOTO RES.] 2GB 8GB 32 GB 64 GB
L (16M) 69 270 1120 2250
M (8M) 80 320 1310 2610
S (4M) 87 350 1420 2850
[OPN. KWALITEIT] 2GB 8GB 32 GB 64 GB
FSH 13m00s 1h00m 4h9m 8h25m
SH 13m00s 1h00m 4h9m 8h25m
[OPN. KWALITEIT] 2GB 8GB 32 GB 64 GB
HD 7m20s 32m10s 2h12m 4h29m
VGA 19m20s 1h23m 5h45m 11h39m
QVGA 53m50s 3h52m 15h55m 32h17m

Voorbereiding
- 28 -
De datum en de tijd instellen (Klokinstelling)
•De klok is niet ingesteld wanneer het toestel vervoerd wordt.
Zet het toestel aan.
•De statusindicator gaat branden wanneer u dit apparaat op 1
zet.
•Als het taalselectiescherm niet wordt afgebeeld, overgaan op
stap 4.
Raak [TAAL INSTELLEN] aan.
Selecteer de taal.
Raak [KLOKINST.] aan.
Raak de items aan die u wenst in te stellen
(Jaar/Maand/Dag/Uren/Minuten) en maak de
instelling met gebruik van [3]/[4].
•U kunt de instellingen voortdurend omschakelen door
voortdurend [3]/[4] aan te raken.
•Raak [ANNUL] aan om de instellingen van datum en tijd te
wissen zonder een datum en een tijd in te stellen.
Om de weergavesequentie en het weergaveformaat
van de tijd weer te geven.
•Raak [INDELING] aan om het instellingsscherm voor de
instelling van de weergavevolgorde/het weergaveformaat
van de tijd weer te geven.
De klok kan alleen op het moment van aankoop ingesteld worden via aanraakhandeling.
Om de klokinstellingen te veranderen, raadpleeg [KLOKINST.] in het [SET-UP] menu
(P61).
ON
OFF

- 29 -
Voorbereiding
Raak [INST.] aan om in te stellen.
Raak [INST.] aan in het bevestigingsscherm.
Aantekening
•De klokinstelling wordt behouden gedurende 3 maanden m.b.v. de ingebouwde
klokbatterij zelfs zonder de batterij. (De opgeladen batterij in het apparaat laten
gedurende 24 uur om de ingebouwde batterij op te laden.)
•Als de klok niet is ingesteld, wordt niet de juiste datum afgedrukt als u de datumafdruk op de
beelden instelt met [TEKST AFDR.] (P152) of de beelden laat afdrukken door een fotograaf.
•Controleer of de correcte datum en tijd ingesteld zijn, anders zal de datumafdruk onjuist zijn als
de afbeelding afgedrukt wordt.

Basiskennis
- 30 -
Basiskennis
Selecteren van de opnamemodus
∫Selecteren van de opnamemodus met de modusknop
De functie schakelen door de functieknop te draaien.
Lijn een gewenste functie uit met deel A.
•Draai de instelknop langzaam maar zeker op elke functie.
∫Selecteren van de Intelligent Auto functie
Druk op [¦].
•De knop [¦] zal oplichten als deze op de Intelligent Auto functie gezet wordt.
•De opnamewijze die met de functieknop geselecteerd wordt, wordt
uitgeschakeld als de [¦] knop brandt.

- 31 -
Basiskennis
∫Basiskennis
∫Gevorderd
Intelligente automatische functie (P38)
De onderwerpen worden opgenomen met behulp van instellingen die automatisch
gebruikt worden door het toestel.
AE-programmafunctie (P43)
De onderwerpen worden opgenomen m.b.v. uw eigen instellingen.
Openingsvoorrang AE-functie (P102)
De sluitertijd wordt automatisch bepaald volgens de openingswaarde die u ingesteld
hebt.
Sluitervoorrang AE-functie (P102)
De openingswaarde wordt automatisch ingesteld volgens de sluitertijd die u ingesteld
hebt.
Handmatige belichtingsfunctie (P103)
De belichting wordt aangepast aan de sluitertijd en de openingswaarde die u
handmatig hebt ingesteld.
Klantfunctie (P113)
Gebruik deze functie om opnamen te maken met eerder geregistreerde instellingen.
Scènefunctie (P105)
Hiermee maakt u beelden die passen bij de scène die u opneemt.
Creative Control Modus (P112)
Opnemen terwijl het beeldeffect gecontroleerd wordt.

