A) GEBRUIK DIT TOESTEL ALLEEN IN AUTO’S MET NEGATIEVE MASSA.
B) VERMIJD BIJ HET PLAATSEN VAN DE BOOSTER WARME/ZONNIGE PLEKKEN.
C) SLUIT DE + 12V AANSLUITING ALLEEN AAN, INDIEN ALLE DRADEN KORREKT ZIJN
AANGESLOTEN.
D) SLUIT NOOIT DE LUIDSPREKER UITGANGEN AAN DE - POOL (CHASSIS).
E) DEFECTEN DOOR VERKEERDE AANSLUITINGEN VALLEN NIET ONDER DE GARANTIE.
F) ZORG ALTIJD DAT DE LUIDSPREKER MANTELS INTACT ZIJN, EN GEEN KONTAKT MAKEN
MET HET CHASSIS.
INSTALLATIE
Schroef de booster stevig op de door u gekozen locatie, en zorg voor voldoende
koeling.
MONTAGE
1. Plaats de versterker op een plaats in de auto met voldoende koeling, en een stevige ondergrond.
2. Zorg dat de bereikbaarheid van de zekeringen en afregel potmeters optimaal zijn na montage.
3. Om massa verschillen tegen te gaan, dienen de massa draden (-12v) aan dezelfde massa te liggen
als die van de autoradio. Indien dit niet gebeurt, kunnen ruis en motor storingen in het geluid ontstaan.
4. Indien mogelijk is het verstandig de versterker door een professionele inbouwstation te laten inbouwen, vooral
indien er meerdere speakers of brugschakelingen worden gebruikt.
VOEDING (Power)
1.
Deze versterker beschikt over een elektronische aan/uit schakelaar waardoor deze universeel is te gebruiken bij
autoradio’s met en zonder elektrische schakeldraad. Sluit de elektrische antenne voeding van de autoradio aan
op de “REM” aansluiting van de versterker. (Meestal de gele draad van uw autoradio)
2.
Sluit de rode + 12V draad altijd aan op de plus aansluitklem (B+), en zwarte –12V massa op de aansluitklem
(GND)
Let op dat u aansluit draden gebruikt met minimaal 0,75mm kern vanwege het hoge stroom bij hoog volume.
AANSLUITSCHEMA VOEDING
REM B+(12v) GND
AUTORADIO
- +
ACCU
Dit apparaat heeft een ingebouwde thermische en elektronische beveiliging tegen overbelasting en
kortsluiting en verkeerd aansluiten. Indien de beschreven situatie zich voordoet, zal de waarschuwing LED
oplichten.
BEDIENINGS ELEMENTEN EN AANSLUITINGEN