Basiskennis
- 32 -
Tips om mooie opnamen te maken
AAF-hulplamp
•De fotoflits of de AF-lamp niet bedekken met uw
vingers of andere voorwerpen.
•Het toestel voorzichtig vasthouden met beide handen,
armen stil houden en uw benen een beetje spreiden.
•Houd de camera stil als u de ontspanknop indrukt.
•Wanneer u beelden maakt, ervoor zorgen dat u stabiel
staat en dat er geen gevaar is van het tegen iemand of
iets, enz. aan stoten.
∫Richtingfunctie
Beelden die opgenomen zijn met een verticaal gehouden toestel worden verticaal
(gedraaid) teruggespeeld. (Alleen wanneer [LCD ROTEREN] (P158) ingesteld is op [ON])
•De richtingdetectiefunctie zou niet correct kunnen werken als de opname uitgevoerd wordt met
het toestel op of neer gericht.
•U kunt de functie van de richtingdetectie alleen gebruiken wanneer u een compatibele lens
gebruikt.
(De catalogus, website etc. raadplegen voor compatibele lenzen.)
•U kunt 3D-beelden niet verticaal opnemen.

- 33 -
Basiskennis
Opnamefunctie:
Een foto maken
1Selecteer [FOCUSFUNCTIE] in het [OPNAME]
menu. (P56)
2Druk op [MENU/SET] om het item te selecteren.
•Gebruik doorgaans [AFS].
•Verlaat het menu nadat het ingesteld is.
Scherpstellen tijdens het fotograferen (AFS/AFC)
AFS “AFS” is een afkorting van “Auto Focus Single”.
De scherpte wordt automatisch ingesteld als de sluiterknop tot halverwege
ingedrukt wordt. De scherpstelling wordt vastgezet als de knop tot
halverwege ingedrukt wordt.
AFC “AFC” is een afkorting van “Auto Focus Continuous”.
Met deze functie kunt u een opname beter samenstellen door continu scherp
te stellen op de beweging van het object terwijl u de ontspanknop half
indrukt.
Als u opnamen maakt van een bewegend object, voorspelt de camera de
beweging van het object en stelt erop scherp. (bewegingsvoorspelling)
•Het kan even tijd duren om scherp te stellen als u de zoomhendel van Breed op
Tele zet of plotseling de camera van een object dat ver weg is, richt op een
object dichtbij.
•Druk de opspanknop opnieuw half in als u niet goed scherp kunt stellen.
•Terwijl de ontspanknop tot de helft ingedrukt is, zou er trilling op het scherm
gezien kunnen worden.
•Raadpleeg voor het [AFC] kenmerk de website op P14.
MF Stel de scherpte met de hand in door aan de focusring te draaien. (P89)

Basiskennis
- 34 -
3Druk de ontspanknop half in.
¢1 Wanneer de AF-functie ingesteld is op [ ], zou de eerste AF-zone waar de
scherpstelling op verkregen wordt tijdelijk afgebeeld kunnen worden tijdens het half
indrukken.
¢2 Er zal een piep te horen zijn wanneer de scherpstelling voor het eerst verkregen
wordt tijdens het half indrukken.
•Wanneer er onvoldoende helderheid is in [AFC], gelieve dezelfde handeling uitvoeren
als in [AFS]. Hier zal de [AFC] op het scherm geel worden en veranderen naar [AFS].
Aantekening
•Het bereik van de scherpstelling is anders, afhankelijk van de gebruikte lens.
–Als de verwisselbare lens (H-FS014042) gebruikt wordt: 0,3 m tot ¶
–Als de verwisselbare lens (H-FS045200) gebruikt wordt: 1,0 m tot ¶
∫Onderwerp en opnameomstandigheid waarop het moeilijk is scherp te stellen
•Snelbewegende onderwerpen, extreem helderen onderwerpen of onderwerpen zonder
contrast
•Wanneer u onderwerpen opneemt door ramen of in de buurt van glimmende voorwerpen
•Wanneer het donker is of wanneer er zich beeldbibber voordoet
•Wanneer het toestel zich te dicht bij het onderwerp bevindt of wanneer u een beeld maakt van
zowel onderwerpen ver weg als onderwerpen dichtbij
Focusmodus AFS
Focus Wanneer er
scherpgesteld is op het
object
Wanneer er niet
scherpgesteld is op het
object
Aanduiding voor de
scherpstelling AAan Knippert
AF-zone BGroen —
Geluid Biept 2 keer —
Focusmodus AFC
Focus Wanneer er
scherpgesteld is op het
object
Wanneer er niet
scherpgesteld is op het
object
Aanduiding voor de
scherpstelling AAan Knippert of Uit
AF-zone BGroen¢1—
Geluid Biept 2 keer¢2—
B
A

- 35 -
Basiskennis
•Zet de drive-modus op [ ] door op 4 ( ) te drukken.
Selecteren van de opnamemodus.
Een foto maken
De ontspanknop tot de helft indrukken om
scherp te stellen.
ALensopening
BSluitertijd
•
De diafragmawaarde en de sluitersnelheid worden
weergegeven (het zal rood knipperen als de correcte
belichting niet bereikt wordt, tenzij de flitser ingesteld is).
•Als het beeld correct scherp gesteld is, zal de foto
gemaakt worden, omdat [FOCUSPRIORITEIT]
(P139) aanvankelijk op [ON] gezet is.
Druk de ontspanknop helemaal in (verder
indrukken), en maak het beeld.
AB

Basiskennis
- 36 -
Door het scherp te stellen onderwerp slechts aan te raken, zal het scherp gesteld worden
en wordt de foto automatisch gemaakt.
1Raak [ ] in de opnamefunctie.
•De icoon verandert in [ ] en het wordt mogelijk foto’s
te maken met de Touch Shutter-functie.
2Raak het scherp te stellen onderwerp aan en
neem de foto.
•De AF-zone met dezelfde functie als [Ø] in de
AF-modus wordt weergegeven in de positie die u aanraakt en de foto wordt genomen als
deze scherp gesteld is.
•Als het histogram op het onderwerp weergegeven wordt dat u wenst aan te raken, raak
het onderwerp dan pas aan nadat u het histogram verplaatst heeft door het te verslepen
(P12).
3Raak [ ] aan om de Touch Shutter-functie te wissen.
Aantekening
•Als [FOCUSPRIORITEIT] op [ON] staat terwijl de focusmodus op [AFS] staat en de Touch
Shutter functie het niet doet, zal de AF-zone verdwijnen nadat hij rood geworden is, hetgeen
betekent dat de foto onder die omstandigheden niet gemaakt kan worden.
Als [AFC] ingesteld is, zal de foto niet gemaakt worden als de indicatie voor het scherpstellen
groen knippert. Als het onderwerp echter scherp gesteld wordt terwijl men het scherm blijft
aanraken, zal de foto gemaakt worden.
•De meting van de helderheid wordt uitgevoerd op het aangeraakte punt als [MEETFUNCTIE]
(P127) op [Ù] gezet is. Aan de rand van het scherm, zou het focussen beïnvloed kunnen
worden door de helderheid rond de aangeraakte plek.
Foto’s maken met gebruik van de Touch Shutter functie
×

- 37 -
Basiskennis
Druk op [DISP.] om te wijzigen.
•Het opnamescherm kan omgeschakeld worden door [ ]
aan te raken. Als [DISP./Fn1] in het [VOORKEUZE] menu op
[Fn1] staat, gebruikt u [ ].
•U kunt kiezen tussen [ ] (LCD-monitor-stijl) en [ ]
(viewfinder-stijl) voor zowel de LCD-monitor als het scherm van de display van de viewfinder
m.b.v. [LCD DISP. STIJL] en [LVF DISP. STIJL] in het [VOORKEUZE] menu.
([ ] LCD-monitor-stijl)
•Het scherm zal als volgt omgeschakeld worden:
–Met informatie¢1, 2
–Zonder informatie¢1
([ ] viewfinder-stijl)
•Het scherm zal als volgt omgeschakeld worden:
–Met informatie (gedetailleerde informatie)¢1, 2
–Met informatie¢1
¢1 Er worden richtlijnen weergegeven wanneer de [RICHTLIJNEN] van het
[VOORKEUZE]-menu op iets anders dan [OFF] staat.
¢2 Er worden histogrammen weergegeven wanneer [HISTOGRAM] van het
[VOORKEUZE]-menu op [ON] staat.
Het is ook mogelijk om de belichtingsmeter weer te geven door [LICHTMETER] van het
[VOORKEUZE] menu op [ON] te zetten. (P138)
Omschakelen van de informatie die op het opnamescherm
weergegeven wordt
De [DISP./Fn1] knop kan op twee manieren gebruikt worden: als
[DISP.] (display) of als [Fn1] (functie 1). Op het moment van
aankoop staat het op [DISP.].
•Om de instelling om te schakelen, gebruikt u [DISP./Fn1] in het
[VOORKEUZE] menu.
–De weergave-informatie van het opnamescherm kan omgeschakeld worden als [DISP.]
geselecteerd is.
–Er kan een functie aan een knop toegekend worden als [Fn1] geselecteerd is. Raadpleeg
P99 voor details over de functieknop.

Basiskennis
- 38 -
Opnamemodus: ñ
Beelden maken m.b.v. de automatische functie
(Intelligente Automatische Functie)
Alle instellingen van de camera worden aangepast aan het onderwerp en de
opnamecondities. Wij raden deze manier van opnemen dus aan voor beginners of als u de
instellingen wenst over te laten aan de camera om gemakkelijker opnamen te maken.
•De volgende functies worden automatisch geactiveerd.
–Scènedetectie/Compensatie achtergrondverlichting/Gezichtsdetectie/Automatische
witbalans/Intelligente ISO gevoeligheidscontrole/[QUICK AF]/[RODE-OGEN CORR]/
[I.RESOLUTIE]/[INT.DYNAMIEK]/[LANG SL.N.RED]/[SCHADUWCOMP.]/
[FOCUSPRIORITEIT]/[AF ASS. LAMP]
Druk op [¦].
•De camera zal schakelen naar ofwel de meest recentelijk gebruikte van de
Intelligente Automatische Functie ofwel Intelligente Automatische
Plusfunctie. (P41) Op het moment van aankoop, is de functie ingesteld op
Intelligente Automatische Functie.
•De knop [¦] zal oplichten als deze op de Intelligent Auto functie gezet
wordt. De [¦] knop wordt tijdens het opnemen uitgeschakeld om te
voorkomen dat het licht weerspiegeld wordt op glas en dergelijke. Dit duidt echter niet op een
storing.
•De [¦] knop wordt uitgeschakeld en de camera wordt op de instelling van de opnamemodus
gezet, voordat de Intelligent Auto Modus ingesteld wordt, als opnieuw op de knop gedrukt
wordt.
•Als het onderwerp aangeraakt wordt, werkt AF Tracking. Het is ook mogelijk door de
cursorknop naar 2 te duwen en de sluiterknop tot halverwege in te drukken. Raadpleeg voor
details P85.
•De Defocus Control kan ingesteld worden door [ ] op het opnamescherm aan te raken.
(P42)
•In de Intelligent Auto Modus staat [FOCUSPRIORITEIT] (P139) vast op [ON]. Als het
beeld correct scherp gesteld is, zal de foto gemaakt worden.
De volgende menu’s kunnen met de Intelligent Auto Mode ingesteld worden.
•Raadpleeg voor de instellingsmethode van het menu P56.
¢De instellingen kunnen anders zijn dan andere Opnamemodussen.
Veranderen van de instellingen
Menu Onderdeel
[OPNAME] [FOTOSTIJL]¢/[ASPECTRATIO]/[FOTO RES.]/[KWALITEIT]/
[GEZICHT HERK.]/[FOCUSFUNCTIE]/[STABILISATIE]¢
[BEWEGEND BEELD]
[FOTOSTIJL]¢/[OPNAMEFUNCTIE]/[OPN. KWALITEIT]/
[FOCUSFUNCTIE]/[CONTINU AF]/[WINDREDUCTIE]
[VOORKEUZE] [HISTOGRAM]/[RICHTLIJNEN]/[REST-AANDUIDING]/[TOUCH
INST.]
[SET-UP] [KLOKINST.]/[WERELDTIJD]/[TOON]/[LCD MODE]/[TAAL]
××

Basiskennis
- 40 -
Aantekening
•Wegens omstandigheden zoals de hieronder genoemde, kan er een andere scène
geïdentificeerd worden voor hetzelfde onderwerp.
–Onderwerpomstandigheden: Wanneer het gezicht helder of donker is, De grootte van het
onderwerp, De kleur van het onderwerp, De afstand tot het onderwerp, Het contrast van het
onderwerp, Wanneer het onderwerp beweegt
–Opnameomstandigheden: Zonsondergang, Zonsopgang, Onder omstandigheden van
geringe helderheid, Wanneer het toestel geschud (bewogen) wordt, Wanneer de zoom
gebruikt wordt
•Om beelden te maken in een bedoelde scène, wordt het aangeraden dat u beelden maakt in de
juiste opnamefunctie.
•Compensatie van de achtergrondverlichting
–Achtergrondverlichting treedt op wanneer er licht achter het object is. In dit geval zal het
onderwerp donker worden, dus deze functie compenseert het achterlicht door het geheel van
het beeld automatisch op te lichten. Achterlichtcompensatie wordt automatisch toegepast in
Intelligente automatische modus.

- 41 -
Basiskennis
De helderheid en de kleur die optimaal ingesteld zijn door de camera kunnen gemakkelijk
afgesteld worden op uw voorkeuren.
Deze functie is handig voor diegenen die graag de instellingen die door de camera
gemaakt zijn overeen willen doen komen met hun eigen voorkeuren maar liever niet met
gedetailleerde instellingen aan de slag gaan.
Druk op [MENU/SET] wanneer u zich in de
Intelligente Automatische functie bevindt.
Kies [iA MODE] en druk dan op [MENU/SET].
Op 1 drukken om [ ] te kiezen en
vervolgens op [MENU/SET] drukken.
1Druk op de functieknop achterop om het
instellingenscherm af te beelden.
•Elke keer dat u op de functieknop achterop drukt wordt
er geschakeld tussen de helderheidinstelling, de
Defocus Control (P42) en de eindoperatie.
2Raak de schuifbalk aan om in te stellen.
•De instelling kan ook uitgevoerd worden door aan de
knop op de achterkant te draaien.
1Druk op 1 ( ) om het instellingscherm af te
beelden.
2Raak de schuifbalk aan om in te stellen.
•Dit zal de kleur van het beeld van rood naar blauw
afstellen.
•De instelling kan ook uitgevoerd worden door aan de
knop op de achterkant te draaien.
Aantekening
•Het is tevens mogelijk een foto te maken door [ ] aan te raken.
•De ingestelde helderheid en kleur zullen terugkeren naar de standaardinstelling (middenpunt)
wanneer de aan-/uit-schakelaar op [OFF] gezet wordt of de camera geschakeld wordt naar een
andere Opnamefunctie.
Opnemen m.b.v. Intelligente Automatische Plusfunctie
Instelling helderheid
Kleurinstelling

Basiskennis
- 42 -
Opnamefunctie:
Foto’s maken met de Defocus Control Functie
De wazigheid van de achtergrond kan gemakkelijk ingesteld worden terwijl u het
beeldscherm controleert.
Raak [ ] aan om het instellingsbeeldscherm
te laten weergeven.
•Wanneer u de viewfinder gebruikt, drukt u dan
verschillende keren op de functieknop achterop om het
instelscherm van de Defocus Control af te beelden.
Raak de schuifbalk aan om in te stellen.
•De instelling kan ook uitgevoerd worden door aan de
knop op de achterkant te draaien.
Opnemen van foto’s of films.
•Het is tevens mogelijk een foto te maken door [ ] aan te raken.
•De werking van Defocus Control kan beëindigd worden door [ ] aan te raken.
•Als u de zoeker gebruikt, zal het drukken op de knop op de achterkant de werking van
Defocus Controle eindigen.
Aantekening
•Op het instellingscherm van de Defocus Control van Intelligente Automatische Functie, is de
AF-functie [Ø]. Als u op de cursorknop op 2 drukt, zal het instellingsscherm van de AF-zone
getoond worden (het formaat kan niet veranderd worden).
•De wazigheid zou kunnen veranderen tijdens de opname van video’s, afhankelijk van de
opnameomstandigheden.
•De lensopening wordt tijdens het opnemen van video’s binnen het bereik van de gepaste
belichting geregeld. Daarom kan het zijn dat de lensopening niet verandert, zelfs niet wanneer
de schuifbalk verplaatst wordt, afhankelijk van de helderheid van het onderwerp en de
wazigheid. (De wazigheid zou bijvoorbeeld niet veranderen voor donkere scènes, zoals
binnenshuis, aangezien de lensopening dan op helemaal open staat.)
•Al naargelang de gebruikte lens kan een lensgeluid gehoord worden als Defocus Control
gebruikt wordt. Dit komt door de opening van de lens en duidt niet op een storing.
•Al naargelang de gebruikte lens kan het werkgeluid van Defocus Control opgenomen worden
tijdens het opnemen van een video, als deze functie gebruikt wordt.
•Al naargelang de gebruikte lens, kan het zijn dat Defocus Control niet werkt.
Raadpleeg de website voor compatibele lenzen.
××

- 43 -
Basiskennis
Opnamefunctie:
Het maken van beelden met uw favoriete
instellingen (AE-programmafunctie)
Het toestel stelt automatisch de sluitertijd en de lensopening in volgens de helderheid van
het object.
U kunt beelden maken in grote vrijheid door verschillende instellingen in [OPNAME] menu
te veranderen.
Stel de functieknop in op [ ].
Aantekening
•De sluitersnelheid wordt in de volgende gevallen automatisch tussen 20 seconden en 1/4000
van een seconde ingesteld.
–Wanneer de [GEVOELIGHEID] ingesteld is op [ISO160].
–Als de openingswaarde op F3.5 gezet is [wanneer de verwisselbare lens (H-FS014042)
bevestigd is].
–Als de openingswaarde op F4.0 gezet is [wanneer de verwisselbare lens (H-FS045200)
bevestigd is].

Basiskennis
- 46 -
Het is mogelijk om geschikte video’s voor ieder functie op te nemen.
Opname Bewegend Beeld
•Het hier getoonde beeldscherm is een voorbeeld van wanneer de
opnamemodus op [³] (Programme AE Modus) staat.
Start het opnemen door op de bewegend
beeldknop te drukken.
A Verstreken opnametijd
B Beschikbare opnametijd
•De indicator van de opnamestaat (rood) C zal flitsen tijdens het
opnemen van bewegende beelden.
•Voor de instelling van de [OPNAMEFUNCTIE] en [OPN.
KWALITEIT], raadpleeg P133.
Stop het opnemen door weer op de bewegend beeldknop te drukken.
A
B
C

Basiskennis
- 48 -
Afspelen van foto’s/films
Druk op [(].
Het beeld vooruit en achteruit spoelen door het
scherm horizontaal te slepen (P12).
Vooruit: van rechts naar links slepen
Terugspoelen: van links naar rechts slepen
•Het is ook mogelijk het beeld verder of terug te spoelen door
op 2/1 van de cursorknop te drukken.
•Snelheid van beeld verder/terug spoelen verandert afhankelijk van de afspeelstatus.
•U kunt de beelden continu vooruit of achteruit spoelen door uw vinger op de linker of
rechterzijde van het scherm te houden nadat een beeld vooruit/achteruit gespoeld is.
(de beelden worden in gereduceerd formaat weergegeven)
∫Het terugspelen stoppen
Druk opnieuw op [(], op de bewegend beeldknop drukken of de ontspanknop tot
de helft indrukken.
Aantekening
•Dit toestel voldoet aan de DCF-norm “Design rule for Camera File system” die vastgesteld is
door JEITA “Japan Electronics and Information Technology Industries Association” en met Exif
“Exchangeable Image File Format”. Dit toestel kan alleen beelden weergeven die in
overeenstemming met de DCF-standaard zijn.
•Het kan zijn dat beelden die met een ander toestel genomen zijn niet op dit toestel kunnen
worden afgespeeld.
Opnamen terugspelen

- 49 -
Basiskennis
Meervoudige schermen afbeelden (Meervoudig terugspelen)
Raak [ ] aan.
•Het is mogelijk om naar een ander afspeelscherm over te gaan
door de volgende iconen aan te raken.
–[ ]: 1 scherm
–[ ]: 12 schermen
–[ ]: 30 schermen
–[ ]: Schermdisplay
•Het afspeelscherm kan ook omgeschakeld worden door aan de
knop op de achterkant te draaien.
•Als een beeld met de burst-icoon [˜] geselecteerd wordt en u
drukt op [MENU/SET], dan zullen de beelden in die groep
burst-beelden met multi-playback weergegeven worden.
ABurst-icoon [˜]
•Verander van beeldscherm door [3]/[4] aan te raken als deze
op de schuifbalk weergegeven worden.
•Er kan van scherm geschakeld worden door de schuifstaaf op of
neer (P12) te slepen.
BSchuifbalk
•Het scherm kan geleidelijk geschakeld worden door het scherm
op of neer te slepen (P12).
•Beelden die afgebeeld worden m.b.v. [ ] kunnen niet
afgespeeld worden.
∫Om terug te keren naar normaal terugspelen
Raak het te selecteren beeld aan.
CAL
B
A

Basiskennis
- 52 -
•Deze unit was ontworpen om bewegende beelden af te spelen m.b.v. de QuickTime Motion
JPEG en AVCHD-formaten die (alleen) met dit model genomen werden.
•Bewegende beelden in AVCHD-formaat die afgespeeld kunnen worden op dit apparaat zijn
[AVCHD] bewegende beelden die opgenomen zijn met dit apparaat, AVCHD-formaat (inclusief
[AVCHD Lite]) bewegende beelden uitsluitend gemaakt met digitale camera’s van Panasonic
(LUMIX).
Bewegende beelden terugspelen
Druk op [(].
Selecteer een video-icoon ([ ], [ ]) en raak
vervolgens [ ] aan om deze af te spelen.
AVideo-icoon
BDe opnametijd van bewegend beeld
•Nadat het afspelen gestart is, wordt de verstreken afspeeltijd
op het scherm weergegeven.
Bijvoorbeeld, 8 minuten en 30 seconden wordt afgebeeld als
[8m30s].
•Sommige informatie (opname-informatie, enz.) wordt niet afgebeeld voor bewegende
beelden die gemaakt zijn [AVCHD].
•Door de cursorknop op 3 te zetten, kunt u video’s afspelen.
De weergave rechtsonder op het scherm, tijdens het afspelen, komt overeen met
3/4/2/1 op de cursorknop.
BA

- 55 -
Basiskennis
¢De burst-groep zal als een enkel beeld beschouwd worden. (Alle beelden in de
geselecteerde burst-groep zullen gewist worden.)
Aantekening
•Schakel het toestel niet uit tijdens het wissen. Een batterij met voldoende batterijstroom of de
AC-adapter (optioneel) gebruiken.
•Afhankelijk van het aantal beelden dat gewist moet worden, kan het wissen even duren.
•Als beelden niet conform de DCF-standaard of beschermd zijn, zullen deze niet gewist worden
zelfs als [ALLES WISSEN] of [ALLES WISSEN BEHALVEÜ] geselecteerd is.
Wissen van meer beelden (tot 100¢) of van alle beelden
Raak [ ] aan.
Raak [MULTI WISSEN] of [ALLES WISSEN] aan.
•[ALLES WISSEN] > Het bevestigingsbeeldscherm wordt weergegeven.
Het beeld wordt gewist door [JA] te selecteren.
•Het is mogelijk om alle beelden te wissen, behalve de beelden die als favorieten
ingesteld warden, als [ALLES WISSEN BEHALVEÜ] geselecteerd is met de
[ALLES WISSEN] instelling.
(Wanneer [MULTI WISSEN] geselecteerd is)
Raak de te wissen opname aan.
(herhaal deze stap.)
•[‚] verschijnt op de geselecteerde beelden. Het weer ervan
aanraken annuleert deze instelling.
(Wanneer [MULTI WISSEN] geselecteerd is) Raak [UITVOER.] aan.
•Het bevestigingsbeeldscherm wordt weergegeven.
Het beeld wordt gewist door [JA] te selecteren.
UITVOER.
Produkt Specifikationer
Mærke: | Panasonic |
Kategori: | Digital kamera |
Model: | Lumix DMC-G3 |
Har du brug for hjælp?
Hvis du har brug for hjælp til Panasonic Lumix DMC-G3 stil et spørgsmål nedenfor, og andre brugere vil svare dig
Digital kamera Panasonic Manualer

15 Januar 2025

15 Januar 2025

7 Juli 2024

7 Juli 2024

7 Juli 2024

7 Juli 2024

6 Juli 2024

5 Juli 2024

5 Juli 2024

5 Juli 2024
Digital kamera Manualer
- Digital kamera Denver
- Digital kamera Sony
- Digital kamera Canon
- Digital kamera Samsung
- Digital kamera GE
- Digital kamera Epson
- Digital kamera Technaxx
- Digital kamera HP
- Digital kamera Easypix
- Digital kamera Motorola
- Digital kamera Bushnell
- Digital kamera Toshiba
- Digital kamera Fujifilm
- Digital kamera Nikon
- Digital kamera Kodak
- Digital kamera Olympus
- Digital kamera Casio
- Digital kamera Trust
- Digital kamera JVC
- Digital kamera Geonaute
- Digital kamera Leica
- Digital kamera Medion
- Digital kamera Gembird
- Digital kamera Powerfix
- Digital kamera EnVivo
- Digital kamera Maginon
- Digital kamera Fisher-Price
- Digital kamera Vtech
- Digital kamera BenQ
- Digital kamera Sigma
- Digital kamera Pentax
- Digital kamera Rollei
- Digital kamera Xiaomi
- Digital kamera Aiptek
- Digital kamera Polaroid
- Digital kamera Ricoh
- Digital kamera TomTom
- Digital kamera Kyocera
- Digital kamera GoPro
- Digital kamera FLIR
- Digital kamera Lamax
- Digital kamera Veho
- Digital kamera Renkforce
- Digital kamera General Electric
- Digital kamera HTC
- Digital kamera GoClever
- Digital kamera Genius
- Digital kamera Spypoint
- Digital kamera Vivitar
- Digital kamera Oregon Scientific
- Digital kamera Lexibook
- Digital kamera Pulsar
- Digital kamera Drift
- Digital kamera Minox
- Digital kamera Beha-Amprobe
- Digital kamera Agfa
- Digital kamera AgfaPhoto
- Digital kamera Quintezz
- Digital kamera A-Rival
- Digital kamera AEE
- Digital kamera Apeman
- Digital kamera Argus
- Digital kamera Tevion
- Digital kamera Targa
- Digital kamera Fuji
- Digital kamera Minolta
- Digital kamera Ingo
- Digital kamera Dnt
- Digital kamera Wanscam
- Digital kamera SeaLife
- Digital kamera Sakar
- Digital kamera Jobo
- Digital kamera Odys
- Digital kamera Guardo
- Digital kamera Red
- Digital kamera Digital Blue
- Digital kamera Traveler
- Digital kamera Mustek
- Digital kamera Plawa
- Digital kamera BML
- Digital kamera RadioShack
- Digital kamera Liquid Image
- Digital kamera Praktica
- Digital kamera Somikon
- Digital kamera Brinno
- Digital kamera BlackVue
- Digital kamera Storex
- Digital kamera Insta360
- Digital kamera Bolyguard
- Digital kamera Voigtlaender
- Digital kamera WASPcam
- Digital kamera Revue
- Digital kamera Kompernass - Lidl
- Digital kamera Guide
- Digital kamera Umax
- Digital kamera Magpix
- Digital kamera Konig Electronic
- Digital kamera Sipix
- Digital kamera Nytech
- Digital kamera Yakumo
- Digital kamera Konica
- Digital kamera Duramaxx
Nyeste Digital kamera Manualer

15 Januar 2025

12 Januar 2025

12 Januar 2025

12 Januar 2025

11 Januar 2025

11 Januar 2025

11 Januar 2025

11 Januar 2025

11 Januar 2025

23 September 2024